Zoekresultaten 33001-33010 van de 44683 resultaten
-
ECLI:NL:TGZCTG:2013:136 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.410
- Datum publicatie: 07-11-2013
- Datum uitspraak: 07-11-2013
- ECLI:NL:TGZCTG:2013:136
Klacht tegen een tandarts. Klager verwijt de tandarts dat zij 1) geen aandacht heeft besteed aan de notitie op de patiëntenkaart dat er een solo-opname gemaakt moest worden van element 22, 2) gedurende drie jaren geen enkele röntgenfoto van het gebit van klager heeft gemaakt en 3) klager onjuist heeft ingelicht over de toestand van zijn gebit. De behandeling van de zaak in hoger beroep heeft het Centraal Tuchtcollege geen aanleiding gegeven tot de vaststelling van andere feiten en tot andere beschouwingen en beslissingen dan die van het Regionaal Tuchtcollege in eerste aanleg, zodat het beroep moet worden verworpen.
-
ECLI:NL:TADRLEE:2012:10 Raad van Discipline Leeuwarden 98/11
- Datum publicatie: 07-11-2013
- Datum uitspraak: 07-09-2012
- ECLI:NL:TADRLEE:2012:10
Verweerder was de vaste raadsman van klagers werkgever. Hij behandelde echter ook een paar zaken voor klager. Vervolgens ontsloeg verweerder klager op verzoek van de werkgever op staande voet. Klager schakelde daarop een andere advocaat in om zijn belangen te behartigen. Toch nam verweerder nog rechtstreeks contact op met klager. De raad beoordeelde beide klachten gegrond en legde verweerder gezien de ernst van de klachten een voorwaardelijke schorsing van 1 maand op.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2013:137 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.487
- Datum publicatie: 07-11-2013
- Datum uitspraak: 07-11-2013
- ECLI:NL:TGZCTG:2013:137
Bij de moeder van klaagsters, patiënte, is ivm borstkanker door verweerder, chirurg, een borst geamputeerd. Daags na de operatie gaf patiënte aan pijn in de rug te hebben; de dienstdoende zaalarts heeft patiënte onderzocht en geoordeeld dat het spierpijn betrof. Een maand later is bij patiënte behandeling met hormoontherapie gestart. Drie maanden later zijn naar aanleiding van hevige pijnklachten bij patiënte een MRI en een PET-scan gemaakt. Op basis hiervan ontstond een vermoeden van metastase in het borstbeen waarna patiënte is overdragen aan de internist-oncoloog, die, na herhaling van de PET-scan weer vier maanden later, metastasen in de longen en het mediastinum heeft geconstateerd. Patiënte is inmiddels overleden. Klaagsters verwijten verweerder 1)onvoldoende aandacht aan de pijnklachten van patiënte te hebben besteed, 2)in strijd met het landelijk beleid te handelen door geen chemotherapie aan te bieden, 3)ten onrechte niet te zijn ingegaan op meerdere verzoeken van patiënte om een MRI of CT-scan, 4) onvoldoende rekening te hebben gehouden met het feit dat patiënte voor de tweede keer borstkanker had en daardoor een vergrote kans op uitzaaiingen. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht ongegrond verklaard en afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TADRLEE:2012:8 Raad van Discipline Leeuwarden 58/10
- Datum publicatie: 07-11-2013
- Datum uitspraak: 17-02-2012
- ECLI:NL:TADRLEE:2012:8
Klager is het niet eens met de beslissing van de voorzitter van de raad. Hij meent dat verweerder ten onrechte de door zijn werkgever van het UWV verkregen gegevens heeft gebruikt in de ontslagprocedure. De raad meent dat verweerder mocht aannemen dat de door zijn cliënt verstrekte gegevens juist waren en dat hij deze mocht gebruiken in de procedure. Het verzet is ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2013:131 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.151
- Datum publicatie: 07-11-2013
- Datum uitspraak: 07-11-2013
- ECLI:NL:TGZCTG:2013:131
De Inspectie voor de Gezondheidszorg verwijt de cardioloog onzorgvuldig handelen in zijn praktijkuitoefening. De klacht houdt zakelijk weergegeven in dat: 1. de wijze van praktijkvoering van verweerder onvoldoende is en ver beneden de standaard van de beroepsgroep; 2. de dossiervorming niet voldoet aan de professionele norm en een medicatieoverzicht ontbreekt; 3. de opslag en toegankelijkheid van onderzoeksuitslagen niet is geborgd; 4. de continuïteit van de zorg niet (afdoende) is geborgd; en 5. in de praktijk van verweerder geen protocollen zijn aangetroffen of voorhanden zijn voor de meest belangrijke cardiologische problemen. Het RTG heeft de arts de maatregel van doorhaling opgelegd, zijn inschrijving in het BIG register met onmiddellijke ingang geschorst en de publicatie van de beslissing gelast. Het Centraal Tuchtcollege heeft - zakelijk weergegeven - de arts niet-ontvankelijk verklaard in het beroep tegen de bij wijze van voorlopige voorziening opgelegde schorsing van inschrijving, de klacht van de Inspectie gegrond verklaard, de bestreden beslissing vernietigd wat betreft de opgelegde maatregel, de maatregel opgelegd van een gedeeltelijke ontzegging van zijn bevoegdheid als arts hierin bestaande dat hem het recht wordt ontzegd als cardioloog werkzaam te zijn, bepaald dat van deze maatregel aantekening in het Register wordt gemaakt, bepaald dat de bestreden beslissing voor het overige wordt bekrachtigd en ten slotte de publicatie bepaald.
