Zoekresultaten 19931-19940 van de 42611 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:279 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-329

    Klaagsters hebben een groot aantal klachten tegen verweerder aangevoerd. Zij betichten verweerder onder meer van excessief declareren, het maken van een beroepsfout, geen informatie willen verstrekken over zijn aansprakelijkheidsverzekering en het niet tijdig voor de zitting toezenden van de definitieve pleitnota. Deze klachten zijn bij gebrek aan deugdelijke feitelijke onderbouwing dan wel zijnde niet in strijd met het tuchtrecht, ongegrond. De klacht dat het bestuur van de stichting derdengelden van verweerder niet overeenkomstig het bepaalde in artikel 6:22 lid 5 VodA is samengesteld, is wel gegrond evenals de klacht over het niet beschikken over kantoorklachtenregeling overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.28 lid 2 en 3 VodA. Verweerder heeft gehandeld in strijd met de strekking van laatstgenoemde bepalingen namelijk dat de kantoorklachtenregeling op schrift moet worden gesteld en daarnaar in de schriftelijke opdracht moet worden verwezen. Ook de klacht over het uitsluiten van aansprakelijkheid in verband met het eigen risico in de  Algemene Voorwaarden van verweerder is gegrond. De klacht over het feit dat in door verweerder gebruikte domeinnaam het meervoud “advocaten” wordt gebruikt is niet-ontvankelijk omdat gesteld noch gebleken is dat klaagsters door dit gebruik op het verkeerde been zijn gezet of kunnen zijn gezet omtrent de omvang van het kantoor van verweerder. Het was van meet af aan voor klaagsters duidelijk dat op het kantoor van verweerder niet meerdere advocaten werkzaam zijn. Verweerder krijgt een waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:45 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.158

      Klacht tegen plastisch chirurg. Klaagster is operatief behandeld voor een borstverkleining. Na de operatie is bij klaagster tepelnecrose ontstaan. Klaagster verwijt verweerder: voorafgaand aan de operatie onvoldoende informatie te hebben verstrekt, het medisch dossier op een later moment te hebben aangepast, onzorgvuldige verslaglegging en overdracht alsmede  onvoldoende nazorg, regie en follow-up. Het Regionaal Tuchtcollege heeft alle klachtonderdelen gegrond verklaard, aan verweerder een voorwaardelijke schorsing voor de duur van drie maanden opgelegd met een proeftijd van een jaar en publicatie van de beslissing gelast. Het Centraal Tuchtcollege ziet aanleiding de duur van de voorwaardelijke schorsing terug te brengen tot zes weken nu verweerder er blijk van heeft gegeven in te zien dat hij in de zorgverlening ten opzichte van klaagster is tekortgeschoten, er (kliniekbreed) aanpassingen zijn gedaan in de patiëntenzorg en verweerder niet eerder met een gegrond tuchtrechtelijk verwijt is geconfronteerd. Voor het overige wordt het beroep verworpen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:7 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 116.2016

    De gerechtsdeurwaarder heeft in het exploot van betekening verklaard dat hij niemand had aangetroffen. Klager en zijn echtgenote waren echter aanwezig. Uit de door klager in het geding gebrachte beeld- en audiobestanden van een op zijn voordeur gerichte bewakingscamera valt echter te zien dat de gerechtsdeurwaarder een brief in de brievenbus stopt en weer wegloopt. Mede gezien het tijdsverloop van 4 seconden acht de Kamer het niet aannemelijk dat de gerechtsdeurwaarder heeft aangebeld, zoals hij heeft verklaard. Dit betekent dat de gerechtsdeurwaarder onjuist in het exploot van betekening heeft verklaard dat hij niemand had aangetroffen. De Kamer acht dit onderdeel van de klacht gegrond en legt een berisping op. 

