Zoekresultaten 39661-39670 van de 44805 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG1311 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2010.170

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1918 Raad van Discipline Arnhem 10-165

    Verzetzaak. Klacht wegens het niet opsturen van het procesdossier aan de cassatieadvocaat nadat de behandelend advocaat de werkzaamheden voor klager al enige tijd had beëindigd. Beslissing dat de klacht als kennelijk niet gegrond moet worden beschouwd, wordt in verzet bekrachtigd. Het had op de weg van klager of de cassatieadvocaat gelegen om verweerder een herinnering te sturen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG1318 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2010.285

    Volgens klager heeft zijn huisarts in strijd met zijn geheimhoudingsverplichting aan een derde informatie verstrekt over klager. De arts heeft dit ontkend. Voorts verwijt klager de arts dat deze hem ten onrechte heeft laten arresteren, waarna wederrechtelijke vrijheidsbeneming en een valse aangifte van de arts is gevolgd. Het RTG heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van klager verworpen.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1912 Raad van Discipline Arnhem 10-80

    De klacht (in januari 2010 bij de deken aan de orde gesteld): in een zaak (die speelde in 2001) optredend voor de verzekeraar van aansprakelijk gestelde advocaten a. onjuiste informatie verstrekken en geen advies vragen aan deskundige medici, b. voor die verzekeraar de zaak niet naar behoren uitvoeren maar in de doofpot stoppen en c. optreden voor een verzekeraar die tevens de zijne was en waarin een kantoorgenoot was betrokken. Het tijdsverloop, dat zonder een deugdelijke verklaring bleef, leidt tot kennelijke niet-ontvankelijkheid.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG1312 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2010.181

    De zoon van klaagster is in een pleeggezin geplaatst dat is ingeschreven in de praktijk van de huisarts. Begin 2007 brengt klaagster (de biologische moeder) een bezoek aan de arts i.v.m. verkoudheidsklachten van haar zoon, sindsdien heeft zij meerdere malen contact gehad met de arts m.b.t. deze klachten. In november 2008 verwijst de arts de zoon op verzoek van klaagster naar de KNO-arts. Klaagster verwijt de arts tekortschieten in de medische zorg. Hij heeft de zoon van klaagster wel verschillende malen gezien maar geen behandeling uitgevoerd terwijl dat volgens klaagster dringend nodig was. Het RTG wijst de klacht als kennelijk ongegrond af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG1319 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2010.348

    Klager en moeder zijn verwikkeld in een strijd om de zorg voor hun minderjarige gehandicapte dochter. De RvdK is gevraagd advies uit te brengen aan de kinderrechter. Klager heeft aan de huisarts, gevraagd of deze een advies had gegeven aan de moeder dat haar dochter niet een gesprek met de kinderrechter moet aangaan. Klager verwijt de huisarts: 1. dat hij zich ten onrechte heeft beroepen op zijn beroepsgeheim waardoor klager niet geïnformeerd is over het advies dat de huisarts 2. dat hij een leugenachtige verklaring heeft afgegeven aan de raadsonderzoeker van de RvdK en 3. dat hij klager niet heeft geïnformeerd over en om toestemming heeft gevraagd voor de sterilisatie van zijn dochter. Het RTG acht alle drie de klachtonderdelen gegrond en legt de maatregel van waarschuwing op. De huisarts komt in beroep van de klachtonderdelen 1 en 2. Het Centraal Tuchtcollege vernietigd de beslissing van het RTG alleen met betrekking tot klachtonderdeel 2 en acht dit klachtonderdeel ongegrond, verwerpt het beroep van de arts voor het overige en bevestigt de opgelegde maatregel van waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG1313 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2010.182

    De aangeklaagde KNO-arts heeft klaagsters zoon eenmalig gezien wegens verkoudheidsklachten, dan wel keelklachten. Klaagster verwijt de arts dat : 1) hij zich niet voldoende op de hoogte heeft gesteld van de gezagsbevoegdheid t.a.v. zoon van klaagster en hem zonder haar toestemming heeft behandeld. 2) hij de diagnose heeft gegeven op een computeruitdraai, waardoor volgens klaagster onzekerheid over de herkomst en betrouwbaarheid van de diagnose is ontstaan. 3) hij een onjuiste diagnose heeft gesteld en geen nadere uitleg van het ziektebeeld te heeft gegeven. Het RTG heeft de klacht in al haar onderdelen zonder nader onderzoek als ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van klaagster verworpen.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1914 Raad van Discipline Arnhem 11-18

    Klacht: Onevenredig veel tijd in rekening gebracht, meer dan aanvankelijk begroot, alimentatie onjuist berekend, niet tijdig herziening van alimentatie verzocht met als gevolg dat LBIO beslag legde. Alle verwijten ongegrond. Voorschotdeclaratie conform opdracht. Het stond verweerder niet vrij om op voorstel klager no cure no pay in te gaan. Er is niet één juiste berekeningsmethode voor alimentatie, verschillende benaderingen mogelijk.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG1320 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2010.246

    Klacht tegen apotheker is ongegrond. Niet is gebleken dat de behandelend oncoloog het medicijn heeft voorgeschreven voor het gebruik voor een ononderbroken duur van vijf weken. Apotheker valt geen tuchtrechtelijk verwijt te maken.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG1314 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2010.192

    Klacht van profvoetballer tegen aan club verbonden sportarts over toezending van toelichtende brief aan bestuur in verband met blessure over kwalificatie ‘geschikt’, ongegrond.