Zoekresultaten 12851-12860 van de 42624 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:184 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.500

    De aangeklaagde psychiater heeft van de rechtbank – op verzoek van klager – de opdracht gekregen een voorlopig deskundigenbericht op te stellen in het kader van een civiel geding tussen klager en zijn vroegere psychiater. De aangeklaagde psychiater heeft klager  onderzocht en het procesdossier bestudeerd. Vervolgens heeft hij een conceptrapport opgesteld. Uiteindelijk heeft hij de opdracht aan de rechtbank teruggegeven. De klacht houdt in dat de psychiater: 1. ten aanzien van het opstellen van het rapport onzorgvuldig heeft gehandeld; 2. tijdens het onderzoekgesprek in zijn bejegening niet binnen de professionele grenzen is gebleven, door klager onder meer uit te lachen, te beledigen en te discrimineren, en ook ten aanzien van de manier waarop klager werd ontvangen en de inrichting van de praktijkruimte van verweerder. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart klager niet-ontvankelijk ten aanzien van het 1e klachtonderdeel en wijst de klacht voor het overige (2e klachtonderdeel) af. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de bestreden beslissing voor wat betreft het eerste klachtonderdeel, verklaart klager alsnog ontvankelijk, verklaart het eerste klachtonderdeel ongegrond en verwerpt het beroep voor het overige.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:132 Raad van Discipline Amsterdam 19-310/A/NH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat kennelijk ongegrond. Klager heeft onder meer onvoldoende onderbouwd dat verweerster hem niet althans onvoldoende heeft geïnformeerd. Ook heeft hij onvoldoende onderbouwd dat verweerster niet heeft gepleit en alleen maar aan haar eigen beloning heeft gedacht.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2019:10 Kamer voor het notariaat Amsterdam 657327/NT 18-58

    Klagers verwijten de notaris (onder meer) dat zij de executieveiling onzorgvuldig heeft voorbereid en bij het opstellen van de veilingvoorwaarden geen rekening heeft gehouden met de belangen van klagers. De kamer is van oordeel dat de notaris haar oren heeft laten hangen naar de wensen en opvattingen van de hypotheekhouder en dat zij zich in haar opstelling onvoldoende rekenschap heeft gegeven van de mogelijkheid dat die hypotheekhouder zich door andere aspiraties dan maximalisatie van de verkoopopbrengst heeft laten leiden. Een veilingnotaris treedt op als regisseur in de executieprocedure en dient zich op grond van artikel 17 lid 1 Wna onpartijdig op te stellen jegens alle bij de executie betrokkenen, zoals in dit geval ook klagers. Dat heeft de notaris in onvoldoende mate gedaan. De kamer is van oordeel dat de notaris door haar hiervoor geschetste handelwijze niet heeft gehandeld zoals een zorgvuldig notaris betaamt en de belangen van klagers ernstig heeft veronachtzaamd. Daarmee heeft de notaris het vertrouwen in het notariaat schade toegebracht. Gelet op de ernst van de klachten acht de kamer de maatregel van schorsing in de uitoefening van het ambt voor de duur van drie weken passend en geboden.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:179 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.460

    Klager verwijt verweerder, bedrijfsarts, dat hij 1) niet bemiddelde in het conflict tussen klager en zijn werkgever, terwijl voor verweerder wel helder was wat het probleem was, 2) de benadering van klagers leidinggevenden en de beleidskeuze niet als een belemmerende factor wilde benoemen in de FML, maar het te vervatten onder “betrokkene kan geen conflicten hanteren”, 3) in het deskundigenoordeel van UWV expliciet heeft laten opnemen dat klager dat klager bij het derde consult na vijf minuten is opgestapt zonder melding te maken van de rest van het proces, waardoor verweerder bewust heeft gepoogd een onjuist beeld van klager op te roepen dat klager niet meewerkt aan zijn re-integratie, hetgeen schade heeft veroorzaakt aan klagers reputatie en gezondheid, en 4) aan de arbeidsdeskundige heeft aangegeven dat bij klagers inzetbaarheid en plaatsing geen rekening behoeft te worden gehouden met klagers cognitief niveau. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klachtonderdeel 3 gegrond verklaard, de arts ter zake daarvan de maatregel van waarschuwing opgelegd, en de klacht voor het overige afgewezen, respectievelijk bepaald dat de behandeling van klachtonderdeel 1 wordt gestaakt. Klager heeft tegen deze beslissing beroep ingesteld. Het Centraal Tuchtcollege wijst af het verzoek van klager tot aanhouding van de behandeling van de zaak teneinde een getuige te doen oproepen, en verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2019:11 Kamer voor het notariaat Amsterdam 656549/NT 18-52

