Zoekresultaten 2491-2500 van de 2768 resultaten

  • ECLI:NL:TNOKALM:2005:YC0269 Kamer van toezicht Almelo 05 04 Wna

    De notaris heeft terecht een testament opgemaakt. Erflaatster wel wilsbekwaam. Klager heeft niet aangetoond dat erflaatster in die tijd reeds dementerend was. De ongewenst geachte verdeling is een keuze van erflaatster, niet van de notaris.   Geen belanghebbende bij de hier aan de orde zijnde verkoop en overdracht.

  • ECLI:NL:TNOKALM:2004:YC0270 Kamer van toezicht Almelo 06 02 Wna

    De notaris heeft juist gehandeld door mee te werken aan de veiling van het registergoed. Adverteren in twee dagbladen was geen onjuiste keuze. De in rekening gebrachte kosten zijn niet zodanig dat de notaris daartoe in redelijkheid niet kon komen.   De notaris had een exploot moeten uitreiken en wel vóór het plaatsen van de advertentie.    De onroerend zaak belasting is geen zakelijke schuld , maar een persoonlijke schuld. Ten onrechte verrekening met opbrengst van de veiling.  

  • ECLI:NL:TNOKARN:2009:YC0266 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2009/910

    De notaris(sen) wordt in de eerste plaats verweten bij het opstellen van een akte van levering en hypotheekverlening onzorgvuldig te zijn geweest door daarin onduidelijkheid te laten bestaan over de rangorde van de hypotheek en het onderpand waarop die is gevestigd. De notarissen erkennen dat een fout is gemaakt. De kamer is in dit geval van oordeel dat de fout tijdig is hersteld, zodat de notaris niet klachtwaardig heeft gehandeld. In de tweede plaats wordt de notaris(sen) verweten ten behoeve van derden een hypotheekakte te hebben gepasseerd, waardoor klaagster kan worden benadeeld. Die klacht is gegrond. Gelet op de betrokkenheid van het kantoor van de notaris bij alle rechtshandelingen die aan de vestiging van de hypotheek voorafgingen, had de notaris zich de belangen van klaagster in die mate moeten aantrekken dat hij vragen naar de bekendheid van klaagster met de hypotheekvestiging had moeten stellen. Aan de notaris wordt de maatregel van waarschuwing opgelegd.        In de derde plaats wordt de notarissen het verwijt gemaakt dat zij niet tijdig hebben gereageerd op het e-mailbericht van klaagster. De kamer overweegt dat de beantwoording voortvarender had gekund, maar niet zo lang heeft geduurd dat er klachtwaardig is gehandeld.  

  • ECLI:NL:TNOKARN:2009:YC0267 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2008/896

    Investering in hardhout. Notarissen hebben participatieovereenkomsten vastgelegd in notariële akten. Ontvankelijkheid van klagers. Tussenbeslissing.

  • ECLI:NL:TNOKBRE:2005:YC0255 Kamer van toezicht Breda Kl 5/2005

    Tegen de achtergrond van de eveneens onweersproken gebleven door klager aangevoerde omstandigheid, dat in de voorbereidende bespreking met de notaris was afgesproken dat de tekst van een nieuw machtigingsformulier voorafgaande aan de vergadering ter goedkeuring zou worden voorgelegd, hetgeen echter niet is gebeurd, is het op zich begrijpelijk dat klager zich ter vergadering tegen het toelaten van de hiervoor bedoelde machtigingsformulieren heeft verzet.   Zijn verwijt dat dit verzet door de kandidaat-notaris is gepasseerd treft echter reeds daarom geen doel, nu uit de notulen onbetwist is gebleken dat de kandidaat-notaris in de naar aanleiding daarvan ontstane discussie om de vergadering al dan niet te beëindigen en al dan niet over te gaan tot een schriftelijke stemming, reden heeft gezien deze kwestie, inclusief de vraag of de volmachten wel of niet moesten worden meegeteld, in stemming heeft gebracht, waarna een overduidelijke meerderheid van de aanwezige leden zich heeft uitgesproken de vergadering voort te zetten met meetelling van de volmachten.   Klagers verwijt treft dan ook in wezen dit ter vergadering door de meerderheid van aldaar aanwezige leden genomen besluit en raakt dan ook niet de kandidaat-notaris.  

  • ECLI:NL:TNOKBRE:2006:YC0261 Kamer van toezicht Breda Kl 15/2005

    Naar het oordeel van de kamer kan het onderzoek in het onderhavige verzet niet leiden tot vaststelling van andere feiten en tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die verwoord in de beslissing van de voorzitter.  Met de voorzitter van de kamer moet immers worden vastgesteld dat tussen het tijdstip van het passeren van de leveringsakte en de doorbetaling van de koopsom aan klaagster een tweetal dagen hebben gelegen en dat de oorzaak daarvan was gelegen in de omstandigheid dat het passeren van de akte plaatsvond op vrijdag 30 september 2005, dus daags voor het weekend.   De voor de levering vereiste kadastrale inschrijving van de akte en de door notaris te verrichten narecherche, welke verrichtingen door de notaris in het rechtsverkeer van registergoederen dienen plaats te vinden alvorens tot doorbetaling van de koopsom  kan worden overgegaan en die, naar bestendig gebruik plegen plaats te vinden de eerste werkdag na de dag van het passeren van de leveringsakte, kon daarmee eerst op maandag 3 oktober 2005 plaatsvinden.  

