Zoekresultaten 21011-21020 van de 42611 resultaten

  • ECLI:NL:TNORSHE:2016:21 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2015/106

      Klacht over o.a. schending geheimhoudingsplicht. Ingevolge artikel 22 lid 1 Wna is de notaris, voor zover niet bij of krachtens de wet anders is bepaald, ten aanzien van al hetgeen waarvan hij uit hoofde van zijn werkzaamheid als zodanig kennis neemt tot geheimhouding verplicht. Voor het overige kan de geheimhoudingsplicht alleen in uitzonderlijke omstandigheden worden doorbroken. Vast staat dat de notaris melding heeft gemaakt van mededelingen van erflater over “zwart geld” of “fiscaal niet verantwoord geld”. Anders dan de notaris is de kamer van oordeel dat deze mededelingen als toevertrouwd hebben te gelden. Desalniettemin acht de kamer gelet op de bijzondere omstandigheden van dit geval een doorbreking van de geheimhoudingsplicht gerechtvaardigd, omdat de mogelijke aanwezigheid van “zwart geld” of “fiscaal niet verantwoord geld” de rechtspositie van de erfgenaam direct raakt. Het vorenstaande geldt eveneens voor klagers in de hoedanigheid van advocaten van de erfgenaam. Voor wat betreft het melding maken van vorenbedoelde mededelingen van erflater tegenover de deken overweegt de kamer als volgt. In artikel 94 lid 2 Wna wordt een uitzondering gemaakt op de geheimhoudingsplicht: “Ten behoeve van de uitoefening van de tuchtrechtspraak door de kamers voor het notariaat en het gerechtshof Amsterdam zijn de notaris en de onder zijn verantwoordelijkheid werkzame personen ten opzichte van de kamers en het gerechtshof niet gehouden aan de geheimhoudingsplicht, bedoeld in artikel 22.” Achterliggende gedachte is dat een notaris zich moet kunnen verdedigen. Deze uitzondering geldt evenwel niet in het geval een notaris zelf een klacht heeft ingediend bij de deken van de orde van advocaten. De kamer komt dan ook tot de conclusie dat de notaris zijn geheimhoudingsplicht heeft geschonden door aan de deken mededelingen te doen over hetgeen tussen de notaris en erflater is besproken. Maatregel van berisping.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2016:181 Raad van Discipline Amsterdam 16-746/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen eigen advocaat. Klacht deels niet-ontvankelijk en voor het overige kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2016:22 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2015/93

    Klacht deels gegrond zonder oplegging van maatregel. Artikel 10 lid 1 en 2 Verordening beroeps- en gedragsregels. Het had op de weg van de notaris gelegen om de financiële consequenties van zijn inschakeling schriftelijk vast te leggen. Voorts staat vast dat de notaris heeft verzuimd om tijdig aan klager mee te delen dat er meer kosten in rekening zouden worden gebracht dan voorzien.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2016:23 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2015/88

    Artikel 44 lid 1 Wna. Volmacht van klager bevond zich reeds in het protocol van de notaris en behoefde dus niet aan de latere akten worden gehecht. Artikel 2 Reglement Geschillencommissie Notariaat. Geschillenregeling is hier niet van toepassing, omdat er geen nieuwe opdracht tussen de notaris en klager tot stand is gekomen. Klacht over handelwijze notaris rondom afgifte grosse ongegrond. Van een advocaat mag worden verlangd dat hij op de hoogte is van de werkwijze rondom de afgifte van grossen. Zo had de advocaat van klager zelf kunnen constateren aan wie de notaris de grosse had uitgereikt en op wiens verzoek dat is geschied. Voorts mag bekend worden verondersteld dat de notaris verplicht is om uit hoofde van zijn ambt partijen bij een akte een grosse van die akte te verstrekken. Een grosse geeft een partij de wettelijk voorgeschreven mogelijkheid zijn uit de akte voortvloeiend recht uit te voeren. Dit recht is voor de notaris, die de akte gepasseerd heeft, geen onderwerp van discussie. T oestemming van klager voor de afgifte van de grosse is niet vereist. Of de grosse ook een executoriale titel oplevert is niet ter beoordeling aan de notaris.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2016:17 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2015/99 SHE/2015/100 SHE/2015/101

