Zoekresultaten 821-830 van de 1382 resultaten

  • ECLI:NL:TACAKN:2014:105 Accountantskamer Zwolle 14/1046 en 14/1047 Wtra AK

    Civiele procedure tussen accountantskantoor (betrokkenen) en voormalige werknemers (klagers)  ter zake verbeurde boetes i.v.m. overtreden van een relatiebeding. Klacht over de proceshouding van betrokkenen in deze civiele procedure wordt ongegrond verklaard. Geen sprake van bewust onjuiste of misleidende informatie aan de rechter.

  • ECLI:NL:TACAKN:2014:106 Accountantskamer Zwolle 14/974 Wtra AK

    Persoonsgericht onderzoek. Diverse klachten ongegrond. Voor een vergaande en voor klager zeer schadelijke conclusie in het rapport is er onvoldoende deugdelijke grondslag. Tussentijds delen van onderzoeksconclusies over deelvragen met opdrachtgever kan als er voldoende deugdelijke grondslag bestaat. Kritisch obiter dictum ten aanzien van korte termijn voor wederhoor en het niet opmaken van gespreksverslagen met klager. Berisping.

  • ECLI:NL:TACAKN:2014:101 Accountantskamer Zwolle 14/506 Wtra AK

      Klacht over de controle van jaarrekeningen van de vennootschap Weyl Holding B.V. die in mei 2010 failliet verklaard is, ingetrokken. De Accountantskamer is van oordeel dat er redenen aan het algemeen belang ontleend, zijn om de behandeling van de klacht voort te zetten. De vennootschap is failliet verklaard nadat uit onderzoek in opdracht van financiers en commissarissen is gebleken van “fake-facturen” en het te laag verantwoorden van crediteuren. Er is sprake van schade voor de financierende banken van tientallen miljoenen euro’s. De rechtbank Almelo heeft in 2012 geoordeeld dat een bestuurder en een beleidsbepaler hun taken kennelijk onbehoorlijk hebben vervuld omdat ze valsheid in geschrift hebben gepleegd. Beiden zijn daarna door de strafrechter veroordeeld tot onvoorwaardelijke gevangenisstraffen. Schuldeisers hebben voor vele tientallen miljoenen euro’s vorderingen ingediend in de faillissementen.  Al deze feiten zijn in hoge mate mede bepalend voor het in accountants in het algemeen gestelde en te stellen vertrouwen en dat maakt dat er een voldoende zwaarwegend algemeen belang mee gemoeid is dat er naar de juistheid van de verwijten aan betrokkene onderzoek wordt gedaan. Nu de klacht door klagers is ingetrokken, dient op de voet van art. 30 Wtra de AFM als in de plaats tredende klaagster de klacht voort te zetten.

  • ECLI:NL:TACAKN:2014:102 Accountantskamer Zwolle 14/669 en 14/670 Wtra AK

      Betrokkenen zijn in een eerdere op klachte van de vrouwelijke cliënt aanhangig gemaakte klachtprocedure berispt voor hun rol als accountant in een echtscheidingssprocedure tussen twee cliënten. Daarvan zijn zij in appel gekomen bij het CBb. Zij hebben zich door hetzelfde advocatenkantoor laten bijstaan als de mannelijke cliënt; dit is niet strijdig met enige beroeps- of gedragsregel. In de appelprocedure bij het CBb hebben zij vertrouwelijke informatie met betrekking tot de vrouw overgelegd; dat komt niet in strijd met het beginsel van vertrouwelijkheid, nu zij zich bij deze tuchtrechter moeten kunnen verdedigen. Het is niet verenigbaar met de eisen van een behoorlijke tuchtprocedure dat een klager, nadat de Accountantskamer op diens klacht heeft beslist, een tweede klacht tegen dezelfde accountant indient over hetzelfde feitencomplex terzake een handelen of nalaten dat ten tijde van de behandeling van die eerdere klacht bij de klager bekend was of had kunnen zijn en niet gebleken is van nieuwe, relevante feiten welke een nieuwe tuchtrechtelijke beoordeling zouden rechtvaardigen.

