Zoekresultaten 12881-12890 van de 42364 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:76 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2018-194

    Ongegronde klacht tegen een verzekeringsarts. De verzekeringsarts heeft betwist dat zij altijd te laat was met haar spreekuur, zodat dit niets is komen vast te staan. Overigens is het niet tuchtrechtelijke verwijtbaar wanneer dit wel eens gebeurt. De verzekeringsarts heeft in redelijkheid kunnen menen dat zij op basis van haar eigen onderzoek, mede gelet op de behandelinformatie die klaagster zelf had verstrekt, geen verdere informatie nodig had voor haar conclusie en advies. Onder de gegeven omstandigheden kan verweerster niet worden verweten dat zijn geen informatie bij behandelaars/derden heeft opgevraagd, toen klaagster hierom verzocht. Overige klachtonderdelen ongegrond. Klacht afgewezen.    

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:79 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-831/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. In schriftelijk cassatieadvies heeft verweerder klager niet gewezen op de mogelijkheid van de HR om een zaak met toepassing van artikel 81 RO af te doen. Hoewel dit niet tuchtrechtelijk verwijtbaar is,  is het wel aanbevelenswaardig om die afdoeningsmogelijkheid van de HR te vermelden om misverstanden (achteraf) te voorkomen. Alle klachtonderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2019:27 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/345491 KL RK 18-170

    Klager verwijt de notaris het volgende: 1. de notaris heeft aan klager een verkeerde voorstelling van zaken gegeven omtrent haar werkzaamheden, 2. een onder de verantwoordelijkheid van de notaris werkzame medewerker heeft een fout gemaakt, 3. de notaris heeft de verkeerde (vormvrije) versie van de aangifte schenkbelasting naar de Belastingdienst gezonden, 4. de notaris heeft onvoldoende inzicht gegeven in de aard dan wel de opbouw van bepaalde kosten, 5. de notaris heeft ten onrechte geen toepassing gegeven aan de klachtenregeling van haar kantoor, 6. de notaris mocht de opdracht van de stiefmoeder van klager niet aannemen gezien haar vriendschappelijke band met de stiefmoeder en 7. de notaris heeft een stilzwijgende afspraak met klager geschonden. Klachtonderdeel 6 is niet-ontvankelijk, de overige klachtonderdelen zijn ongegrond.  

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:86 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-1017/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. 

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:80 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-845/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Geschil rondom een nalatenschap waarin verweerder op enig moment heeft opgetreden voor de broer van klager in een geschil tegen klager en thans optreedt voor de zussen van klager in, opnieuw, een geschil tegen klager. Klacht is gedeeltelijk kennelijk niet-ontvankelijk en gedeeltelijk kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:87 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-1040/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen verweerster in haar hoedanigheid van voormalig wrn deken is niet ontvankelijk verklaard voor zover dit betreft de periode voor 22 maart 2015. De klacht is voor het overige ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:81 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-707/DH/RO

    Verweerder heeft te laat hoger beroep ingesteld en dat beroep is niet-ontvankelijk verklaard. Verder is verweerder onzorgvuldig omgegaan met een door klager ontvangen voorschot dat hem voor de behandeling van de zaak in hoger beroep was betaald. Verweerder heeft met dit alles de belangen van klager veronachtzaamd. onvoorwaardelijke schorsing voor de duur van vier weken passend.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:88 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-073/DH/RO

    Raadbeslissing. Verzoek ex artikel 60b lid 7 Aw is toegewezen. De raad is van oordeel dat verzoeker de (financiële) problemen in zijn praktijkvoering (grotendeels) heeft opgelost en dat de relatie met zijn aanstaande ex-echtgenote is verbeterd. Nu de deken geen bezwaar heeft tegen de opheffing van de schorsing, hij de praktijkvoering van verzoeker zal volgen en verzoeker zich heeft gecommitteerd aan de voorwaarden van de deken, ziet de raad geen beletsel om het verzoek tot opheffing van de schorsing toe te wijzen.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:82 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-762/DH/RO

    Verweerder heeft geen uitvoering gegeven aan de opdracht van klager om schadevergoeding te vragen. Klager is daardoor benadeeld. Mede gelet op het feit dat verweerder niet heeft gereageerd op de klacht en op het tuchtrechtelijk verleden van klager acht de raad de maatregel van schorsing voor de duur van vier weken passend.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:73 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2018-336

    Ongegronde klacht tegen een bedrijfsarts. Naar het oordeel van het College heeft de bedrijfsarts de beperkingen van klaagster voldoende erkend en meegenomen in haar advies naar de werkgever. Verweerster heeft op goede gronden geoordeeld dat sprake was van een arbeidsconflict en haar advies daarop aangepast. Het College deelt het standpunt dat overspannenheid geen reden is om niet aan een oplossing van het conflict met de werkgever te werken, ook al had klaagster door haar overspannenheid op dat moment medische beperkingen. Niet gezegd kan worden dat de bedrijfsarts niet onafhankelijk is geweest of alleen in het belang van de werkgever heeft gehandeld. De door de werkgever van klaagster genomen besluiten kunnen verweerster niet aangerekend worden. Klacht afgewezen.