Zoekresultaten 191-200 van de 858 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2025:93 Hof van Discipline 's Gravenhage 240257

    Klager heeft bij de raad van de orde een verzoek ingediend tot inschrijving op het tableau zoals bedoeld in artikel 2 Advw. De raad van de orde heeft geweigerd dit verzoek in behandeling te nemen op grond van artikel 2 lid 9 Advw. Klager heeft tegen deze beslissing beklag ingediend bij het hof. Tegen het buiten behandeling laten van een verzoek tot inschrijving binnen de termijn van artikel 2 lid 9 Advw staat, anders dan bij een weigering om een verzoek tot inschrijving in behandeling te nemen op grond van het bepaalde in artikel 4 lid 1 Advw, echter niet de mogelijkheid van beklag open. Het hof verklaart het beklag dan ook niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRARL:2025:152 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-263/AL/MN

    voorzittersbeslissing. Verweerster is een inspanningsverplichting met klager aangegaan, geen verplichting om een bepaald resultaat te behalen. Klager heeft bovendien schriftelijk ingestemd met de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden van het kantoor van verweerster waarin dat ook uitdrukkelijk zo is bepaald. Niet is gebleken dat verweerster is tekortgeschoten in de uitvoering van de haar verstrekte opdracht, die naar het oordeel van de voorzitter voldoende helder was omschreven. Dat klager niet bereid was om zijn medewerking aan een gesprek met de wederpartij te verlenen voor het beproeven een minnelijke regeling, kan verweerster niet worden aangerekend. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2025:94 Hof van Discipline 's Gravenhage 240332

    Maatregelappel. Klager heeft een klacht ingediend tegen zijn voormalig advocaat. Verweerder zou namens klager een gratieverzoek indienen. Gebleken is echter dat het Ministerie van Justitie en Veiligheid geen door verweerder ingediend gratieverzoek heeft ontvangen. In deze procedure is niet vast te stellen of verweerder daadwerkelijk het gratieverzoek namens klager heeft ingediend. Wel staat vast dat verweerder niet heeft geverifieerd of het gratieverzoek in goede orde was ontvangen, terwijl klager wel meerdere keren heeft verzocht hem te informeren over de stand van zaken. De raad heeft de klacht gegrond verklaard en heeft aan verweerder de maatregel van onvoorwaardelijke schorsing voor de duur van twee weken opgelegd. Verweerder richt zijn beroep tegen deze opgelegde maatregel. Het hof ziet aanleiding de maatregel te verlagen tot een berisping.

  • ECLI:NL:TADRARL:2025:153 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-272/AL/MN 25-273/AL/MN 25-274/AL/MN

    Voorzittersbeslissing. De voorzitter verklaart een klacht over een advocaat van de wederpartij gedeeltelijke niet-ontvankelijk omdat er al eerder op dat onderdeel van de klacht door de raad is beslist. De voorzitter verklaart de rest van de klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2025:95 Hof van Discipline 's Gravenhage 240334

    Beklag artikel 13 Advocatenwet ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2025:10 Kamer voor het notariaat Amsterdam 754488/NT 24-21

    De klacht bestaat uit meerdere onderdelen. Klager verwijt de toegevoegd notaris dat hij in plaats van een schenkingsovereenkomst (onderwerp: de onderneming en het perceel met vakantiewoning), zoals erflater gewild zou hebben, een testament heeft gepasserd waarin een legaat voor klager is opgenomen. De toegevoegd notaris zou klager hebben tegengewerkt ten gunste van de erfgenaam. Verder heeft klager kosten moeten maken omdat hij een rechtszaak tegen de erfgenaam moest aanspannen, heeft het anderhalf jaar geduurd totdat hij toegang kreeg tot de bedrijfsrekening en nog eens acht maanden voordat het perceel met de vakantiewoning op naam van klager werd gezet. De kamer verklaart de klacht deels niet-ontvankelijk en deels ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2025:96 Hof van Discipline 's Gravenhage 240226

    Klager heeft een klacht ingediend tegen de advocaat van zijn ex-echtgenote met wie hij in een echtscheidingsprocedure was verwikkeld. De klacht houdt in dat verweerster in meerdere processtukken informatie uit het mediationtraject in het geding heeft gebracht en dat verweerster zich in de processtukken onnodig grievend over klager heeft uitgelaten. De Raad van Discipline in het ressort ’s-Hertogenbosch (hierna: de raad) heeft de klacht gegrond verklaard. Door de raad is aan verweerster de maatregel van voorwaardelijke schorsing voor de duur van vier weken opgelegd. Verweerster richt haar hoger beroep tegen deze opgelegde maatregel. Het hof oordeelt dat de door de raad opgelegde maatregel in dit geval passend en geboden is.

  • ECLI:NL:TADRARL:2025:149 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-905/AL/NN

    Klacht over eigen advocaat. Klagers hadden moeten worden geïnformeerd over verloop van kosten (declaraties aan rechtsbijstandsverzekeraar) en over mogelijke overschrijding van de maximale dekking. Berisping

  • ECLI:NL:TADRARL:2025:143 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-886/AL/GLD

    Verzet ongegrrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2025:144 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-919/AL/MN

    Gegrond verzet. De voorzitter heeft miskend dat de klacht niet alleen zag op de bijstand in een kwestie over het ten onrechte niet toekennen van een bijstandsuitkering, maar ook op het verhaal van schade van klager op de gemeente. De raad oordeelt vervolgens dat de bijstand van verweerster in de schadekwestie ontoereikend was verweerster heeft klager onvoldoende geadviseerd. De klacht is in zoverre gegrond. Waarschuwing.