-
ECLI:NL:TADRLEE:2012:11 Raad van Discipline Leeuwarden 73/11
- Datum publicatie: 07-11-2013
- Datum uitspraak: 07-09-2012
- ECLI:NL:TADRLEE:2012:11
Bij vonnis is klager veroordeeld tot het stellen van een bankgarantie. De bank die de garantie afgaf, eiste een contragarantie. Verweerder heeft rechtstreeks telefonisch contact gezocht met de kennis van klager die de contragarantie afgaf. Klager beklaagt zich daarover omdat daardoor de contragarantie werd beperkt tot één jaar. De contragarant zou door het telefoontje geïntimideerd zijn. Verweerder meent dat hij handelde in het belang van zijn cliënt. De raad oordeelt dat de klacht gegrond is, omdat verweerder door het gesprek onnodig het risico liep klager te schaden. Er is echter geen maatregel opgelegd.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2013:138 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.374
- Datum publicatie: 07-11-2013
- Datum uitspraak: 07-11-2013
- ECLI:NL:TGZCTG:2013:138
De moeder van klaagster (patiënte) verbleef na een darmoperatie in het ziekenhuis. De avond na de operatie had de arts – in de functie van arts-assistent - dienst. Tijdens de nacht werd zij telefonisch geraadpleegd. In de vroege ochtend heeft zij patiënte gezien en onderzocht en vervolgens overgedragen aan collega’s, waaronder de behandelend chirurg. Later die dag is patiënte geopereerd aan een darmperforatie. Twee dagen nadien is patiënte overleden. Klaagster verwijt de arts dat zij is tekort geschoten in de zorg van patiënte. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de arts, gegeven de omstandigheden, geen tuchtrechtelijk verwijt valt te maken.
-
ECLI:NL:TADRLEE:2012:9 Raad van Discipline Leeuwarden 103/11
- Datum publicatie: 07-11-2013
- Datum uitspraak: 30-11-2012
- ECLI:NL:TADRLEE:2012:9
Klaagster heeft een klacht ingediend namens een stichting. De door de stichting aan haar verstrekte volmacht heeft betrekking op het in en buiten rechte vertegenwoordigen van deze stichting inzake een procedure betreffende het bezwaar aantekenen tegen het afgeven van een kapvergunning. Naar het oordeel van de raad zag de volmacht niet op het indienen van een klacht tegen verweerder. Klacht niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2013:132 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.091
- Datum publicatie: 07-11-2013
- Datum uitspraak: 07-11-2013
- ECLI:NL:TGZCTG:2013:132
Klaagster verwijt de verpleegkundige onder meer 1) het ten onrechte stellen van de diagnose borderline, 2) het voorschrijven van een vals recept voor medicatie, 3) het ten onrechte niet doorverwijzen naar een andere beroepsbeoefenaar, 4)het schenden van privacywetgeving door het zonder toestemming verspreiden van vertrouwelijke informatie, 5) het onnodig creëren van onrust door het doen van een valse zorgmelding, 6) het onjuist declareren van rekeningen bij de zorgverzekeraar. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TADRLEE:2012:12 Raad van Discipline Leeuwarden 92/11
- Datum publicatie: 07-11-2013
- Datum uitspraak: 30-11-2012
- ECLI:NL:TADRLEE:2012:12
De klacht van klager tegen verweerder,die optrad voor klagers wederpartij is door de voorzitter van de raad kennelijk ongegrond verklaard. Het verzet tegen die beslissing wordt ongegrond verklaard omdat ook de raad van oordeel is dat de klacht kennelijk ongegrond is. Gezien in het licht van het feit dat verweerder in zijn positie een grote mate van vrijheid heeft om de belangen van klagers wederpartij te behartigen, heeft hij niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld bij de uitvoering van de tijdens een comparitie gemaakte afspraken.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 3300
- Pagina: 3301
- Pagina: 3302
- ...
- Pagina: 4469
- Volgende pagina zoekresultaten