Zoekresultaten 15711-15720 van de 44930 resultaten

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:241 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/639218 / DW RK 17/1165

    Beslissing op verzet. Klagers verwijten de gerechtsdeurwaarders dat zij hebben gehandeld in strijd met hun ambtseed en de artikelen 430 lid 3 en 439 lid 3 Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering en misbruik hebben gemaakt van hun bevoegdheid om te executeren. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter op dit punt eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:273 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/636770 / DW RK 17/1014

    Beslissing op verzet. Het verzet is te laat ingesteld en is derhalve niet-ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:254 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/633427 / DW RK 17/781

    Beslissing op verzet. Klaagster beklaagt zich er – samengevat – over dat de gerechtsdeurwaarder haar blijf lastigvallen, zelfs nadat zij bewijsmiddelen (van betaling) naar de gerechtsdeurwaarder heeft opgestuurd. De voorzitter heeft de klacht ongegrond verklaard. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens. Het verzet wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:26 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180232

    Klacht over eigen advocaat. Verweerster had eerder moeten overgaan tot schriftelijke vastlegging van de uitgebreide opdracht, inclusief de daarbij verwachte werkzaamheden en kosten. Verweerster zou zich beperken tot het civielrechtelijke traject, maar heeft ook beperkte stappen gezet in het strafrechtelijke traject met als doel om dit te kunnen gebruiken in het civielrechtelijke traject. Verweerster heeft dit echter nimmer aan klaagster duidelijk gemaakt, terwijl schriftelijk bevestiging daarvan in de rede had gelegen. Bekrachtiging beslissing van de Raad: waarschuwing en proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:267 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/627385 DW RK 17/416

    De gerechtsdeurwaarder heeft, anders dan artikel 11 van de Verordening beroeps- en gedragsregels gerechtsdeurwaarders helder dicteert, zijn opdrachtgever vooraf niet (helder) geïnformeerd over zijn tarieven. Klacht gegrond met maatregel van waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:248 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/614660 / DW RK 16/959

    Klacht gegrond. Maatregel: berisping. Het gebruik van een geautomatiseerd systeem om zaken in bulk aangeleverd te kunnen krijgen van zijn klanten, vrijwaart de gerechtsdeurwaarder niet van zijn verantwoordelijkheid om een (extra) controle uit te voeren om zo vast te kunnen stellen dat zaken niet dubbel zijn aangeleverd. Het bestaan van een duurzame vertrouwensband tussen de gerechtsdeurwaarder en zijn klant maakt een dergelijke controle geenszins overbodig.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:261 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/625531 DW RK 17/280

    Klacht gegrond. Maatregel: geen. Klager beklaagt zich er over dat de gerechtsdeurwaarder geen adresverificatie heeft verricht, waardoor het exploot niet juist is betekend. Gelet op de omstandigheid dat de constatering van de collega gerechtsdeurwaarder, dat klager niet meer woonachtig was op het betreffende adres, ruim tien maanden eerder had plaatsgevonden, maar dat de BRP nog steeds het Belgische adres naar boven haalde, hadden de gerechtsdeurwaarder actiever actuelere informatie moeten vergaren.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:242 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/617570 DW RK 16/1145

    Klacht (gedeeltelijk) gegrond. Maatregel: berisping. De gerechtsdeurwaarder dient zorgvuldigheid te betrachten bij het overeenkomen van een betalingsregeling met de debiteur, helemaal in het geval waarbij de gerechtsdeurwaarder wéét dat het beslag, in verband met de beslagvrije voet, niets (meer) oplevert. Gebeurt dit niet, dan kan deze handelswijze – sterk afhankelijk van de hoogte van het afgesproken bedrag – gezien worden als een bewuste omzeiling van de beslagvrije voet. De gerechtsdeurwaarder had in dit geval de consequenties van de te maken betalingsafspraak met de debiteur te bespreken. Niet is gebleken dat dit is gebeurd.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:274 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/636909 / DW RK 17/1027

    Beslissing op verzet. Klager is van mening dat de gerechtsdeurwaarder geen rekening heeft gehouden met de beslagvrije voet. Bovendien heeft de gerechtsdeurwaarder geweten dat het geld op zijn spaarrekening bedoeld was voor andere doeleinden. Het bankbeslag had niet mogen plaatsvinden. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:255 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/623648 DW RK 17/135

    Klacht gegrond. Maatregel: waarschuwing. De gerechtsdeurwaarder stelt zich ten onrechte op het standpunt dat hij er vanuit mocht gaan dat de invoering van de kostendelersnorm door de gemeente niet het gevolg heeft gehad dat de beslagvrije voet het inkomen (uitkering) van klager oversteeg. Te meer nu de gerechtsdeurwaarder beschikte over een brief waarin de gemeente had meegedeeld dat inhouding niet meer mogelijk was vanwege voornoemde invoering. Als de gemeente, ondanks de mededeling in de brief, dan toch inhoudingen overmaakt aan de gerechtsdeurwaarder, lag het op de weg van de gerechtsdeurwaarder contact op te nemen met de gemeente om de juistheid van de afdrachten te verifiëren.