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:16 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-541/DB/LI

    Geen nieuwe gezichtspunten. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:11 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 584.2016

    De gerechtsdeurwaarder heeft bij herhaling niet gereageerd op brieven van de gemachtigde, een advocaat, van klager. Zelfs is een bericht van ontvangst niet verzonden naar aanleiding van de ontvangen brieven. Daar komt nog bij dat binnen de organisatie van de gerechtsdeurwaarder sprake is geweest van een foutieve boeking. Klacht gegrond, oplegging van een berisping met aanzegging.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2017:2 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2016/105

      Klacht tegen chirurg. IGZ verwijt verweerder dat hij een laparoscopische appendectomie uitvoerde met een instrument waarvoor hij geen bijscholing had gevolgd. Voorts verwijt de IGZ hem dat hij besloot de ontstoken appendix in de buik achter te laten toen hij die had verloren en niet kon terugvinden en tevens, dat hij tijdens de operatie geen collega-chirurg heeft geraadpleegd en dat hij tijdens de sign-out procedure geen melding heeft gemaakt dat de appendix was achtergebleven. Verweerder heeft bovendien de patiënte en haar familie niet juist geïnformeerd. Klacht grotendeels gegrond, berisping.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:4 Raad van Discipline Amsterdam 16-864/A/A 16-865/A/A

    Klacht tegen advocaten wederpartij. Geen strijd met Gedragsregel 15 lid 2, wel met Gedragsregel 19. Klacht gegrond, zonder oplegging van een maatregel.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2017:3 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2016/101

      Klacht tegen psychiater. Klager verwijt verweerster dat zij hem inzage en vernietiging van zijn dossier weigert door in het geheel niet op zijn verzoeken daartoe te reageren. Klacht gegrond, berisping.  

  • ECLI:NL:TNORAMS:2016:36 Kamer voor het notariaat Amsterdam 603689/NT 16-22

      Het handelen van een notaris als hier aan de orde is slechts bij hoge uitzondering te verontschuldigen. In het onderhavige geval is sprake van het ontbreken van een adequaat en actueel overzicht van de bewaringspositie, het onjuist informeren van het BFT, negatieve liquiditeit en negatief eigen vermogen en drie bewaringstekorten. De kamer acht deze nalatigheden, zowel gezamenlijk als afzonderlijk, dusdanig ernstig dat die in beginsel een ontzetting uit het ambt rechtvaardigen. Echter, de kamer ziet hier termen aanwezig hiervan af te wijken en aan de notaris een berisping op te leggen. Daarvoor is redengevend dat de notaris spijt heeft betuigd, dat zij er op heeft toegezien dat de kwaliteitsrekening nadien geen tekorten meer vertoonde en dat zij, ook in de visie van het BFT, inmiddels toereikende maatregelen heeft getroffen teneinde dergelijke fouten in de toekomst te voorkomen. De notaris is een geïntensiveerd samenwerkingsverband aangegaan met een nieuwe accountant, waarbij de administratie thans wekelijks wordt gecontroleerd. Ook heeft de notaris duidelijk gemaakt dat zij voorafgaand aan het passeren van een akte in haar werkwijze een extra veiligheidswaarborg heeft ingebouwd om te voorkomen dat een akte wordt getekend zonder dat de daarvoor bestemde derdengelden aanwezig zijn. Het BFT heeft bij gelegenheid van de mondelinge behandeling van de klachten ook niet aangedrongen op een ontzetting van de notaris uit het ambt.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:5 Raad van Discipline Amsterdam 16-832/A/A

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Verweerder heeft niet gehandeld zoals een advocaat betaamt door verschillende (fundamentele) (gedrags)regels te overtreden. Het klachtdossier laat bovendien een beeld zien van een advocaat die zijn persoonlijke gevoelens ten opzichte van de wederpartij te veel heeft laten door werken in zijn beroep als advocaat. Klacht deels gegrond. Onvoorwaardelijke schorsing voor de duur van vier maanden. Proceskostenveroordeling.