    Zuster van klager is bewindvoerder over vermogen van moeder. Op basis van taxatierapport verleent kantonrechter machtiging aan bewindvoerder om woningen van moeder te kopen tegen de getaxeerde waarde, die onder de WOZ-waarde ligt. Notaris passeert akte van levering. Hij wist dat de bewindvoerder bezwaar had aangetekend tegen de WOZ-waardebeschikkingen en heeft voorafgaand aan de levering navraag gedaan bij de taxateur in verband met het waardeverschil. In de gegeven omstandigheden heeft de notaris voldoende zorgvuldigheid betracht, waarbij de kamer mede in aanmerking neemt dat de notaris mocht aannemen dat de kantonrechter er, bij deze verkoop aan de bewindvoerder zélf, extra alert op was geweest dat de onder bewind gestelde zaken van moeder niet onder de marktwaarde werden verkocht. Ongegrond (ook ten aanzien van wijze van declareren).

  • ECLI:NL:TNORSHE:2016:24 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2016/9

    De notaris heeft advies uitgebracht over op welke wijze , in de statuten en in wetgeving, in de samenstelling van het bestuur wordt voorzien . Klagers klagen over dit advies. Klagers zijn ontvankelijk in hun verzoek, omdat het advies van de notaris betrekking heeft op het lidmaatschap van een aantal bestuurders van klagers. Klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2016:18 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2016/14

    Bij levenstestament wordt eerdere volmacht gewijzigd. Notaris heeft in gegeven omstandigheden voldoende zorgvuldigheid betracht bij beoordeling wilsbekwaamheid volmachtgever. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2015:59 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/100 en AL/2015/101

      Klager is partij geweest bij de hypotheekakte en moet om die reden geacht worden kennis te (kunnen) hebben gehad van de inhoud en de strekking van de hypotheekakte en van het handelen dan wel nalaten van de notaris dienaangaande. De termijn voor indiening van een klacht tegen bedoeld handelen c.q nalaten is daarom aangevangen op de datum van passeren van de akte en na verloop van drie jaren geëindigd. De omstandigheid dat klager eerst na ommekomst van deze termijn tot de opvatting is gekomen dat ten aanzien van de akte sprake is geweest van klachtwaardig handelen dan wel nalaten van de notaris brengt gelet op de vaste rechtspraak van het hof (zie onder meer ECLI:NL:GHAMS:2013:BZ4660) brengt in het vorenstaande geen verandering

  • ECLI:NL:TADRSGR:2016:172 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-292/DH/DH a

    Voorzittersbeslissing. De voorzitter is van oordeel dat klaagster niet kan worden ontvangen in de klachtonderdelen voor zover deze betrekking hebben op de periode vóór 22 februari 2013. Nu klaagster zich pas op 22 februari 2016 heeft beklaagd over bepaald handelen van verweerster, is de termijn zoals bedoeld in artikel 46g lid 1 sub a verstreken en dienen de klachtonderdelen in zoverre niet-ontvankelijk te worden verklaard. Voor zover de klacht betrekking heeft op het handelen van verweerster vanaf 22 februari 2013 heeft klaagster haar klacht tijdig ingediend en kan zij daarin worden ontvangen. Dat deel van de klacht is kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2016:185 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-567/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Verwijt dat verweerster tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld doordat klager van het bedrag van EUR 874,- aan proceskosten dat zijn wederpartij op grond van een gerechtelijke uitspraak diende te betalen, slechts een bedrag van EUR 50,- heeft ontvangen, terwijl hij in andere zaken die verweerster voor hem heeft behandeld ongeveer vijftig procent van de proceskosten heeft ontvangen. Vast staat dat klager in de onderliggende procedure niet meer dan EUR 50,- aan proceskosten heeft betaald. Uit de stukken volgt dat de eigen bijdrage ter hoogte van EUR 50,- reeds aan klager is betaald, zodat hij schadeloos is gesteld. Dat klager aanspraak zou kunnen maken op een hoger bedrag is niet gebleken en wordt bovendien weerlegd door in het dossier aanwezige stukken. Niet is gebleken dat verweerster op enigerlei wijze tuchtrechtelijk laakbaar jegens klager heeft gehandeld. Integendeel, verweerster heeft wat deze kwestie betreft doorlopend correct en voortvarend gehandeld. Klacht kennelijk ongegrond.