Zoekresultaten 1-10 van de 43178 resultaten
-
ECLI:NL:TAHVD:2024:246 Hof van Discipline 's Gravenhage 240031
- Datum publicatie: 30-09-2024
- Datum uitspraak: 02-09-2024
- ECLI:NL:TAHVD:2024:246
In deze zaak is aan de orde of verweerder klager voldoende heeft geïnformeerd over zijn recht op gefinancierde rechtsbijstand. Daarnaast verwijt klager verweerder dat hij bij aanvang van de opdracht geen inschatting heeft gegeven van de te verwachten kosten en hem ondanks zijn verzoek daartoe het dossier niet heeft toegezonden. Het beroep tegen de beslissing van de raad inzake de laatste twee klachtonderdelen wordt ongegrond verklaard. Het beroep tegen de beslissing van de raad inzake de eerste klacht slaagt. Aan verweerder wordt (alsnog) de maatregel van een waarschuwing opgelegd.
-
ECLI:NL:TAHVD:2024:247 Hof van Discipline 's Gravenhage 230274
- Datum publicatie: 30-09-2024
- Datum uitspraak: 02-08-2024
- ECLI:NL:TAHVD:2024:247
Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad verkort.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2024:124 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-591/DB/LI
- Datum publicatie: 30-09-2024
- Datum uitspraak: 27-09-2024
- ECLI:NL:TADRSHE:2024:124
Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Klager heeft zich op 12 juni 2024, derhalve ruimschoots na het verstrijken van de in artikel 46g lid 1 aanhef en sub a Advocatenwet bedoelde termijn, met een klacht over de kwaliteit van verweerders dienstverlening tot de deken gewend. Niet is gebleken dat klager niet eerder dan op 12 juni 2024 heeft kunnen klagen. Van een verschoonbare termijnoverschrijding is geen sprake. De voorzitter zal de klacht op grond van het voorgaande met toepassing van artikel 46g lid 1 aanhef en sub a Advocatenwet niet-ontvankelijk verklaren.
-
ECLI:NL:TAHVD:2024:248 Hof van Discipline 's Gravenhage 230390
- Datum publicatie: 30-09-2024
- Datum uitspraak: 02-09-2024
- ECLI:NL:TAHVD:2024:248
Klacht over eigen advocaat. Klagers zijn als groep één van de deelnemers geweest aan het gebiedsontwikkelingsproject “Oosterwold” van de gemeente Almere. De gemeente heeft op 4 januari 2019 de grondprijs van het project verhoogd. De gemeente heeft daarbij voor deelnemers die al vóór 4 januari 2019 met de gemeente een intentieovereenkomst hadden getekend een coulanceregeling gehanteerd op basis waarvan die deelnemers aanspraak konden maken op de oude grondprijs. Klagers stellen dat zij door vertraging van de kant van de gemeente pas ná januari 2019 hun intentieovereenkomst hebben kunnen tekenen waardoor zij geen aanspraak konden maken op de lagere grondprijs. Volgens klagers is verweerder tekortgeschoten in zijn zorgplicht jegens klagers en in zijn advisering. Klagers verwijten verweerder – voor zover in hoger beroep bij het hof nog van belang - dat hij klagers niet heeft afgeraden om op 30 januari 2020 de koopovereenkomst met de gemeente met daarin de hogere grondprijs – zonder enig voorbehoud – te ondertekenen en hen te adviseren een kort gedingprocedure tegen de gemeente te voeren terwijl dit kansloos was. Daarnaast verwijten klagers verweerder dat hij meerwerk heeft gefactureerd terwijl er een fixed-fee was afgesproken en dat hij in zijn communicatie hierover een indringende toonzetting heeft gebezigd. Het hof is anders dan de raad van oordeel dat verweerder niet is tekortgeschoten in zijn advisering. Het oordeel van de raad dat verweerder wel financieel onzorgvuldig heeft gehandeld en onzorgvuldig hierover heeft gecommuniceerd blijft wel in stand. Gelet op de bijzondere omstandigheden in dit geval, ziet het hof aanleiding om te volstaan met de maatregel van waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2024:125 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-554/DB/LI
- Datum publicatie: 30-09-2024
- Datum uitspraak: 26-09-2024
- ECLI:NL:TADRSHE:2024:125
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een familierechtelijke procedure. Uitganspunt is dat verweerster mag uitgaan van de informatie die zij van haar cliënt heeft ontvangen. Verweerster kwam de vrijheid toe om een gerechtelijke procedure te starten voor haar cliënt.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:233 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-903/AL/MN
- Datum publicatie: 27-09-2024
- Datum uitspraak: 23-09-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:233
Raadsbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. Klacht over (gestelde) grievende en onjuiste mededelingen wordt door de raad ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:234 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-002/AL/GLD
- Datum publicatie: 27-09-2024
- Datum uitspraak: 23-09-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:234
ongegrond verzet
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:235 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-076/AL/MN
- Datum publicatie: 27-09-2024
- Datum uitspraak: 23-09-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:235
Klacht over eigen advocaat. Klachten over (onder meer) het verstrekken van het dossier en het neerleggen van de opdracht worden door de raad ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:191 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6945
- Datum publicatie: 27-09-2024
- Datum uitspraak: 27-09-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:191
Kennelijk ongegronde klacht tegen een bedrijfsarts. Klaagster heeft zich ziekgemeld bij haar werkgever. Daarop heeft de bedrijfsarts klaagster gezien in het kader van een spoedconsult en een ‘Bijstelling Probleemanalyse & Advies opgesteld. Klaagster verwijt de bedrijfsarts dat hij haar tijdens het consult onbeschoft heeft behandeld, haar voet en knie niet deugdelijk heeft onderzocht, geen gehoor heeft gegeven aan haar klachten en dat hij ten onrechte aan haar werkgever geen urenbeperking per dag heeft geadviseerd. De bedrijfsarts heeft deze verwijten weersproken. Het college is van oordeel dat de klacht in al haar onderdelen kennelijk ongegrond is.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2024:151 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2381
- Datum publicatie: 26-09-2024
- Datum uitspraak: 18-09-2024
- ECLI:NL:TGZCTG:2024:151
Klacht tegen een huisarts in opleiding (haio). Klaagster is de dochter van patiënte. Patiënte is medio 2020 vanuit een ziekenhuis opgenomen op de revalidatie-afdeling van een verpleeghuis. Doel van de opname was overplaatsing naar huis. Patiënte is enkele weken later op de revalidatie-afdeling van het verpleeghuis overleden. De haio werkte in het kader van haar opleiding tot huisarts enkele maanden onder meer op de revalidatie-afdeling van het verpleeghuis. Daar is zij bij de behandeling van patiënte betrokken geweest. Klaagster is ontevreden over de manier waarop de haio haar moeder heeft behandeld en voert daarover acht klachtonderdelen aan. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht in al haar onderdelen kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster tegen deze beslissing.
- Pagina: 1
- Pagina: 2
- ...
- Pagina: 4318
- Volgende pagina zoekresultaten