Zoekresultaten 18721-18730 van de 44758 resultaten
-
ECLI:NL:TAHVD:2018:48 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170227
- Datum publicatie: 22-03-2018
- Datum uitspraak: 09-03-2018
- ECLI:NL:TAHVD:2018:48
Klacht over advocaat wederpartij. Klacht gegrond. Verweerder heeft zich onnodig intimiderend uitgelaten. Nu verweerder heeft erkend dat de wijze waarop verweerder jegens klager is opgetreden mede was bepaald door de omstandigheid dat hij optrad als advocaat van zijn dochter, is daarmee het verband gegeven tussen een gebrek aan voldoende onafhankelijkheid van verweerder bij zijn cliënte en de onjuiste bewoordingen die verweerder heeft gebruikt in zijn brief aan klager. Gegrondverklaring zonder oplegging van maatregel. Vernietiging.
-
ECLI:NL:TAHVD:2018:44 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170343
- Datum publicatie: 22-03-2018
- Datum uitspraak: 12-03-2018
- ECLI:NL:TAHVD:2018:44
Art. 13 lid 2 Advocatenwet. Beklag tegen de beslissing van de deken is ongegrond. Met de deken is het hof van oordeel dat niet is gebleken dat de procedure die klagers tegen de curator zouden willen voeren een redelijke kans van slagen heeft. Daarbij betrekt het hof dat klagers reeds hebben getracht hun gelijk te halen bij de curator en de rechtbank en de rechtbank op de bezwaren van klagers gemotiveerd heeft beslist.
-
ECLI:NL:TADRARL:2018:43 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1176
- Datum publicatie: 21-03-2018
- Datum uitspraak: 29-01-2018
- ECLI:NL:TADRARL:2018:43
Dekenbezwaar. Eindbeslissing na tussenbeslissing. De raad heeft geoordeeld dat geen sprake is van het voeren van een bij voorbaat kansloze procedure door verweerder, hoewel deze enige malen een zelfde procedure is gestart op grond van art. 64 Vreemdelingenwet en vervolgens tegen de beslissing bezwaar/beroep heeft aangetekend. Verweerder heeft gemotiveerd aangevoerd dat zijn cliënt belang had bij de procedures. Het verwijt dat verweerder niet naar de zitting van de rechtbank is gegaan, treft evenmin doel. Verweerder heeft aangevoerd dat hij niets had toe te voegen aan hetgeen reeds in de schriftelijke stukken was aangevoerd, terwijl niet is komen vast te staan dat voor de cliënt niet duidelijk was dat verweerder niet naar de zitting zou gaan. Van ontoelaatbare druk van de kant van verweerder om de klacht in te trekken is ook niet gebleken. De deken heeft dit verwijt onvoldoende onderbouwd. De klacht is ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2017:218 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1176
- Datum publicatie: 21-03-2018
- Datum uitspraak: 19-04-2017
- ECLI:NL:TADRARL:2017:218
Dekenbezwaar. Verweerder wordt verweten dat hij een bij voorbaat kansloze procedure heeft gevoerd, niet naar een zitting van de rechtbank is gegaan en zijn cliënt onder ontoelaatbare druk heeft gezet om de klacht tegen hem in te trekken. De raad gelast een getuigenverhoor waarbij de cliënt van verweerder zal worden gehoord. Daartoe zal een datum worden bepaald.
