Zoekresultaten 3341-3350 van de 3422 resultaten
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:231 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-026/AL/OV
- Datum publicatie: 20-09-2023
- Datum uitspraak: 11-09-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:231
Raadsbeslissing. Klacht tegen advocaat wederpartij. Het had de voorkeur verdiend als verweerster tijdig de advocate van klager had geïnformeerd dat en waarom zij niet binnen de door haar toegezegde termijn de draagkrachtberekeningen kon aanleveren, maar de raad acht dit niet dermate onzorgvuldig dat haar ter zake een tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2023:161 Hof van Discipline 's Gravenhage 220048
- Datum publicatie: 20-09-2023
- Datum uitspraak: 15-09-2023
- ECLI:NL:TAHVD:2023:161
Bekrachtiging beslissing raad voor zover in hoger beroep nog aan de orde. Hoger beroep van klager tegen ongegrond verklaarde klachtonderdelen (betreffende dienstverlening eigen advocaat) faalt.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:232 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-915/AL/GLD
- Datum publicatie: 20-09-2023
- Datum uitspraak: 18-09-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:232
Raadsbeslissing. Klacht tegen de advocaat van de wederpartij. Klaagster en (nu) haar ex-man waren verwikkeld in een echtscheidingsprocedure. In de aanloop naar de echtscheiding hebben zij een mediationtraject gevolgd. Dat heeft echter niet geleid tot concrete afspraken. Er is ook niets op papier gezet. In de echtscheidingsprocedure in hoger beroep worden door verweerster stukken ingebracht die afkomstig zijn uit de mediation. Volgens klaagster heeft verweerster hiermee de geheimhoudingsplicht geschonden die partijen bij het begin van de mediation zijn overeengekomen. De raad stelt voorop dat de advocaat een grote mate van vrijheid toekomt om de belangen van zijn cliënt te behartigen op de wijze als hem in overleg met zijn cliënt goeddunkt. In dit geval echter is de raad van oordeel dat het verweerster niet vrij stond de informatie en stukken uit de mediation zonder overleg met de wederpartij in de procedure te gebruiken. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TAHVD:2023:162 Hof van Discipline 's Gravenhage 220215
- Datum publicatie: 20-09-2023
- Datum uitspraak: 15-09-2023
- ECLI:NL:TAHVD:2023:162
Bekrachtiging beslissing raad. Klacht tegen advocaat wederpartij ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:233 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-914/AL/GLD
- Datum publicatie: 20-09-2023
- Datum uitspraak: 18-09-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:233
Raadsbeslissing. Tussen de familie van klaagster en die van verweerster is sprake van een geschil in de privésfeer. Over en weer zijn aangiftes gedaan van onder meer belaging en bedreiging. In 2021 is klaagster op haar werk tweemaal gebeld. Volgens klaagster was dit verweerster en liet zij zich daarbij grievend en onprofessioneel uit. Er werden diverse beschuldigingen geuit en verweerster zou daarbij meermaals hebben gewezen op haar hoedanigheid als advocaat. Volgens verweerster was het niet zij die de telefoongesprekken voerde, maar haar zuster. Zij stond er naast en bood een luisterend oor. De raad overweegt dat klaagster haar klacht heeft onderbouwd met twee gedetailleerde schriftelijke verklaringen; een van een collega en een van haar werkgeefster. Daartegenover betwist verweerster enkel de geschetste gang van zaken, zonder zelf gedetailleerde informatie te verstrekken hoe een en ander in haar visie gegaan zou zijn. Die betwisting is naar het oordeel van de raad tegenover de onderbouwing van de klacht door klaagster onvoldoende. De raad houdt het er daarom voor dat verweerster (ook) zelf telefonisch heeft gesproken met klaagster en daarbij heeft gewezen op haar hoedanigheid als advocaat. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TAHVD:2023:163 Hof van Discipline 's Gravenhage 220213
- Datum publicatie: 20-09-2023
- Datum uitspraak: 15-09-2023
- ECLI:NL:TAHVD:2023:163
Klacht van oud-cliënt en zijn opvolgende advocaat, dat verweerder aansprakelijkstelling wegens vermeende beroepsfout niet bij zijn verzekeraar zou hebben vermeld en zich in een brief aan de opvolgende advocaat op ontoelaatbare wijze heeft geuit. Anders dan de raad verklaart het hof de klacht in beide onderdelen ongegrond. Verweerder heeft de aansprakelijkstelling wel bij zijn verzekeraar gemeld, maar gelet op de (beslist niet kansloze) betwisting van aansprakelijkheid stond het verweerder vrij geen rechtstreeks contact van klagers met zijn verzekeraar toe te staan. Bezien binnen de context en achtergrond heeft verweerder in zijn brief de grenzen van het toelaatbare opgezocht, maar niet overschreden.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:234 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-996/AL/MN
