Zoekresultaten 351-360 van de 2805 resultaten

  • ECLI:NL:TNORAMS:2021:27 Kamer voor het notariaat Amsterdam 700352 / NT 21-25

    De notaris heeft de eerste drie klachtonderdelen in zijn verweerschrift en ter zitting erkend. Ter zitting heeft de notaris ter toelichting verklaard dat hij in juni 2020 te maken had met ernstige persoonlijke omstandigheden, hij als gevolg van de COVID-19 crisis onder zeer grote druk stond en hij in die tijd ook door enkele klanten onder druk is gezet, uitgescholden en bedreigd.De notaris heeft klaagster een uitvoerige excuusbrief gestuurd en bij herhaling de bereidheid uitgesproken zijn excuses richting klaagster te herhalen tijdens een persoonlijk gesprek. Daarvan heeft klaagster geen gebruik gemaakt.Klaagster heeft ter zitting aangegeven dat de excuses van de notaris een weinig oprechte indruk maken nu deze bijna een jaar na het gebeuren en pas nadat klaagster een klacht tegen de notaris had ingediend, zijn gemaakt. Verder heeft klaagster er op gewezen dat uitlatingen van de notaris zeer serieus worden genomen juist omdat hij notaris is. Naar aanleiding van de klacht van de notaris werd klaagster, die toen nog advocaat-stagiaire was, meteen bij de deken op het matje geroepen. Zij heeft veel tijd moeten steken in het maken van haar verweer en het “zuiveren van haar goede naam”. De notaris heeft vervolgens zonder enige toelichting richting de deken zijn klacht ingetrokken.De kamer is van oordeel dat de notaris niet alleen klaagster op ongepaste wijze heeft bejegend maar ook dat hij onjuiste informatie doelbewust heeft gedeeld met derden, waaronder kantoorgenoten van klaagster. Daarnaast heeft de notaris zich grievend uitgelaten jegens klaagster in persoon en heeft hij zich grievend uitgelaten over de persoon van klaagster tegen derden. Uit de e-mails van 24 en 25 juni 2020 blijkt dat de notaris meerdere malen op krenkende en beledigende wijze klaagster heeft benaderd en dat hij daarbij zijn eigen emoties niet in bedwang kon houden. Daarbij heeft hij ook de hele advocatuur beledigd. Een dergelijke manier van communiceren past niet bij een professionele beroepsbeoefenaar zoals een notaris. Daarvan mag een andere manier van bejegening worden verwacht; in het geval dat de notaris meende dat klaagster een onvolledige volmacht had toegezonden, had hij dat op een rustige  en zakelijke wijze duidelijk moeten en kunnen maken. De kamer acht de klachtonderdelen 3.1.1, 3.1.2 en 3.1.3 derhalve gegrond.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2022:2 Kamer voor het notariaat Amsterdam 702596 / NT 21-31

    Het derde klachtonderdeel dat de notaris ten onrechte heeft geweigerd met mr. Zevenbergen te communiceren, vormt in feite de kern van de onderhavige klacht.Mr. Zevenbergen heeft in hoedanigheid van advocaat van klaagster de notaris verzocht om aan de gesprekken tussen de notaris en executeur met betrekking tot de afwikkeling van de nalatenschap deel te nemen en zich daarbij op het standpunt gesteld dat de vrije advocaatkeuze van zijn cliënte centraal staat. De notaris heeft – gelet op de specifieke testamentaire making met betrekking tot mr. Zevenbergen – mr. Zevenbergen op zijn positie gewezen en zich op het standpunt gesteld dat er sprake is van een niet aanvaardbaar gebrek aan onafhankelijkheid van mr. Zevenbergen in verhouding tot zijn opdrachtgeefster/echtgenote. Daarnaast heeft de notaris zich afgevraagd of mr. Zevenbergen ook voldoende onafhankelijkheid heeft ten opzichte van de zaak waarin hij als advocaat optreedt. De notaris heeft haar bezwaren hieromtrent geuit aan mr. Zevenbergen en vervolgens nader advies ingewonnen en – nadat mr. Zevenbergen zijn standpunt niet wijzigde – op 26 mei 2021 een klacht jegens mr. Zevenbergen bij de Raad van Discipline te Amsterdam ingediend, waarin de notaris de Raad verzoekt een oordeel te geven over de handelwijze en positie van mr. Zevenbergen. De mondelinge behandeling hiervan is vastgesteld op 1 april 2022.De kamer overweegt dat - gelet op de bepaling in het testament - het de notaris vrij stond om niet via mr. Zevenbergen, maar rechtstreeks met klaagster te willen communiceren. De notaris heeft dan ook niet onzorgvuldig gehandeld door daaromtrent advies in te winnen van de KNB en een advocaat en het oordeel van de Raad van Discipline af te wachten. De notaris heeft geen inbreuk gemaakt op het recht van vrije advocaatkeuze van klaagster, al was het alleen al omdat het laatstgenoemde te allen tijde vrijstond mr. Zevenbergen te blijven raadplegen. De kamer acht dit klachtonderdeel dus ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2022:3 Kamer voor het notariaat Amsterdam 705601 / NT 21-43