-
ECLI:NL:TGZREIN:2018:29 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 17176
- Datum publicatie: 21-03-2018
- Datum uitspraak: 21-03-2018
- ECLI:NL:TGZREIN:2018:29
Bedrijfsarts wordt onder meer verweten dat zij over klaagsters gezondheidssituatie heeft geoordeeld zonder de juiste informatie, een onjuist advies heeft gegeven en heeft geweigerd contact op te nemen met klaagsters huidige psycholoog. College: Geen wettelijke basis voor ‘preventiespreekuur’. Onderscheid vrijwillig en verplicht spreekuurcontact. Het doel van het spreekuur en de daarbij behorende rechten en plichten van de werknemer waren voor klaagster kennelijk niet duidelijk. Het had op verweersters weg gelegen om te verifiëren of klaagster de gang van zaken begreep bijvoorbeeld door haar naar de reden van haar komst te vragen en vervolgens een andere afspraak te plannen als bleek dat klaagster er met een andere vraagstelling zat. Niet gebleken is dat zij dat (in voldoende mate) heeft gedaan. Ten onrechte geen informatie opgevraagd bij klaagsters huidige psycholoog. Dat klaagster pas heel kort onder behandeling was doet daaraan niet af. Conclusie en advies berusten op onvolledige informatie. Advies ook onduidelijk. Inconsequent gehandeld, aangezien zij heeft gesteld dat sprake was van een “preventief” spreekuurcontact (vergelijkbaar met een contact in het kader van een arbeidsomstandighedenspreekuur), terwijl uit haar handelen blijkt dat zij zich bezighield met klaagsters verzuimbegeleiding. Schending geheimhoudingsverplichting. Deels gegrond. Berisping.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2018:31 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-253
- Datum publicatie: 20-03-2018
- Datum uitspraak: 20-03-2018
- ECLI:NL:TGZRSGR:2018:31
Ongegronde klacht tegen een bedrijfsarts. Door het benoemen van medische informatie in de rapportage naar de werkgever kan de bedrijfsarts een bepaalde mate van onzorgvuldigheid worden verweten, maar gelet op de omstandigheden niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. De term ‘mental cause’ is weinig concreet, er was al correspondentie tussen klaagster en de werkgever in het dossier waaruit de werkgever kon afleiden dat een geheel lichamelijke oorzaak van het verzuim niet logisch was. De gebruikte term kan als een incident worden beschouwd. Discriminatie is niet vast komen te staan. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2018:32 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-077
- Datum publicatie: 20-03-2018
- Datum uitspraak: 20-03-2018
- ECLI:NL:TGZRSGR:2018:32
Deels gegronde klacht tegen een bedrijfsarts. De bedrijfsarts heeft klager onterecht volledig arbeidsgeschikt verklaard en heeft klager nauwelijks gehoord tijdens het consult. De bedrijfsarts heeft zijn advies teveel gebaseerd op de presentatie van klager op televisie. Ook heeft hij erkend zonder toestemming van klager medische gegevens met de behandelend psycholoog te hebben gedeeld. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2018:33 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-212
- Datum publicatie: 20-03-2018
- Datum uitspraak: 20-03-2018
- ECLI:NL:TGZRSGR:2018:33
Ongegronde klacht tegen een arts. Voor zover de handelingen vallen in de privésfeer is klager niet-ontvankelijk omdat de handelingen niet voldoende weerslag hebben op het belang van de individuele gezondheidszorg. Over de handelingen die verweerder heeft uitgevoerd als arts verschillen partijen van mening. Klacht afgewezen
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2018:34 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-262
- Datum publicatie: 20-03-2018
- Datum uitspraak: 20-03-2018
- ECLI:NL:TGZRSGR:2018:34
Ongegronde klacht tegen een huisarts. Dat de mislukte poging van het verwijderen van de spiraal komt door ondeskundig handelen door de huisarts komt niet vast te staan. Verwijzing naar een gynaecoloog was een juiste beslissing. Dat de huisarts het niet nog een keer zelf heeft geprobeerd is een begrijpelijke keus. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2018:29 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-230a
- Datum publicatie: 20-03-2018
- Datum uitspraak: 20-03-2018
- ECLI:NL:TGZRSGR:2018:29
Deels gegronde klacht tegen een huisarts. De huisarts is teveel afgegaan op mededelingen van klaagster over mogelijke oorzaken van de klachten en zij heeft nagelaten verder door te vragen. Klaagster was tien jaar geleden voor het laatst in de praktijk geweest. Een doorverwijzing heeft uiteindelijk wel plaatsgevonden. De klacht over een hoorbaar mondeling overleg over een patiënt in de wachtkamer is terecht, maar geen tuchtrechtelijk verwijt. Overige klachtonderdelen ongegrond. Waarschuwing.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1872
- Pagina: 1873
- Pagina: 1874
- ...
- Pagina: 4476
- Volgende pagina zoekresultaten