Zoekresultaten 2261-2270 van de 2305 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:97 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-044/DB/LI

    Voor zover de klacht ziet op het optreden van verweerder in de procedure tussen klagers echtgenote en de cliënten van verweerder en op verweerders betrokkenheid bij de invordering van de proceskosten kan klager daarin niet worden ontvangen vanwege het ontbreken van een eigen belang. Verweerder heeft niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door in privé aangifte te doen tegen klager. Klager heeft  de ernstige verwijten aan het adres van verweerder onvoldoende met concrete feiten en omstandigheden onderbouwd. Klacht deels niet-ontvankelijk en deels ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:174 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-416/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van wederpartij in een incassoprocedure. De kantoorklachtenregeling van verweerder is enkel bedoeld voor cliënten. Verweerder was dan ook niet verplicht om te reageren op de klacht van klaagster, omdat zij geen cliënte was of is. De klacht is kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:175 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-431/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat van wederpartij. Niet gebleken dat verweerder klager heeft beschuldigd van stalking, afpersing, dreigementen, voodoo en zwarte magie. Ook is niet gebleken dat verweerder zich tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft uitgelaten in de conclusie van antwoord.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:95 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-109/DB/OB

    Klacht over advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft, wetende dat klager werd bijgestaan door een advocaat, klager bij brieven van 23 december 2021 en 25 januari 2022 rechtstreeks aangeschreven, zonder gelijktijdige verzending van een afschrift van die brieven aan klagers advocaat. In zoverre gegrond. Dat verweerder doelbewust heeft aangestuurd op een escalatie door klager op één dag voor Kerstmis aan te schrijven is niet gebleken. In zoverre ongegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:198 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-031/AL/MN

    Advocaat wederpartij. Een kantoorgenoot heeft als zaakwaarnemer van verweerder tijdens diens vakantie onderhandeld met de advocaat van klager over een zekerheidsstelling door klager tot opheffing van het onder klager gelegde beslag. Uit de betreffende e-mails volgt naar het oordeel van de raad welke afspraak de advocaten namens hun cliënten hebben gemaakt waarna door klager een afgesproken bedrag op de derdengeldenrekening van verweerder is gestort. In de onderhandelings e-mails is telkens door beide advocaten met dezelfde terminologie aangegeven welk bedrag op welk moment - na het uitvoerbaar bij voorraad verklaarde vonnis of in geval van een minnelijke regeling - door verweerder vanaf zijn derdengeldenrekening aan wie - aan zijn cliënte of aan klager - zou moeten worden doorbetaald. Verweerder heeft na het uitvoerbaar bij voorraad verklaarde vonnis geweigerd om een restantbedrag op zijn derdenrekening aan klager terug te betalen met een beroep op die opdracht van zijn cliënte. Naar het oordeel van de raad kon hij zich in de gegeven omstandigheden daar niet achter verschuilen. Door het restantbedrag uit het depot niet meteen na het vonnis en ook niet na verzoeken daartoe aan klager over te maken, heeft verweerder naar het oordeel van de raad de belangen van klager onnodig en onevenredig geschaad zonder doel. Ook de integriteit van de beroepsgroep is daarmee in het geding gekomen nu de vaker gebruikte constructie van een depot van gelden op de derdenrekening van een advocatenkantoor onbetrouwbaar bleek te zijn. Dat wordt hem tuchtrechtelijk verweten. De raad oordeelt de klacht dan ook gegrond en legt aan verweerder een berisping op.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:96 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-170/DB/OB

    Klacht over de eigen advocaat over de kwaliteit van de dienstverlening. Klaagster is met de door verweerster geadviseerde strategie, om een regeling in der minne na te streven, akkoord gegaan. Dat verweerster klaagster heeft gedwongen tot het treffen van een regeling is geenszins gebleken. Verweerster kan geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt van het neerleggen van de zaak.  Mede in het licht van het gemotiveerde verweer van verweerster, heeft klaagster onvoldoende concreet gesteld en onderbouwd op welke punten verweerster steken heeft laten vallen. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:199 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/5127

    Deels gegronde klacht tegen een tandarts. De tandarts heeft onzorgvuldig gehandeld door de destijds vierjarige dochter van klaagster niet te onderzoeken na een val van een klimrek. Hiermee heeft de tandarts in strijd met de KNMT-richtlijn voor spoedgevallen buiten reguliere openingstijden gehandeld. De tandarts had naar het oordeel van het college de dochter van klaagster moeten zien om zo te komen tot een goede inschatting van de ernst van de situatie. Het is niet aannemelijk geworden dat sprake zou zijn van zwaarwegende gronden om de dochter van klaagster niet direct te zien. Het komt niet vast te staan dat de tandarts een verkeerd advies heeft gegeven. Klacht deels gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:200 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/5364

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een tandarts. De tandarts heeft bij klaagster een bleekbehandeling uitgevoerd. Klaagster heeft na de behandeling aangezichtspijn gekregen. De tandarts heeft voldaan aan informed consent door klaagster vooraf te informeren over de bleekbehandeling door een informatieblad mee te geven. De tandarts heeft klaagster niet hoeven informeren of waarschuwen over het risico op aangezichtspijn, omdat dat gaat om een onbekende, in de literatuur niet omschreven complicatie. Dat de tandarts de bleekbehandeling niet juist heeft uitgevoerd komt niet vast te staan. De tandarts heeft klaagster voldoende nazorg geboden door klaagster na twee maanden naar een kaakchirurg te verwijzen. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:94 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-260/DB/ZWB

    Klacht tegen advocaat in hoedanigheid van curator. Verweerder heeft bij klaagster afdrukken van tekeningen besteld en heeft klaagster de opdracht gegeven om informatie over de urenregistratie te verzamelen en verstrekken. Verweerder heeft, door klaagsters facturen onbetaald te laten en gedurende vijftien maanden niet te reageren op betalingsverzoeken en betalingsherinneringen, het vertrouwen in de advocatuur geschaad. Gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:201 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/5195

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een tandarts. Het is niet vast komen te staan dat de tandarts onherstelbare schade aan de voortanden van klaagster heeft veroorzaakt bij het verwijderen van lijmresten van een verwijderde spalk. De tandarts heeft aangegeven dat er sprake was van onvoldoende mondhygiëne en ontstoken tandvlees. In die situatie kan het voorkomen dat er gevoeligheid en bloeding optreden. Dit betekent niet dat er daarmee onherstelbare schade aan de tanden is ontstaan. Omdat de lezingen uiteenlopen kan het college niet exact vaststellen hoe een en ander is verlopen gedurende de afspraak. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.