  • ECLI:NL:TACAKN:2014:103 Accountantskamer Zwolle 14/731 Wtra AK

    Ten onrechte bepaalde activa onder de voorraden opgenomen in plaats van deze te activeren. In casu te gering verwijt om tuchtrechtelijk een maatregel op te leggen.

  • ECLI:NL:TACAKN:2014:104 Accountantskamer Zwolle 14/517 Wtra AK

      Onzorgvuldige samenstelling jaarrekening. Ontoelaatbare aanvulling klacht ter zitting. Door de Accountantskamer geuite zorgen over de kwaliteitsbeheersing van de betrokken accountantspraktijk. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TACAKN:2014:99 Accountantskamer Zwolle 14/730 Wtra AK

      Klacht dat betrokkene heeft nagelaten klager te adviseren een hotel op een bepaalde wijze te verwerven niet aannemelijk gemaakt en evenmin dat betrokkene niet heeft gewaarschuwd voor de fiscale consequenties van de uiteindelijk gemaakte keuze.

  • ECLI:NL:TACAKN:2014:98 Accountantskamer Zwolle 14/2522 Wtra AK

    Het langdurig niet communiceren met en onbereikbaar houden voor cliënten, het niet reageren op brieven van de Nba en van de Raad voor Toezicht van de Nba en het niet indienen van een verbeterplan na een negatief eindoordeel over het stelsel van interne kwaliteitsbeheersing, leidt tot een verzoek van de Nba om de inschrijving van betrokkene tijdelijk door te halen in het accountantsregister. In dit geval wordt vastgesteld dat sprake is van een ernstig vermoeden van handelen of nalaten in de zin van artikel 42 Wab en wordt geoordeeld dat er zwaarwegende openbare belangen in het geding zijn. De inschrijving van betrokkene in het accountantsregister wordt om die reden bij wijze van voorlopige voorziening tijdelijk doorgehaald in afwachting van een nadere beslissing van de Accountantskamer of het College van Beroep van het bedrijfsleven.

  • ECLI:NL:TACAKN:2014:97 Accountantskamer Zwolle 14/38 Wtra AK

      Ernstig geschil tussen de twee aandeelhouders van een vennootschap. De huisaccountant gaat voort met samenstelling van de jaarrekening, terwijl hij ervan op de hoogte is dat de scheidende aandeelhouder geen vertrouwen meer in hem heeft. Hij treft geen waarborg voor de bedreiging van zijn objectiviteit, zoals voorafgaand overleg met beide aandeelhouders. Schending van het conceptueel raamwerk. In opdracht van de overblijvende aandeelhouder aanvaardt betrokkene inzake de uitkoop van de andere aandeelhouder een opdracht tot waardering van de aandelen. Betrokkene maakt zijn waarderingsrapport inhoudelijk op conform de wensen van zijn opdrachtgever en doet nauwelijks eigen onderzoek daarnaar. Vervolgens wordt dit rapport door betrokkene gepresenteerd aan de vertrekkende aandeelhouder als zijnde zijn waardering als accountant van de aandelen. Er is aldus sprake van ongepaste beïnvloeding door zijn cliënt; op deze wijze een rapport vervaardigen en uitbrengen komt zowel in strijd met het fundamentele beginsel van objectiviteit als in strijd met het algemeen belang dat een accountant bij zijn handelen in acht moet nemen.  Berisping.

