Zoekresultaten 101-110 van de 42759 resultaten

  • ECLI:NL:TNORARL:2024:18 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/432492 KL RK 24-26

    Bekrachtiging ordemaatregel: Schorsing notaris in verband met gezondheidsconditie en een zakelijk conflict binnen zijn kantoor.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:169 Hof van Discipline 's Gravenhage 240107

    Hoger beroep te laat ingesteld en daarom niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:86 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-358/DB/LI

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat over de kwaliteit van de dienstverlening kennelijk ongegrond. Verweerder kan gelet op de ontstane vertrouwensbreuk niet worden verweten dat hij de behandeling van klagers zaak heeft neergelegd en dat de zaak daardoor stil is komen te liggen. Verweerder heeft het kort geding in opdracht van klager ingetrokken. De klacht is ook voor het overige kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:60 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/738070 / DW RK 23/287

    Klaagster heeft geen verzet ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beslissing van de voorzitter, zodat zij op grond van artikel 39 lid 2 Gerechtsdeurwaarderswet niet in het verzet kan worden ontvangen.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:150 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6888

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een GZ-psycholoog. De GZ-psycholoog heeft een contra-expertise uitgevoerd naar de geestvermogens van klager. Klager verwijt de GZ-psycholoog dat hij bij klager een waanstoornis heeft vastgesteld, gedurende het onderzoek onaangekondigd vijf maanden is weggebleven en dat hij heeft geweigerd om de gesprekken met klager op te nemen. Het college is van oordeel dat uit de rapportage blijkt dat de GZ-psycholoog zorgvuldig onderzoek heeft gedaan en dat de rapportage voldoet aan de daaraan te stellen eisen. Niet gebleken is dat de GZ-psycholoog stukken tot zijn beschikking had die hij ten onrechte niet of onvoldoende heeft meegenomen in zijn overwegingen. Op basis van de beschikbare gegevens en de gevoerde gesprekken heeft de GZ-psycholoog in redelijkheid tot zijn conclusie en de door hem gegeven beantwoording van de vragen kunnen komen. Het stilleggen van de gesprekken met klager is, gelet op de beweegredenen van de GZ-psycholoog, niet onzorgvuldig geweest. Er was geen verplichting voor de GZ-psycholoog om de gesprekken op te nemen, ook niet na een verzoek daartoe vanuit klager. Alle klachtonderdelen zijn kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:170 Hof van Discipline 's Gravenhage 240109

    Verzet. Klaagster heeft een klacht ingediend tegen verweerder in zijn hoedanigheid van deken in het arrondissement Oost-Brabant. Zij heeft de voorzitter van het hof verzocht deze klacht voor onderzoek en afhandeling door te verwijzen naar een andere deken. De voorzitter heeft het verzoek afgewezen, omdat de klacht ziet op de visie van de deken in een andere klachtzaak, waarin de weg naar de tuchtrechter nog openstond. Klaagster heeft verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter. Het hof onderschrijft de beslissing van de voorzitter en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:87 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-320/DB/OB

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de dienstverlening. Verweerster kan geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt van het feit dat zij de behandeling van klaagsters zaak heeft neergelegd, noch van de wijze waarop zij dat heeft gedaan. Voor het overige ontbreekt de feitelijke grondslag. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:151 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6944

    Ongegronde klacht tegen een fysiotherapeut. Klaagster is door de fysiotherapeut behandeld na een heupoperatie. De fysiotherapeut heeft klaagster drie keer thuis bezocht. Tijdens het laatste huisbezoek heeft de fysiotherapeut klaagster gemasseerd in verband met pijnklachten in de onderrug en spanning in het linker bovenbeen en de heupregio. Volgens klaagster heeft de fysiotherapeut daarbij haar shorts en string tot onderaan haar billen uitgetrokken en onnodig in de schaamstreek gemasseerd, zonder daarvoor toestemming te vragen. Ook verwijt zij hem herhaaldelijk dwingend te hebben aangeboden om haar thuis op te halen met zijn auto voor een bezoek aan de praktijk en dat hij te amicaal met haar is omgegaan. Het college komt tot het oordeel dat de fysiotherapeut niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Een massage van de heup- en liesstreek is op zichzelf een gebruikelijke fysiotherapeutische behandeling na een heupoperatie. Dat een massage op de blote huid plaatsvindt, is eveneens gebruikelijk. Vanwege de uiteenlopende verklaringen heeft het college niet kunnen vaststellen dat de fysiotherapeut de shorts en string van klaagster onnodig ver naar beneden heeft getrokken en/of dat hij onnodig dicht in de buurt van intieme delen van klaagster is gekomen. Ook de andere klachtonderdelen zijn ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:171 Hof van Discipline 's Gravenhage 240113

    Beroep tegen een ongegrond verzet niet-ontvankelijk

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:88 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-319/DB/OB

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. Niet gebleken dat verweerder zich in zijn correspondentie met de Belastingdienst heeft voorgedan als advocaat van klaagster. Verweerder mocht de van de Belastingdienst verkregen stukken in het geding brengen. Kennelijk ongegrond.