Zoekresultaten 10181-10190 van de 44770 resultaten
-
ECLI:NL:TNORARL:2020:44 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/369184 KL RK 20-50
- Datum publicatie: 07-05-2021
- Datum uitspraak: 24-12-2020
- ECLI:NL:TNORARL:2020:44
Door de akte van aanvaarding en overdracht executele van 11 april 2020 te laten passeren heeft de notaris willens en wetens de schorsingsbeslissing van de kantonrechter van 13 januari 2020 genegeerd, terwijl de aard en strekking van de schorsingsbeslissing voor hem duidelijk geweest moeten zijn. De notaris had de eindbeslissing op het ontslagverzoek moeten afwachten, alvorens al dan niet de executele te aanvaarden en/of over te dragen. Anders dan de notaris meent, is naar het oordeel van de kamer niet gebleken dat destijds sprake was van (acute) noodzaak tot beheer van de nalatenschap of van gegronde vrees dat de nalatenschap langere tijd onbeheerd zou blijven.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2021:100 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2020.130
- Datum publicatie: 07-05-2021
- Datum uitspraak: 07-05-2021
- ECLI:NL:TGZCTG:2021:100
Klacht tegen oogarts. Klager is op datum X in het oogheelkundig centrum gezien tijdens een spoedconsult door de oogarts. Twee weken later heeft klager naar het oogheelkundig centrum gebeld in verband met nieuwe klachten aan het oog. Hij kon pas een week later terecht voor een afspraak. Diezelfde avond is in een ander ziekenhuis een netvliesloslating geconstateerd en is klager geopereerd. Enkele maanden later heeft een klachtgesprek plaatsgevonden tussen klager en de oogarts. Klager verwijt de oogarts dat a) hij klager tijdens het spoedconsult op datum X niet zorgvuldig heeft onderzocht, hij op datum X niet naar klager heeft geluisterd en hij op datum X een controle afspraak heeft gemaakt voor zes weken later, b) klager pas een week later terecht kon voor een afspraak toen hij twee weken na datum X belde in verband met nieuwe klachten, en c) hij klager tijdens het klachtgesprek onprettig heeft bejegend. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klachtonderdeel 2 gegrond verklaard, klachtonderdeel 3 gedeeltelijk gegrond verklaard, aan de arts de maatregel van waarschuwing opgelegd en de klacht voor het overige afgewezen. Het beroep van de arts richt zich tegen de gegrondverklaring van klachtonderdeel 2 en de gedeeltelijke gegrondverklaring van klachtonderdeel 3. Het incidenteel beroep van klager richt zich tegen de ongegrondverklaring van klachtonderdeel 1 en de gedeeltelijke ongegrondverklaring van klachtonderdeel 3. Het Centraal tuchtcollege beslist conform het Regionaal Tuchtcollege en verwerpt beide beroepen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2021:99 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2020.081
- Datum publicatie: 07-05-2021
- Datum uitspraak: 07-05-2021
- ECLI:NL:TGZCTG:2021:99
Klacht tegen verpleegkundige. Klaagster is dochter, mentor en wettelijk vertegenwoordiger van patiënte. De verpleegkundige was werkzaam in het verpleeghuis waar patiënte woonde. De echtgenoot van klaagster was de huisarts van patiënte. Na het overlijden van patiënte is de verpleegkundige door de politie als getuige gehoord over de gebeurtenissen rond de dood van patiënte. Klaagster heeft 6 klachtonderdelen geformuleerd en verwijt de verpleegkundige dat zij het beroepsgeheim heeft geschonden, ondeskundige uitspraken heeft gedaan, geruchten heeft verspreid en bij de medicatieverstrekking zwaarwegende fouten heeft gemaakt. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klaagster deels niet-ontvankelijk verklaard en de klacht voor het overige afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:74 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 20-213
- Datum publicatie: 06-05-2021
- Datum uitspraak: 03-05-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:74
Verzetbeslissing. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2021:54 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2020/250
- Datum publicatie: 06-05-2021
- Datum uitspraak: 06-05-2021
- ECLI:NL:TGZRAMS:2021:54
Samenvatting: Klager verwijt verweerster, GZ-psychologe, dat zij zonder zijn toestemming (valse en belastende) informatie heeft verstrekt aan Veilig thuis, de Raad voor de Kinderbescherming, zijn ex-echtgenote en de bedrijfsarts en dat zij niet de richtlijnen voor behandeling van een burn-out heeft gevolgd. Verweerster voert verweer. Gegrond berisping
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:81 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 20-930
- Datum publicatie: 06-05-2021
- Datum uitspraak: 26-04-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:81
Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat wederpartij. Beroep op misbruik van klachtrecht faalt. Niet gebleken dat de door verweerder ingediende stukken vervalst zouden zijn. Vraag of sprake is van spoedeisend belang is door de voorzieningenrechter beantwoord. Niet gebleken dat verweerder bij de behartiging van de belangen van zijn cliënte klagers belangen onnodig of onevenredig en zonder redelijk doel heeft geschaad. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:75 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-206
- Datum publicatie: 06-05-2021
- Datum uitspraak: 03-05-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:75
Klacht tegen advocaat wederpartij over overleggen medische gegevens van klaagster in een familiezaak. De raad heeft de handelwijze van verweerster gelegd naast de meetlat van de uitspraak van het Hof van Discipline van 21 augustus 2020 (ECLI:NL:TAHVD: 2020:142). In die uitspraak is overwogen dat het overleggen van medische gegevens in een procedure gerechtvaardigd kan zijn voor zover in de gegeven omstandigheden een reëel belang bij adequate rechtsbijstand daartoe noopt. Daarbij dient dat belang te worden afgewogen tegen het belang van de betrokkene niet nodeloos te worden geschaad door het overleggen van diens medische gegevens. Bij de beantwoording van de vraag of die noodzaak of relevantie bestaat heeft de advocaat een eigen verantwoordelijkheid en dient hij een eigen afweging te maken, mede rekening houdend met de belangen van klager om niet nodeloos te worden geschaad door overlegging van die medische gegevens. Deze afweging kan achteraf door de tuchtrechter worden getoetst. Indien en voor zover het in het geding brengen van medische gegevens noodzakelijk en dus toelaatbaar is, behoeft daarvoor geen voorafgaand overleg te worden gevoerd met de wederpartij of de deken en is evenmin toestemming noodzakelijk van degene wiens medische gegevens het betreft. De raad is van oordeel dat verweerster met het overleggen van de medische gegevens en in het verlengde daarvan met het in het processtuk opnemen van stellingen over de medische situatie van klaagster binnen haar eigen verantwoordelijkheid en bevoegdheid is gebleven en een afweging heeft gemaakt op de wijze zoals door het hof is aangegeven. Voorts mocht verweerster in beginsel afgaan op de mededeling van haar cliënt over de wijze waarop hij stukken had verkregen (aanwezig in de echtelijke woning).
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:82 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 21-029
- Datum publicatie: 06-05-2021
- Datum uitspraak: 19-04-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:82
Voorzittersbeslissing. Het verwijt dat verweerster een beroepsmogelijkheid ongebruikt voorbij heeft laten gaan en bepaalde stukken niet of te laat heeft ingediend, is te algemeen gesteld en niet met feiten onderbouwd. Verder heeft verweerster gehandeld met de zorgvuldigheid die van een redelijk bekwame en redelijk handelende advocaat in de gegeven omstandigheden mag worden verwacht. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:76 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 20-352
- Datum publicatie: 06-05-2021
- Datum uitspraak: 03-05-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:76
Verzetschrift niet-ontvankelijk wegens termijn overschrijding. Als reden voor deze termijnoverschrijding noemen klagers dat zij tweemaal op het verkeerde been zijn gezet. De eerste maal omdat bovenaan de beslissing een andere datum stond vermeld dan onderaan de beslissing en de tweede maal op grond van van de griffie ontvangen informatie. Deze omstandigheden leveren naar het oordeel van de raad echter geen bijzondere omstandigheid op die de termijnoverschrijding rechtvaardigt. Blijkens hun weergave van het telefoongesprek met de griffie kenden klagers de ingangsdatum van de verzettermijn, onderaan de beslissing was de verzettermijn vermeld alsmede dat deze een dag na verzending ging lopen en tijdens het telefoongesprek met de griffie is niet over een concrete einddatum van de verzettermijn gesproken. Dat klagers ervan uit gingen dat de verzettermijn op 12 november 2020 verliep komt voor hun risico. De termijnoverschrijding is dan ook niet toelaatbaar (verschoonbaar).
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:83 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 21-052
- Datum publicatie: 06-05-2021
- Datum uitspraak: 03-05-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:83
Termijn van 1 dag voor het opvragen van verhinderdata in kort geding is gelet op de voorafgegane correspondentie en de spoedeisendheid van het kort geding niet onredelijk kort. Het staat de advocaat van de wederpartij vrij om in overleg met zijn cliënt een aanhangig gemaakte procedure voort te zetten. Geen eigen belang bij klacht over de financiële afspraken tussen de advocaat van de wederpartij. Klacht gedeeltelijk kennelijk ongegrond en gedeeltelijk kennelijk niet-ontvankelijk
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1018
- Pagina: 1019
- Pagina: 1020
- ...
- Pagina: 4477
- Volgende pagina zoekresultaten