Zoekresultaten 171-180 van de 42215 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:100 Hof van Discipline 's Gravenhage 240089

    Klacht tegen de deken niet verwezen.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:59 Raad van Discipline Amsterdam 24-097/A/NH

    Voorzittersbeslissing; klacht over de advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. De benaming 'scheldkanon' acht de voorzitter in de gegeven omstandigheden niet onnodig grievend.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:99 Hof van Discipline 's Gravenhage 230145

    Hoger beroep klager van ongegrond verklaard klachtonderdeel faalt.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:77 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/6254

    Ongegronde klacht tegen een tandarts. De tandarts heeft bij klager een brug geplaatst. Klager verwijt de tandarts dat hij heeft gezegd dat het niet mogelijk was om een implantaat te plaatsen, dat de brug is losgekomen en dat de tandarts niet goed heeft gehandeld toen klager zei dat de brug los zat. Voor het college is goed te volgen dat de tandarts heeft geconcludeerd dat de keuze voor een nieuwe kroon met dummy op implantaat 41 de voorkeur genoot boven het plaatsen van een nieuw implantaat ter plaatse van de 42. Zoals het college op basis van de röntgenfoto zelf ook heeft kunnen vaststellen, is er weinig ruimte tussen element 42 en de naastgelegen elementen en is er sprake van botafbraak. Hierdoor was er zowel in de lengte als in de breedte weinig ruimte voor een implantaat. Het plaatsen van een implantaat was in dit geval daarom beslist niet de beste behandeloptie geweest. De tandarts heeft klager meerdere keren gezien met klachten van een losse brug. Tijdens deze contacten is er steeds onderzoek gedaan en het is dan ook niet aannemelijk dat klager elke keer binnen een minuut weer buiten stond. Uit de stukken blijkt ook dat steeds binnen een redelijke termijn gereageerd is op de telefoontjes en e-mails van klager. Het college begrijpt dat het heel vervelend voor klager is dat de brug enkele malen los is gekomen, maar dit kan de tandarts niet tuchtrechtelijk worden verweten. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:87 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-071/AL/GLD

    Voorzittersbeslissing. De voorzitter verklaart een klacht over de eigen advocaat kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:39 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/5904

    Klacht tegen gynaecoloog. Klaagster is in verband met buikpijnklachten door de huisarts verwezen naar de gynaecoloog voor een screenende echo. Bij deze echo werd geen duidelijke verklaring gevonden voor de pijn. Klaagster verwijt de gynaecoloog onder meer dat zij de rechter adnex niet goed in beeld heeft gebracht en dat ze geen aanvullend onderzoek heeft gedaan of geadviseerd aan de huisarts. Bij vervolgonderzoek door een andere arts bleek dat sprake was van een actinomyces ontsteking, waarvoor klaagster een langdurige behandeling moest ondergaan. Het college verklaart de klacht kennelijk ongegrond.  

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:88 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-113/AL/MN

    voorzittersbeslissing over advocaat wederpartij. Naar het oordeel van de voorzitter mocht verweerder uitgaan van de juistheid van de informatie zoals van zijn cliënte ontvangen zonder dat hij daarnaar verder onderzoek hoefde te doen. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:69 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-094/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de bijstand van de eigen advocaat in een familiezaak kennelijk ongegrond. Van onvoldoende betrokkenheid of activiteit van verweerster is niet gebleken. Verweerster mocht haar bijstand aan klaagster beëindigen. Klacht over kantoorklachtenregeling is onvoldoende onderbouwd.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:85 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-649/AL/MN

    Klacht over eigen advocaat in asielrechtzaak. Uit de stukken en de toelichting tijdens de zitting is de raad gebleken dat verweerder op deskundige wijze werkzaamheden voor klager heeft gedaan. Ook uit de stukken heeft de raad afgeleid dat klager zelf zijn reguliere verblijfsvergunning moest aanvragen. Dat verweerder ten nadele van klager zou hebben samengewerkt met de IND is voor de raad niet komen vast te staan. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:86 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-809/AL/MN

    Volgens verweerder heeft hij telefonisch van klaagster een opdracht voor advieswerkzaamheden gekregen en is toen met haar afgesproken dat hij die werkzaamheden onder dezelfde voorwaarden als zijn kantoorgenoot in een eerdere kwestie voor klaagster. Klaagster betwist dat daarover is gesproken en stelt bovenal dat zij tijdens het telefoongesprek geen opdracht aan verweerder heeft gegeven. Volgens klaagster is zij reeds daarom niets aan verweerder verschuldigd. Gelet op die betwisting en het ontbreken van een schriftelijke bevestiging van verweerder aan klaagster met daarin de overeengekomen afspraken, kan de raad niet vaststellen dat verweerder klaagster daarover voldoende heeft geïnformeerd (gedragsregel 16). Hetgeen verweerder daarover in zijn e-mail van 5 juni 2023 aan klaagster heeft geschreven, met alleen een verwijzing naar de heropening van de oude zaak, is onvoldoende. Daarnaast is de raad onvoldoende gebleken dat verweerder zich ervan heeft vergewist of klaagster na het telefoongesprek daadwerkelijk tot opdrachtverstrekking wilde overgaan. Door in één e-mail de bevestiging van de vermeende opdracht samen te laten vallen met zijn advisering heeft verweerder aan klaagster ook geen bedenktijd gegeven. Dat hij dat zo vaker in zijn praktijk doet en cliënten die werkwijze fijn vinden, kan zo zijn, maar is voor risico van verweerder als daarover later een misverstand ontstaat. Dat is in dit geval met klaagster zo gegaan. Waarschuwing.