Zoekresultaten 12391-12400 van de 42842 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:118 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 062/2019

    Klacht tegen huisarts kennelijk ongegrond. Het is het college niet gebleken dat beklaagde in haar contacten met klaagster onzorgvuldig en daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:162 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190021

    Beklag over de weigering tot inschrijving van advocaat (ex art. 5 Advw). Klager is in 1992 geschrapt als advocaat op grond van een beslissing van het hof over de financiële integriteit. Na een schrapping door het hof kan een advocaat opnieuw worden ingeschreven mits sprake is van bijzondere omstandigheden die een hernieuwde inschrijving van deze advocaat op het tableau wettigen. Klager heeft niet op een overtuigende wijze blijk gegeven van een gedragspatroon dat nieuwe ontsporingen in hoge mate onwaarschijnlijk maakt. Klager lijkt het namelijk nog steeds oneens te zijn met de beslissing tot schrapping uit 1992 en kan nog altijd geen duidelijkheid gegeven over hoe de financiële kwestie uit de schrappingsbeslissing tot een oplossing is gekomen. Het hof vindt het zorgwekkend dat klager (nog steeds) niet het verschil ziet tussen een derdengeldenrekening en een kantoorrekening op naam van hemzelf. Voorts heeft klager niet duidelijk gemaakt hoe in de door hem beoogde samenwerking met een andere advocaat zorgvuldig en in overeenstemming met de geldende beroepsnormen het omgaan met derdengelden wordt gewaarborgd. Een gedetailleerd en onderbouwd praktijkplan ontbreekt. Beklag ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:245 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.129

     

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:239 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.405

    Klacht tegen psychotherapeut. De klacht betreft de dochter van klagers die twee jaar onder behandeling geweest bij een psychotherapeute vanwege gedragsproblemen thuis en op school. Na beëindiging van de behandeling door klagers is bij een second opinion geconcludeerd dat er sprake was van een autismespectrumstoornis. Volgens klagers is er sprake van 1) een onjuiste diagnose 2) een onzorgvuldige brief aan de school van patiënte, 3) een onzorgvuldige afbouw van de therapie en 4) een nodeloos lange voortzetting van de therapie. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klachtonderdeel 2 gedeeltelijk gegrond verklaard en de psychotherapeut daarvoor de maatregel van waarschuwing opgelegd. De klachtonderdelen 1 en 3 zijn ongegrond verklaard en klachtonderdeel 4 is niet besproken. Partijen hebben principaal- en incidenteel beroep ingesteld. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klagers niet ontvankelijk in de (nieuwe) klacht over de dossiervoering. Het Centraal Tuchtcollege acht de klachtonderdelen 1 en 3 ongegrond, verklaart klachtonderdeel 2 op andere gronden gedeeltelijk gegrond en gedeeltelijk ongegrond en verklaart klachtonderdeel 4 gegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:246 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.130

     

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:240 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.480

    Klacht tegen huisarts. De klacht heeft betrekking op de echtgenoot (hierna: patiënt) van klaagster. Klaagster verwijt verweerder dat hij aan patiënt -kort gezegd- zonder voldoende begeleiding verschillende medicijnen heeft voorgeschreven, dat hij hiervoor geen verantwoordelijkheid wil nemen, dat hij klaagster weigert inzage in het dossier van patiënt te geven en dat hij haar heeft bedreigd door haar te zeggen dat zij niet langer welkom is als patiënt. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:247 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.131

     

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:241 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.484

    Klacht tegen huisarts. De dochter van klaagster is als gevolg van hartfalen overleden. Zij had in verband met klachten aan armen en thorax een afspraak bij de huisartsenpost gemaakt, welke afspraak zij een uur later heeft afgezegd. Klaagster verwijt de huisarts dat zij, als autoriserend arts op de huisartsenpost heeft nagelaten telefonisch een behoorlijke anamnese af te nemen, patiënte te zien en te onderzoeken. Voorts verwijt klaagster de huisarts onjuiste verslaglegging in het triagebericht. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt dat de huisarts het opgestelde triagebericht, gelet op de inhoud, niet had mogen autoriseren zonder daarover bij de triagist of patiënte zelf nadere informatie op te vragen. Het Centraal Tuchtcollege acht de klacht op dit punt gegrond, legt aan de huisarts de maatregel van waarschuwing op en gelast publicatie van de beslissing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:242 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.001

    Klacht tegen huisarts. De klacht heeft betrekking op de broer van klaagster bij wie in 2018 longkanker is vastgesteld. Patiënt is inmiddels overleden. Klaagster verwijt verweerster dat zij patiënt in de periode april 2017 tot april 2018 niet heeft doorverwezen naar een medisch specialist. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:243 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.048

    Klaagster verwijt de aangeklaagde specialist ouderengeneeskunde dat zij doorgaat met het verhogen van de dosering medicijnen (medicijnvergiftiging). Het Regionaal Tuchtcollege is van oordeel dat nu klaagster niet in staat is zelf haar belangen deugdelijk te behartigen en haar mentor/echtgenoot niet instemt met de klacht, klaagster niet ontvankelijk is in haar klacht. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.