Zoekresultaten 2171-2180 van de 2796 resultaten

  • ECLI:NL:TNOKAMS:2011:YC0629 Kamer van toezicht Amsterdam 454087/NT 10-13 Pee

    Tekortschieten in zorg- en informatieplicht

  • ECLI:NL:TNOKARN:2011:YC0623 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2010/983

    Klager verwijt de notaris dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld bij het opmaken van het testament van de zuster van klager. De Kamer oordeelt dat dit niet is komen vast te staan. Voorts verwijt klager de notaris dat hij op geen enkele wijze met hem gecommuniceerd heeft. De Kamer acht dit klachtonderdeel gegrond en legt de maatregel van waarschuwing op.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2011:YC0621 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2010/981

    Het BFT verwijt de notaris dat hij enige tijd een negatieve bewaringspositie heeft gehad. Voorts belemmert de notaris het financiële toezicht door niet tijdig de kwartaal- en maandcijfers aan te leveren. De Kamer acht de klacht gegrond en legt de maatregel van schorsing in de uitoefening van het ambt voor de duur van twee dagen op.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2011:YC0622 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2010/982

    De notaris heeft in de periode 2008-2009 geen enkele opleidingspunt in het kader van de permanente educatie behaald. De Kamer legt de maatregel van waarschuwing op.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2011:YC0619 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2010/978

    De notaris was naar het oordeel van de Kamer onvoldoende duidelijk over de persoon van zijn opdrachtgever. Voorts heeft de notaris onvoldoende zorgvuldig gehandeld bij het aanvragen van onderbewindstelling/mentorschap van moeder van klaagsters. Slechts één van de kinderen, die de notaris reeds kende, was daarbij betrokken. Klaagsters zijn niet op het aanvraagformulier vermeld. De notaris was bekend met de gecompliceerde familiverhoudingen. Er was geen medische verklaring beschikbaar. Aan de notaris wordt de maatregel van waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2011:YC0620 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2010/972

    De notaris diende zich ervan te vergewissen dat klager zich realiseerde welke verplichtingen hij aanging bij de koop van een woning. De notaris had klager naar het oordeel van de Kamer daarom dienen te wijzen op de (mogelijke) verschuldigdheid van ruilverkavelingsrente, welke (mogelijke) verschuldigdheid bij de notaris bekend was. Die plicht rustte, anders dan door d enotaris aangevoerd, niet louter op de verkoper of diens makelaar. De notaris heeft niet afdoende gereageerd op de klacht van klager nadat deze was aangeslagen voor de rente. Aan de notaris wordt de maatregel van waarschuwing opgelegd.  

  • ECLI:NL:TNOKZUT:2010:YC0618 Kamer van toezicht Zutphen 8/2010

      De notaris heeft klachtwaardig gehandeld door niet (tijdig) te voldoen aan zijn wettelijke verplichting de jaarstukken bij het BFT in te dienen. Klacht gegrond. In het verleden is al vaker verzuimd de jaarstukken op tijd in te sturen. Twee eerdere klachten zijn gegrond verklaard. De eerste keer is een waarschuwing gegeven. De tweede keer een berisping. De Kamer van Toezicht volstaat met een berisping omdat slechts twee voor het toezicht minder belangrijke stukken ontbraken en de afgelopen vijf jaren de jaarstukken wel tijdig werden ingediend. 

  • ECLI:NL:TNOKSHE:2011:YC0614 Kamer van toezicht 's-Hertogenbosch KLN.10.17

    Notaris wordt door klager verweten een mogelijk tekort op de derdenrekening niet tijdig te hebben aangevuld. Geen sprake van ‘ne bis in idem’. De klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TNOKSHE:2011:YC0615 Kamer van toezicht 's-Hertogenbosch KLN.10.20

    Notaris wordt verweten te zijn tekortgeschoten in het beheer van de kwaliteitsrekening door uit te betalen zonder opschortende of ontbindende voorwaarden. Geen sprake van ‘ne bis in idem’. De klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2011:YC0616 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2010/960

    De notaris wordt verweten onzorgvuldig te hebben gehandeld, omdat zij een testament heeft gepasseerd van een testatrice die leed aan de ziekte van Alzheimer. De testatrice verbleef op dat moment op een gesloten afdeling voor psycho-geriatrische patiënten en de afspraak voor het opstellen van het testament werd gemaakt door een derde, die tot erfgename is benoemd.  De Kamer stelt vast dat de notaris zich ervan bewust is geweest dat de wilsbekwaamheid van de testatrice nauwkeuriger moest worden onderzocht. De Kamer overweegt dat de notaris op een zorgvuldige en integrale wijze zich op de hoogte heeft gesteld van de geestelijke toestand van de testatrice en uit het onderzoek heeft kunnen afleiden dat de testatrice haar wil kon bepalen. De Kamer heeft in verband hiermee twee notarieel medewerkers als getuigen gehoord. Bij het oordeel van de Kamer is mede van belang dat het een inhoudelijk eenvoudig testament betrof dat niet moeilijk was te begrijpen, dat de testatrice een duidelijk motief had voor haar testament en dat het de notaris niet bekend was dat bij de testatrice de ziekte van Alzheimer was geconstateerd. De Kamer verklaart de klacht ongegrond.