Zoekresultaten 9981-9990 van de 45118 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2021:117 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 210073

    Artikel 13 beklag. Klaagster heeft de deken voor de derde keer verzocht om aanwijzing van een advocaat. Het hof is van oordeel dat de deken zich voldoende heeft ingespannen om klaagster te informeren over wat van haar wordt verlangd om haar verzoek in behandeling te kunnen nemen en de deken heeft klaagster voldoende tijd gegeven om de gevraagde stukken aan te leveren. Klaagster heeft slechts een lijst met namen van advocaten verstrekt die zij zou hebben benaderd, zonder nadere bewijsstukken en toelichting. Ook heeft ze niet aangetoond dat er sprake is van een procedure waarbij bijstand van een advocaat is voorgeschreven. Het verzoek van klaagster wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRARL:2021:132 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 20-021 20-022

    Verweerder sub 1 heeft klagers bijgestaan in hun geschil met een bouwbedrijf. De (al dan niet) door verweerder sub 1 aan klagers gestuurde opdrachtbevestiging voldeed niet aan het bepaalde in art. 7.5 Voda, nu daarin niet de te verrichten werkzaamheden en de duur ervan vermeld stonden en evenmin was vermeld wat was afgesproken over een plan van aanpak en te volgen strategie met de mogelijke financiële risico’s van onder meer een arbitrageprocedure. Verweerder sub 1 heeft in strijd met Gedragsregel 16 klagers daar op een later moment ook niet schriftelijk op gewezen, terwijl hij daartoe ondanks de tijdsdruk wel de gelegenheid voor moet hebben gehad. In zoverre is verweerder sub 1 tekortgeschoten in zijn verplichtingen jegens klagers en zijn die klachten gegrond. Waarschuwing. De overige klachten en de klachten tegen verweerder sub 2 zijn ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2021:118 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 200283

    Klacht tegen eigen advocaat in familiezaak ook in hoger beroep ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2021:133 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 20-472

    Verzet ongegrond. Verweerder heeft klager naar behoren bijgestaan in zijn geschil.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2021:101 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag D2021/2213-2020-167

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een bedrijfsarts. Het is niet gebleken dat de bedrijfsarts een onjuist oordeel heeft gegeven over de draagbare arbeidslast in relatie tot de fysieke en mentale mogelijkheden van klaagster. Dit oordeel is zorgvuldig geweest, gelet op de verschillende spreekuurcontacten. Het College ziet geen aanknopingspunten in het dossier dat informatie bij de beoordeling van de belastbaarheid buiten beschouwing is gelaten of in een andere context is geplaatst. Dat de bedrijfsarts zich tijdens de gesprekken ongeoorloofd heeft opgesteld, kan het college niet vaststellen, omdat het geen getuige is geweest van deze gesprekken en in het medisch dossier aanknopingspunten daarvoor ontbreken. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2021:137 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 21-492/DB/LI

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. Klaagster heeft geen eigen belang bij de klacht dat verweerder zich jegens klaagsters advocaat, de deurwaarder en de notaris, onnodig grievend en intimiderend heeft uitgelaten en bij de klacht dat verweerder onvoldoende op de hoogte was van de wettelijke procedures en inhoudelijke aspecten, zodat deze klachtonderdelen met toepassing van artikel 46j lid 1 sub b Advocatenwet kennelijk niet-ontvankelijk worden verklaard. Verweerder is met de wijze waarop hij is opgetreden en zich in die correspondentie heeft uitgedrukt gebleven binnen de grenzen van het toelaatbare, waarbij de voorzitter in aanmerking neemt de context waarbinnen de uitlatingen zijn gedaan, te weten een langslepend geschil waarbij partijen lijnrecht tegenover elkaar stonden. In zoverre is de klacht wel ontvankelijk, maar kennelijk ongegrond op grond van artikel 46j lid 1 sub c Advocatenwet.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2021:102 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag d2021/21-2020-117

    Ongegronde klacht tegen een plastisch chirurg. Het is niet aannemelijk dat de plastisch chirurg klaagster niet over de risico’s heeft geïnformeerd, gelet op het uitvoerige overleg voorafgaand aan en het e-mailverkeer voor beide operaties. Hoewel geen onderdeel van de klacht, merkt het College op dat uit het overgelegde dossier niet kan worden opgemaakt of de plastisch chirurg daadwerkelijk kennis heeft genomen van de inhoud van het toestemmingsformulier. Het is volgens het College van belang om een toestemmingsformulier naast een digitale datum en het tijdstip ook te voorzien van een (digitale) aantekening of een paraaf zodat wanneer derden het dossier raadplegen duidelijk zichtbaar is dat de behandelaar kennis heeft genomen van de inhoud van het toestemmingsformulier. De onjuistheden in het dossier zijn niet van dien aard dat deze zijn aan te merken als tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. Toen de plastisch chirurg niet meer de juiste zorg kon leveren, heeft hij klaagster terecht overgedragen naar de dermatoloog, gelet op diens deskundigheid. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2021:133 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 21-104/DB/ZWB

    Ne bis in idem. Klager heeft geen eigen belang bij klachten over de financiële afspraken tussen de verzekeraar en de rechtshulpverlener. Advocaat hoeft bij zijn advies over de aanpak van de zaak geen rekening te houden met de gevolgen die de rechtsbijstandsverzekeraar daar mogelijk aan verbindt. De advocaat is daarover geen verklaring verschuldigd. Klacht gedeeltelijk ongegrond, gedeeltelijk niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2021:134 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 20-704/DB/LI

    Advocaat heeft op 1 december 2014 op verzoek van de deken opgetreden als bemiddelaar en een verslag van het gesprek opgesteld. De voorzitter heeft de klacht betreffende het gespreksverslag van 1 december 2014 terecht op grond van artikel 46 g lid 1 sub a gedeeltelijk niet-ontvankelijk verklaard en voor het overige ongegrond. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2021:135 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 20-733/DB/LI

    Niet gebleken dat advocaat bij de uitoefening van zijn werkzaamheden voor klager niet heeft voldaan aan datgene wat binnen de beroepsgroep als professionele standaard geldt. Voor zover juridisch al mogelijk was dat klager op een overeengekomen regeling terugkwam, volgt uit zijn e-mail aan de advocaat over die regeling niet dat hij zijn instemming met die regeling introk. Klacht ongegrond