    De kamer is van oordeel dat de notaris voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zij ten tijde van het passeren alert is geweest op de mate van wilsbekwaamheid van erflater en dat zij onvoldoende aanleiding had om aan deze wilsbekwaamheid te twijfelen. Dat oordeel vindt mede steun in het feit dat de kamer van de notaris ter zitting heeft begrepen dat zij tijdens de bespreking diverse vragen aan erflater heeft gesteld die adequaat zijn beantwoord en dat zij daarbij geen twijfel heeft gehad over de wilsbekwaamheid van erflater. De notaris heeft verklaard dat zij niets heeft gemerkt van enige laaggeletterdheid bij erflater, maar ook indien daar wel sprake van zou zijn, wijst dat enkele feit niet op wilsonbekwaamheid. De notaris heeft bewust de bespreking aan het einde van de ochtend ingepland omdat dit het beste tijdstip van de dag is voor personen op hogere leeftijd. Daarnaast heeft de notaris verklaard dat de tweede bespreking – in tegenstelling tot de bewering van klaagsters dat dit slechts tien minuten duurde – zeker een uur heeft geduurd en dat het ook gebruikelijk is dat het kantoor een uur inplant voor een dergelijke bespreking. De notaris heeft verklaard dat de aktes integraal, van voor naar achter, met erflater zijn doorgenomen.Voorts hebben klaagsters niet geconcretiseerd hoe de volgens klaagsters verslechterende gezondheid van erflater was - meer specifiek het nierfalen dat volgens klaagsters tot forse warrigheid zou leiden -, terwijl door de notaris is aangevoerd dat erflater tijdens de bespreking geheel helder en stellig was over de reden van de aanpassing van de testamenten. Het testament en het levenstestament zijn bovendien, na inhoudelijke voorbespreking, eerst in concept aan erflater toegezonden, en vervolgens na twee weken gepasseerd.

  • De kamer ziet in de door klager aangehaalde correspondentie geen bevestiging van zijn stelling dat notaris 3. achter de rug van klager om met [B] heeft gecorrespondeerd en daarbij de belangen van klager opzettelijk heeft genegeerd. Zoals klager ter zitting heeft aangegeven, lag het initiatief tot het opstellen van de akte bij de Kopend Vennoten. Dat het eerste concept dan alleen naar hen is gestuurd, is in de praktijk niet ongebruikelijk en geeft geen blijk van partijdigheid. De volgende concepten zijn wel naar klager gestuurd en hij heeft daarop kunnen reageren. Hij heeft kenbaar gemaakt dat het winstrecht volgens hem moest zien op het onroerend goed. Notaris 3. heeft op dat punt navraag gedaan bij [B] die hem bevestigde dat hij klager had laten weten dat het onroerend goed onder het winstrecht viel. Het was weliswaar beter geweest als notaris 3. klager in de cc had gezet, maar uit het feit dat dit is nagelaten kan nog niet worden afgeleid dat notaris 3. opzettelijk de belangen van klager heeft genegeerd ten faveure van de Kopend Vennoten. Die gevolgtrekking kan ook niet worden verbonden aan de inhoud van de e-mail van 24 juli 2017. De daarin vermelde opmerking van de toegevoegd notaris “De aparte afspraak kan ik opnemen in de akte, maar dan is [klager] hier ook van op de hoogte” had, zoals de toegevoegd notaris heeft verklaard, geen betrekking op onderhavige zaak maar op een andere transactie.  

  • ECLI:NL:TNORSHE:2022:9 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2021/24 en 25

    Levering van aandelen in franchiseketen, terwijl de kandidaat-notaris ervan op de hoogte was dat tussen de verkrijger van die aandelen en andere franchisenemers in geschil was of ook zij als aandeelhouder/rechthebbende op levering van aandelen moesten worden aangemerkt. Overgangsrecht wijziging overdracht aandelen. Nu niet kon worden uitgesloten dat er andere franchisenemers waren aan wie de aandelen overeenkomstig de statutaire blokkeringsregeling zouden moeten worden aangeboden, oordeelt de kamer dat er op het moment van het passeren van de akte op basis van de aan de kandidaat-notaris kenbare feiten aanleiding bestond voor gerede twijfel over de vraag of de beoogd verkrijger van de aandelen onrechtmatig jegens (bepaalde) franchisenemers zou handelen door levering te verlangen zonder dat die aandelen ook aan die franchisenemers waren aangeboden. Tegen de achtergrond van de Novitaris-maatstaf is de kamer daarom van oordeel dat dit voor de kandidaat-notaris een beletsel had behoren te vormen voor de beoogde levering en dat het op zijn weg had gelegen om zijn ministerie te weigeren of op te schorten in afwachting van de uitkomst van nader onderzoek naar de rechten van klagers en/of de uitkomst van een civiele procedure daarover. Dat de kandidaat-notaris de akte van levering desalniettemin heeft gepasseerd en dat de notaris hem daarvan kennelijk niet heeft weerhouden, acht de kamer tuchtrechtelijk verwijtbaar. Overige klachtonderdelen ongegrond. Waarschuwing voor kandidaat-notaris en notaris en proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:24 Kamer voor het notariaat Den Haag 21-06

    Klager verwijt de toegevoegd notaris dat zij het levenstestament heeft gepasseerd, terwijl tante dement was.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:25 Kamer voor het notariaat Den Haag 21-18

    Klager verwijt de notaris dat hij heeft meegewerkt aan een testament voor erflaatster, waarbij klager vermoedt dat erflaatster alles heeft nagelaten aan een persoon van wie zij zakelijk afhankelijk was.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:26 Kamer voor het notariaat Den Haag 21-23

    De kern van de klacht ziet op het onjuist adviseren en berekenen van de hoogte van de vordering van klaagster (erfdeel plus rentevergoeding) op de nalatenschap van erflater.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:27 Kamer voor het notariaat Den Haag 21-19

    De volmacht is door de medische verklaring onrechtmatig tot stand gekomen. Er waren voor de notaris voldoende indicatoren aanwezig om gebruik te maken van het Stappenplan.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:28 Kamer voor het notariaat Den Haag 21-25

    Klager verwijt de notaris dat hij in opdracht van iemand die niet bevoegd is de panden van klager heeft geleverd aan een derde.