Zoekresultaten 20801-20810 van de 44778 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:117 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170026

    Verweerder heeft gehandeld zoals het een behoorlijk advocaat niet betaamt door op te treden tegen een cliënt van de advocaat met wie verweerder in een samenwerkingsverband werkzaam is geweest. Verweerder heeft deze cliënt - klagers - enig moment tijdens het samenwerkingsverband geadviseerd in een zaak tegen een wederpartij van klagers, voor welke wederpartij verweerder later is opgetreden tegen klagers. Klacht gegrond. Waarschuwing. Proceskostenveroordeling. Bekrachtiging.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:75 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/472

    Klaagster dient samen met haar echtgenoot de klacht in. Klagers verwijten het ziekenhuis dat zij ten onrechte zijn beschuldigd van het shaken- babysyndroom (mishandeling). Klagers dienen de klacht in tegen de twee kinderartsen die de AMK- melding hebben gedaan (LH). Ongegrond

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:130 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170053

    Verzet tegen voorzittersbeslissing van het hof Klager heeft naar het oordeel van het hof in hoger beroep geen toereikende gronden aangevoerd die aanleiding kunnen geven tot doorbreking van het appelverbod. Zodoende heeft het hof het verzet van klager tegen de beslissing van de (plaatsvervangend) voorzitter van het hof ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:111 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170059

    Zie 170059, 170060, 170061, 170062, 170063 (dekenbezwaar) en 170064. Met de raad heeft het hof twijfels over de vraag van wie de klachten zijn. Verweerder heeft ander maal uiteengezet dat hij niet voor klager is opgetreden en dat de overgelegde volmachten ondeugdelijk zijn. Nu ook in hoger beroep klager en zijn gemachtigde niet zijn verschenen, kan niet worden vastgesteld dat de klacht daadwerkelijk en rechtsgeldig afkomstig is van degene die als klager in de klacht is vermeld. Het hof heeft daarom klager alsnog niet-ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:124 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170030

    Klacht tegen advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft in 1994 executoriaal beslag gelegd op een aandeel in onroerend goed in Nederland. Bij verkoop van delen van deze goederen is verweerder akkoord gegaan met royement van het beslag onder de voorwaarde dat het aandeel in de verkoopopbrengst voor de betaling van de schuld wordt aangewend. klagers stellen dat verweerder niet (meer) krachtens een rechtsgeldige titel het beslag handhaaft. Het is niet de taak van de tuchtrechter om een oordeel te geven over dit geschil. Klacht ongegrond. Bekrachtiging.

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:105 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170010

    Ten aanzien van klachtonderdeel b heeft de raad -kort samengevat- geoordeeld dat het klachtdossier voldoende aanknopingspunten biedt voor de vaststelling dat verweerder opdracht heeft gekregen van klagers om tijdens de bespreking van 25 juli 2013 namens klagers een schikkingsvoorstel te doen. Zo er al zou moeten worden gesproken over een ‘mandaat’, is de raad van oordeel dat genoegzaam is gebleken dat aan verweerder mandaat is verstrekt om tijdens de bespreking een voorstel te doen met een hoogte zoals door verweerder is gedaan. Met de ongegrond bevinding van klachtonderdeel b heeft klachtonderdeel c zelfstandige betekenis verloren, aldus de raad .Het hof bekrachtigt deze beslissing van de raad.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:103 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-220

    Ongegronde klacht tegen een psychiater. In een deel van de klacht is klager niet-ontvankelijk, omdat de dochter ten tijde van het indienen van de klacht meerderjarig was in de zin van artikel 7:447 BW en zij indien gewenst zelf de klacht kon indienen. De psychiater kan niet worden verweten dat een medewerker van de instelling, belast met de indiening van financieringsaanvragen, teveel informatie aan de gemeente heeft verstrekt. Dat de psychiater klager en zijn vrouw niet voldoende geïnformeerd heeft of bij de behandeling betrokken heeft, komt niet vast te staan. Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:118 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170065

    Beklag ex art. 13 Advocatenwet. Het beklag betreft dezelfde kwestie als waarover reeds door het hof is beslist in 2011. Klager heeft geen nieuwe feiten of omstandigheden gesteld die aanleiding zouden kunnen geven tot een nieuwe inhoudelijke beoordeling van het beklag. Beklag ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:76 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/473

    Klaagster dient samen met haar echtgenoot de klacht in. Klagers verwijten het ziekenhuis dat zij ten onrechte zijn beschuldigd van het shaken- babysyndroom (mishandeling). Klagers dienen de klacht in tegen de twee kinderartsen die de AMK- melding hebben gedaan (LH). Ongegrond

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:131 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170044

    Klacht dat verweerster tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld door in haar hoedanigheid van bestuurder van een Stichting Derdengelden deze op te heffen terwijl zij wist, althans behoorde te weten dat die stichting aanmerkelijke schulden had. Volle toets. Verweerster moet hebben geweten dat de civiele rechter al had geoordeeld dat haar voormalig kantoorgenoot, tevens voormalig echtgenoot, ten onrechte gelden heeft verrekend met aan klager toekomende gelden die op de derdenrekening waren bijgeschreven. Niet aannemelijk dat klager met verrekening instemde. Verweerster moet hebben geweten dat de stichting zowel een vordering heeft op haar voormalig kantoorgenoot als een schuld aan klager. Door desondanks te besluiten de stichting op te heffen heeft verweerster tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Verweerster kan zich er niet op beroepen dat de vordering van klager al zou zijn verjaard. Kernwaarde financiële integriteit. Schorsing van 4 weken waarvan 2 weken voorwaardelijk. Tevens kostenveroordeling.