  • ECLI:NL:TACAKN:2014:80 Accountantskamer Zwolle 13/2393 en 13/2394 Wtra AK

      Klacht van curatoren van Econcern tegen de accountants die betrokken waren bij de controle van de jaarrekening 2007 van Econcern. Vervolg op tussenbeslissing van 25 april 2014 (ECLI:NL:TACAKN:2014:36). Het debat van partijen valt in twee delen uiteen. De eerste vraag is of betrokkenen met juistheid hebben beoordeeld of de door het bestuur van Econcern gepresenteerde jaarrekening 2007 voldoet aan de regels van Titel 2.9 BW. De tweede vraag is of betrokkenen hun controlewerkzaamheden in voormeld verband met een professioneel-kritische instelling en met een voldoende diepgang hebben verricht en een en ander tijdig en voldoende hebben gedocumenteerd. Bij het antwoord op de tweede vraag is in aanmerking genomen dat bij een onderbouwde, gesubstantieerde en niet op voorhand onaannemelijke klacht over handelen of nalaten in het kader van verrichte controlewerkzaamheden van de accountant mag worden gevergd dat het tegen die klacht gevoerde verweer mede wordt gebaseerd op en onderbouwd met (stukken uit) het controledossier. Indien controledocumentatie uitblijft, kan weinig betekenis worden gehecht aan een stelling dat desondanks voldoende en geschikte controle-informatie is verkregen. A. Niet aannemelijk is geworden dat voldoende geschikte controlewerkzaamheden zijn verricht teneinde de keus voor rubricering van kapitaalbelangen te kunnen aanvaarden. Daarvoor is redengevend dat zowel voor de kwalificatie van Ecoventures als participatiemaatschappij als voor de kwalificatie van (het merendeel van) de door deze entiteit aangehouden kapitaalbelangen contra-indicaties van serieus gewicht aanwezig waren, waardoor deze rubricering mogelijk niet aanvaardbaar zou zijn. Naar deze contra-indicaties hadden (aanvullende) controlewerkzaamheden uitgevoerd moeten worden. Evenwel is niet aannemelijk geworden voldoende en geschikte controle-informatie is verkregen over de aanvaardbaarheid van die rubricering. B. Evenmin is aannemelijk geworden dat omtrent de waardering van de kapitaalbelangen voldoende en geschikte controlewerkzaamheden zijn verricht. Daarvoor is redengevend dat met name aan de aanvaarding van de waardering van Sol Holding een diepgaand onderzoek ten grondslag diende te liggen, vanwege de gevolgen daarvan voor zowel de balans als het resultaat en de kenbare inconsistenties, het kenbare risico op sturing van de tot uitgangspunt genomen waarderingen en de contra-indicaties voor de juistheid van die waarderingen. Van kritisch onderzoek is niet gebleken, wat wel gebruikt is als controle-informatie is zonder meer ongenoegzaam. Voorts is onvoldoende gebleken van een beoordeling of, voor zover al winstneming aanvaardbaar was, het als gerealiseerd beschouwen van deze winst aanvaardbaar was. Niet aannemelijk is geworden dat betrokkenen zich hebben laten leiden door het voorzichtigheidsbeginsel. C. Daarnaast is niet aannemelijk geworden dat voldoende geschikte controlewerkzaamheden zijn verricht omtrent het toepassen van de consolidatievrijstelling voor bepaalde kapitaalbelangen. Daarvoor is redengevend dat contra-indicaties van het aanwezig zijn van een exit-strategie, dat een voorwaarde is voor zo’n toepassing, niet adequaat zijn onderzocht en beoordeeld. Evenmin is gebleken dat voldoende en geschikte controle-informatie is verkregen of een proportionele consolidatie van een kapitaalbelang voldeed aan het wettelijk inzichtvereiste. D. Ten aanzien van de overige aangedragen aspecten van de jaarrekening is de klacht deels gegrond en deels ongegrond. De conclusie is dat betrokkenen de controle van de jaarrekening 2007 van Econcern met onvoldoende diepgang en met een onvoldoende professioneel-kritische instelling hebben gepland en uitgevoerd, als gevolg waarvan een goedkeurende accountantsverklaring in het maatschappelijk verkeer is gebracht zonder dat daarvoor een deugdelijke grondslag bestond. Dit betekent dat eerst alsnog een adequate controle van de jaarrekening 2007 zou dienen plaats te vinden, alvorens feitelijk kan worden beoordeeld of de in die jaarrekening opgenomen informatie voldoet aan de eisen uit Titel 2.9 BW en of het resultaat over 2007 en het eigen vermogen ultimo 2007 te hoog zijn weergegeven. Bij zo’n onderzoek hebben klagers evenwel geen belang meer nu hun klacht al in belangrijke mate gegrond is. Het antwoord op de eerste vraag wordt daarom in het midden gelaten. Door hun handelwijze en aldus hun kerntaak te veronachtzamen, hebben betrokkenen op een niet te onderschatten wijze de fundamentele beginselen van deskundigheid en zorgvuldigheid en van professioneel gedrag geschonden, welke schending voor ieder van betrokkenen de maatregel van tijdelijke doorhaling rechtvaardigt voor de duur van één maand.