  • ECLI:NL:TNOKROE:2009:YC0265 Kamer van toezicht Roermond KL 9/2008

      De notaris heeft aan zijn notariële verplichtingen voldaan door zowel verkoper als koper te wijzen op de mogelijke rechtsgevolgen van een latere sleuteloverdracht. Dat de notaris daarbij in algemene bewoordingen ook heeft gesproken over het mogelijk ontstaan van een huursituatie tussen partijen, is een essentieel deel van de informatie die de notaris geacht wordt te verstrekken op grond van de verordening beroeps- en gedragsregels.  

  • ECLI:NL:TNOKBRE:2005:YC0256 Kamer van toezicht Breda Kl 6/2005

    Klager komt in verzet tegen vorenbedoelde beslissing van de voorzitter van de kamer van 31 mei 2005, waarvan aan hem overeenkomstig artikel 104, lid 2, sub d van de Wet op het notarisambt bij aangetekende brief van 31 mei 2005 een afschrift is toegezonden. Klagers verzetschrift, gedateerd 13 juni 2005, is op 15 juni 2005 ingekomen. Laatstgenoemd tijdstip is bepalend voor de beantwoording van de vraag of het rechtsmiddel van verzet al dan niet tijdig is ingesteld. In dat kader moet worden vastgesteld dat klager niet binnen de bij artikel 99, lid 6 van de hiervoor genoemde wet voorgeschreven termijn van veertien dagen na de dag van verzending van het afschrift van de beslissing zijn verzet daartegen heeft ingesteld. Dat brengt mee dat zijn klacht kennelijk niet-ontvankelijk is.

  • ECLI:NL:TNOKBRE:2006:YC0262 Kamer van toezicht Breda Kl 16/2005

    Met betrekking tot dit onderdeel van de klacht staat ter beantwoording de vraag of en zo ja, in hoeverre, de notaris in zijn jegens klagers in acht te nemen voorlichtende taak bij het passeren van de kwestieuze akte is tekort geschoten. Naar het oordeel van de kamer dient deze vraag bevestigend te worden beantwoord. Daarvoor acht zij van doorslaggevend belang de tussen klagers en de verkopers van het erfpacht- en opstalrecht gesloten schriftelijke overeenkomst. Voor die overeenkomst is immers gebruik gemaakt van een bij een reguliere koop/verkoop van een woning gebruikelijk contractmodel, terwijl sprake was van een daarvan in substantiële mate afwijkende koop/verkoop van een erfpacht- en opstalrecht. Het in die overeenkomst vermelde artikel 5.2 en de laatste zin van artikel 16.1 (waarin is bepaald dat klagers in het geval dat geen toestemming voor 15 juni 2003 voor de koop van de grondeigenaar wordt verkregen, zij kosteloos onder de koop uit kunnen) gelden als enige aanwijzing voor de omstandigheid dat het in casu betrof de koop van een erfpacht- en opstalrecht.   Daar komt bij dat in de overeenkomst (in voormeld artikel 5.2) op uiterst summiere wijze wordt verwezen naar de van toepassing zijnde erfpachtvoorwaarden, zonder deze concreet te benoemen of aan te duiden, terwijl deze evenmin aan die overeenkomst waren gehecht. Vastgesteld moet dan ook worden dat die overeenkomst op essentiële punten onduidelijk is, dan wel niet die informatie bevat die voor een koop van een erfpacht- en opstalrecht gewenst is.   Ofschoon dit de notaris niet kan worden aangerekend, omdat hij bij het tot stand komen en opstellen van de overeenkomst niet betrokken is geweest, had die omstandigheid voor hem wel aanleiding moeten geven bij het passeren van de akte hierop in het licht van zijn jegens klagers in acht te nemen voorlichtende taak alert te zijn.   

  • ECLI:NL:TNOKBRE:2005:YC0257 Kamer van toezicht Breda Kl 7/2005

    Hoewel het op zich begrijpelijk is dat klager door de wijziging van de kaveltekening door de projectontwikkelaar overeenkomstig zijn wens, in de veronderstelling verkeerde dat de eigendomsoverdracht van zijn bouwkavel overeenkomstig die tekening zou plaatsvinden,  stond daarmee, anders dan hij van mening is, niet vast dat [naam] daaraan was gehouden.   Gesteld noch gebleken is immers dat die wijziging tot stand is gekomen met de instemming van [naam]. Uit de omstandigheid dat deze daartegen kort voor het passeren van de akte bij de notaris bezwaar maakte, kan worden afgeleid dat dit niet het geval is geweest. In ieder geval heeft de notaris daarvan mogen uitgaan.   De notaris werd dan ook kort voor het passeren van de akten geconfronteerd met een verschil van mening over de grootte van de bouwkavels van klager en van [naam], wat aan het passeren van die akten in de weg stond.   Gegeven de tijdsdruk in verband met het vastgestelde tijdstip van het transport is het begrijpelijk dat de notaris [naam] niet heeft verwezen naar de projectontwikkelaar/verkoper, maar er voor heeft gekozen om hem en klager uit te nodigen voor een gesprek om alsnog tot een oplossing te komen.