Zoekresultaten 35261-35270 van de 44668 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3920 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4031/12.165

    Op basis van de stukken kan niet worden vastgesteld dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Verweerder heeft gemotiveerd gesteld dat het niet overleggen van financiële stukken slechts in het nadeel van de wederpartij zou kunnen werken. Dit laatste valt onder de eigen verantwoordelijkheid van verweerder. Uit de beschikking van 20 juni 2012 kan worden afgeleid dat verweerder klaagsters argumenten in het hoger beroep naar voren heeft gebracht. De tuchtrechter is niet bevoegd een inhoudelijk oordeel over de behandeling van de zaak te geven, tenzij sprake is van evidente fouten van verweerder. Dit laatste is niet gebleken. Niet kan worden vastgesteld dat verweerder de behandeling ter zitting met klaagster niet althans onvoldoende zou hebben voorbereid. De klacht is kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3901 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.3854/11.256

    Klacht dat verweerder klaagster ten onrechte heeft geadviseerd de wederpartij te dagvaarden voor de Nederlandse rechter. Voorts dat verweerder klaagster niet heeft gewezen op het risico van onbevoegdverklaring van de rechtbank, ook niet nadat de wederpartij zich op het standpunt stelde dat de Nederlandse rechter onbevoegd was. De raad oordeelt dat verweerder kennelijk gronden heeft gezien om de zaak aan de Nederlandse rechter voor te leggen, hetgeen blijkt uit een passage in de inleidende dagvaarding; voorts overweegt de raad dat, gezien de uitvoerige motivering door het gerechtshof, niet kan worden gezegd dat aanstonds duidelijk was dat verweerder kennelijk ten onrechte de bevoegdheid van de Nederlandse rechter had aangenomen. Van kennelijk onjuist adviseren is niet gebleken. Het eerste klachtonderdeel is ongegrond. Het lag op de weg van verweerder om, gelet op de bijzondere situatie dat de wederpartij in het buitenland woonachtig was en daardoor de bevoegdheid van de Nederlandse rechter een onderwerp van geschil zou kunnen vormen, klaagster bij aanvang van de zaak schriftelijk te wijzen op het risico dat de rechter zich onbevoegd zou verklaren en het risico dat klaagster in de proceskosten zou worden veroordeeld. Verweerder heeft dit niet gedaan. Tweede klachtonderdeel gegrond. Maatregel: enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA3863 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3985/12.119

    Geen gronden in verzet aangevoerd anders dan een uitwerking en herhaling van de klacht. Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3889 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3945/12.79

    Verweerder heeft de behartiging van de belangen van klagers voormalige echtgenote overgenomen van een andere advocaat. Bij aanvang van de behandeling heeft verweerder met een brief bij klager geïnformeerd naar de voortgang van de verkoop van de voormalige echtelijke woning. Klacht dat de brief onnodig is gestuurd daar volgens klager zijn voormalige echtgenote van alle ontwikkelingen op de hoogte was, zodat de voormalige echtgenote onnodig op kosten is gejaagd. Klacht kennelijk ongegrond. In het verzet zijn stukken in het geding gebracht die handelingen van verweerder en verwikkelingen betreffen die dateren van na de afsluiting van het onderzoek van de deken. Deze worden buiten beschouwing gelaten. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3914 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4023/12.157

    Klager is niet rechtstreeks in zijn belangen getroffen. Op basis van de stukken kan niet worden vastgesteld dat verweerder tekort is geschoten in de informatievoorziening van klager sub 2 in het kader van de door klagers ingediende klacht tegen mr. K. Klacht deels kennelijk niet-ontvankelijk en deels kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA3933 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4090/12.224

    Verweerder stelt te hebben aangegeven dat hij – tegen betaling – namens een van de vennootschappen kon optreden, maar dat het hem niet vrij stond om op te treden namens de vennootschap of één van de aandeelhouders in een procedure tegen (de erven van) de andere aandeelhouder/bestuurder met wie hij in het verleden nauw heeft samengewerkt. Dit standpunt is conform de gedragsregels. Klager heeft zijn standpunt ter zake niet nader onderbouwd, zodat niet kan worden vastgesteld dat verweerder op dit punt tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. De verklaringen van klager en verweerder met betrekking tot het vinden van een Nederlandse advocaat spreken elkaar tegen, reden waarop de juistheid van klachtonderdeel d niet worden vastgesteld. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3851 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3977/12.111

    Op basis van tegenstrijdige stellingen is niet vast te stellen of verweerder klager opdracht heeft gegeven om werkzaamheden te verrichten. Of het onbetaald laten van een declaratie klachtwaardig is, kan bijgevolg niet worden vastgesteld. Voor bewijslevering is in een klachtprocedure geen plaats. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA3927 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4103/13.10

    De verweten gedraging van verweerder dateert van 2003. Klagers hebben negen jaar gewacht met het indienen van onderhavige klacht zonder dat zij daartoe een verschoonbare reden hebben aangevoerd. De stelling dat hun advocaat niet-ontvankelijk is verklaard ter zake een gelijkluidende klacht tegen verweerder leidt niet tot een ander oordeel. Klacht kennelijk niet ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3883 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.3920/12.54

    KIacht dat verweerder de belangen van klager niet goed heeft behartigd en niet voortvarend heeft gehandeld. De raad oordeelt dat verweerder onbetwist heeft aangevoerd dat hij klager heeft verzocht om toezending van stukken, benodigd om de wederpartij aan te spreken, en dat verweerder die stukken niet heeft ontvangen. Gezien het tijdsverloop tussen aanvang en beëindiging van de opdracht kan verweerder niet worden verweten dat hij de zaak niet voortvarend heeft aangepakt. Verweerder heeft zijn opdracht uitdrukkelijk geformuleerd als belangenbehartiging in het geschil met de instantie. Daartegen heeft klager geen bezwaar gemaakt. Daarom kan verweerder niet worden verweten dat hij niet naar andere wegen of wederpartijen zocht om de mogelijke belangen van klager te behartigen. Klacht in alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA3870 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.3918/12.52

    Verweerster behartigt de belangen van klagers ex-echtgenote in geschillen over een omgangsregeling, die gebaseerd is op een convenant. In een brief aan klager heeft verweerster onder meer meegedeeld dat, indien klager niet zou bevestigen dat hij het kind op een bepaalde datum om 10 uur ’s morgens bij zijn ex-echtgenote zou terugbrengen, verweerster haar cliënte zou adviseren het kind in de gehele vakantie bij zich te houden. Verweerster is met de gewraakte passage in haar brief de haar toekomende vrijheid bij de belangenbehartiging voor haar cliënte te buiten is gegaan. Zij heeft aan klager meegedeeld dat zij haar cliënte zou adviseren te handelen in strijd met de overeengekomen omgangsregeling. Klacht gegrond. Geen maatregel.