- Datum publicatie: 20-09-2023
- Datum uitspraak: 18-09-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:234
Klacht over de eigen advocaat. Klaagster heeft verweerster benaderd om haar bij te staan in een procedure tussen haar en haar ex-partner. Na een jaar is de samenwerking en communicatie tussen klaagster en verweerster stroef gaan verlopen, maar na enige tijd is het vertrouwen weer hersteld. Toch gaat een tijd later de samenwerking weer haperen. Uiteindelijk legt verweerster de opdracht neer wegens gezondheidsproblemen. De klacht valt uiteen in vijf klachtonderdelen. Het gaat klaagster erom dat verweerster slecht bereikbaar was, toezeggingen met betrekking tot de voortgang van de zaak niet nakwam, de opdracht op onzorgvuldige wijze heeft neergelegd, niet reageerde op een bij verweerster ingediende klacht en na afloop het dossier niet aan klaagster verstrekte. De raad overweegt dat uit de stukken en de verklaringen van klaagster en verweerster blijkt dat zij een ‘knipperlicht samenwerking’ hadden. Op momenten liep de samenwerking stroef en werden er verwijten gemaakt en dreigde klaagster klachten in te dienen. Ondanks dit alles ging de samenwerking, soms met tussenpozen, toch steeds weer verder en werd het vertrouwen hersteld. Niettemin heeft verweerster ten aanzien van een voorlopig getuigenverhoor en al dan niet te starten bodemprocedure verwarrend gehandeld jegens klaagster. Dit klachtonderdeel is dan ook gegrond. Ook het klachtonderdeel ten aanzien van het niet verstrekken van het dossier aan klaagster is gegrond. Klaagster heeft daar meerdere malen om verzocht en eerst na tussenkomst van de Orde van Advocaten is het dossier – ruim een half jaar na het eerste verzoek – aan klaagster gezonden. De overige klachtonderdelen zijn ongegrond. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:228 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-761/AL/MN
- Datum publicatie: 20-09-2023
- Datum uitspraak: 11-09-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:228
Verzetbeslissing. De voorzitter heeft bij de beoordeling de juiste maatstaf toegepast en rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden. Dat in de voorzittersbeslissing een selectie van de feiten is opgenomen, maakt nog niet dat deze beslissing op onjuiste of onvolledige feiten is gebaseerd.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2023:197 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-475/DH/DH
- Datum publicatie: 20-09-2023
- Datum uitspraak: 20-09-2023
- ECLI:NL:TADRSGR:2023:197
Voorzittersbeslissing. Klaagster is niet-ontvankelijk voor zover haar klacht zich richt op het handelen van verweerster voorafgaand aan 25 juli 2019. Verweerster heeft niet bedoeld te zeggen rechterlijke uitspraken te zullen negeren en heeft dit ook niet gedaan. Geen sprake van onnodig grievende uitlatingen, schending van de privacy, intimidatie of beschuldigingen. Niet gebleken dat verweerster onvoldoende professionele distantie heeft gehouden. Klachten kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2023:164 Hof van Discipline 's Gravenhage 230227
- Datum publicatie: 20-09-2023
- Datum uitspraak: 15-09-2023
- ECLI:NL:TAHVD:2023:164
Artikel 13 beklag ongegrond. Nadat het hof de deken opdracht heeft gegeven opnieuw te beslissen op het verzoek, heeft de deken opnieuw beslist en de gronden van zijn eerdere beslissing aangepast. Het hof volgt de deken in zijn beslissing dat de vordering tot vernietiging van een bindend advies van de Geschillencommissie advocatuur bij de kantonrechter ingediend kan worden. Een geschil kan immers niet aan de Geschillencommissie worden voorgelegd als de vordering hoger is dan 25.000 euro, de grens die ook gesteld wordt aan kantonzaken. Het ging in het geschil om een zaak waar klager toevoeging bij had ontvangen en waarvoor de schade hoogstens de eigen bijdrage voor de toevoeging bedraagt. Niet aangevoerd door klager noch gebleken is dat de vordering hoger is dan het grensbedrag voor kantonzaken.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 334
- Pagina: 335
- Pagina: 336
- ...
- Pagina: 343
- Volgende pagina zoekresultaten