    Het niet tijdig passeren van de splitsings- en leveringsakte is niet toe te rekenen aan de notaris; de vertraging is door toedoen van klager c.s. zelf ontstaan. De zorgplicht van een notaris gaat niet zo ver dat hij een voorbehoud in een overeenkomst moet opnemen waar dat niet tussen partijen is overeengekomen, zeker niet waar dat voorbehoud niet nodig blijkt te zijn en de nadien bij klager ontstane twijfel over de noodzaak van een vergunning (onder meer) is terug te voeren op onjuiste veronderstellingen van klager zelf. Klacht ongegrond. Klager is niet-ontvankelijk in zijn klacht over de declaratie van de notaris.  

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:180 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.462

    Klager is in 2017 uitgevallen voor zijn werk omdat hij overspannen was. Gedurende zijn re-integratietraject is klager verschillende keren door verweerder – tot 2014 in het BIG-register geregistreerd als bedrijfsarts, nadien als arts – op het spreekuur gezien. Verweerder heeft van de spreekuurcontacten met klager rapportages gemaakt en deze aanvankelijk telkens per mail tegelijkertijd aan de werkgever van klager en aan klager zelf gezonden. De klacht houdt in dat verweerder zonder toestemming van klager medische informatie over klager aan diens werkgever heeft doorgegeven. Daarnaast klaagt klager over het feit dat verweerder ten tijde van de spreekuurcontacten niet als bedrijfsarts stond ingeschreven in het BIG-register, terwijl hij zich wel als bedrijfsarts voordeed. Het Regionaal Tuchtcollege heeft beide klachtonderdelen gegrond verklaard en de arts ter zake daarvan de maatregel van berisping opgelegd. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het door de arts ingestelde beroep tegen die beslissing.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:95 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 291/2018

      Raadkamerbeslissing. Het verwijt dat verweerster (cardioloog) haar patiënte, die aan hartfalen leed, bewust heeft laten uitdrogen, treft geen doel. Tijdens de behandeling door verweerster vertoonde de patiënte geen tekenen van uitdroging. Ook is niet gebleken dat verweerster de patiënte tijdens de opname in het ziekenhuis morfine heeft toegediend of dat was begonnen met palliatieve sedatie. Klacht is kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:181 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.349

    Klacht tegen tandarts. Verweerster heeft in een periode van ca. 2,5 maand bij klaagster kronen verwijderd, elementen geëxtraheerd, wortelkanaalbehandelingen uitgevoerd, kronen en bruggen geplaatst. De laatste brug is door een collega van verweerster geplaatst omdat verweerster toen niet meer in de praktijk werkzaam was. Klaagster maakt verweerster met betrekking tot deze behandelingen een vijftal verwijten. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht in alle onderdelen afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:100 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 18-1039 DB/ZWB

    Van een polariserende aanpak, onnodige procedures en het bewust verkondigen van onwaarheden is niet gebleken. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:107 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-136/DB/OB

    Advocaat heeft een bindend adviesclausule in de overeenkomst tussen zijn cliënt en diens wederpartij over het hoofd gezien en in strijd daarmee een procedure bij de rechtbank aanhangig gemaakt, welke procedure  tot niet ontvankelijkheid heeft geleid, ten gevolge waarvan klaagster schade heeft geleden. Van een redelijk handelend advocaat mag worden verwacht dat deze een verkeerd gekozen rechtsingang en de gevolgen daarvan direct na de constatering daarvan met zijn cliënt bespreekt. Advocaat heeft hiermee gewacht tot hierover een klacht werd ingediend en heeft bovendien zijn cliënt niet naar een onafhankelijk advocaat verwezen voor een oordeel over de door hem gemaakte beroepsfout. Klacht gegrond, waarschuwing