Zoekresultaten 3321-3330 van de 42624 resultaten

  • ECLI:NL:TDIVTC:2023:5 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2021/85

    Dierenarts wordt verweten koeien van klager stelselmatig op een onjuiste wijze, te weten lateraal in de bil, te hebben gevaccineerd met Bovalis Rotavec Corona. In de visie van klager heeft deze onjuiste toedieningswijze tot plekken en ontstekingen aan de zijkant van de bil van de betreffende koeien geleid en tot ernstige aandoeningen en het gedwongen moeten afvoeren en euthanaseren van dieren. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:38 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-553/DH/DH

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2023:50 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/4180

    Klacht tegen orthopedisch chirurg is van onvoldoende gewicht. De gebruikelijke werkwijze van de orthopedisch chirurg is dat binnen één week de verwijzer, in dit geval de huisarts, een brief wordt gestuurd met een samenvatting van het consult. In deze situatie heeft de second opinion heeft geen nieuwe relevante informatie opgeleverd en de continuïteit van de zorg aan klaagster is niet in geding geweest. De huisarts hoefde ook niet na de second opinion een deel van de behandeling op zich te nemen. Beklaagde en klaagster hebben afgesproken dat klaagster opnieuw contact op zou nemen als zij verder onderzoek wenste. Gelet op het voorgaande acht het college dit klachtonderdeel kennelijk van onvoldoende gewicht.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2022:58 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2022/15

    Dierenarts wordt verweten, in hoofdzaak, dat hij ten onrechte heeft geconcludeerd dat de hond van klaagster een TIA had, dat hij vervolgens onnodig tot euthanasie heeft geadviseerd en dat de hond is behandeld in een periode waarin hij als dierenarts was geschorst. Op basis van de ingediende stukken en hetgeen ter zitting is verhandeld, heeft het college niet met zekerheid kunnen vaststellen dat beklaagde degene is geweest die de hond heeft behandeld. Klacht niet ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:43 Raad van Discipline Amsterdam 22-843/A/NH

    Raadsbeslissing. Verweerder heeft zich  ten opzichte van klager niet heeft gedragen zoals een behoorlijk en zorgvuldig handelende advocaat betaamt. Indien verweerder meende eerst een uitdrukkelijke akkoordverklaring te moeten hebben alvorens verdere werkzaamheden te verrichten, dan had de inhoud van elk van voormelde e-mails meer dan genoeg aanleiding voor verweerder moeten zijn geweest om klager erop te attenderen dat hij nog in afwachting was van de getekende akkoordverklaring van klager en voordien geen werkzaamheden voor hem zou verrichten. Uit deze e-mails komt duidelijk naar voren dat klager ervan uitging dat verweerder zijn zaken in behandeling had genomen en voor hem aan de slag was gegaan. Door hier niet op te reageren, heeft verweerder deze onduidelijkheid laten ontstaan en bestaan. Klacht in beide onderdelen gegrond. Onvoorwaardelijke schorsing van vier weken  en matiging proceskosten.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2023:63 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/4046

    Klacht tegen bedrijfsarts. De bedrijfsarts is ingeschakeld naar aanleiding van de ziekmelding van klaagster. Er hebben twee telefonische consulten plaatsgevonden en er is e-mailcontact geweest tussen klaagster en beklaagde over de belastbaarheid van klaagster. Daarnaast heeft de bedrijfsarts een belastbaarheidsprofiel laten opstellen door een verzekeringsarts. Op basis hiervan heeft de bedrijfsarts geconcludeerd dat er geen sprake is van ziekte/gebrek op grond waarvan beperkingen ten aanzien van werk geduid moeten worden. De bedrijfsarts heeft een tijdgebonden opbouw van werk en werkzaamheden geadviseerd om klaagster te laten terugkeren in haar eigen werk. Klaagster verwijt de bedrijfsarts onder meer dat hij tijdens het eerste telefonische consult al een diagnose heeft gesteld, dat hij zonder met klaagster te overleggen heeft besloten tot het laten verrichten van een belastbaarheidsprofiel door een derde, dat hij geen professionele houding heeft aangenomen en dat hij zich vooringenomen heeft opgesteld. Het college verklaart de klacht ongegrond.  

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:37 Raad van Discipline Amsterdam 23-040/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht wordt niet ontvankelijk verklaard gelet op het ne bis in idem-beginsel.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2023:57 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2021/48

    Klacht tegen orthopedagoog-generalist. Klager is verwikkeld in een echtscheidingsprocedure met de moeder van zijn kinderen. In het kader van de echtscheidingsprocedure heeft beklaagde, in opdracht van het NIFP en op verzoek van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (hierna: het hof), onder supervisie van een GZ-psycholoog een familierechtelijk onderzoek verricht om duidelijk te krijgen welke hoofdverblijfplaats voor de kinderen passend is wat betreft opvoeding en verzorging. Van dit onderzoek is een rapport uitgebracht. De klacht heeft betrekking op het door beklaagde en de GZ-psycholoog verrichte onderzoek en het door hen opgestelde rapport. Klager verwijt beklaagde dat zij hem ten onrechte heeft uitgesloten van het onderzoek en dat zij een ondeugdelijke rapportage heeft opgesteld. Het college verklaart de klacht gegrond. Op het onderzoek door beklaagde en de GZ-psycholoog is de Leidraad deskundigen in civiele zaken van toepassing. Op basis van deze leidraad is de raadsheer-commissaris van het gerechtshof als contactpersoon aangesteld waar beklaagde en de GZ-psycholoog bij vragen en twijfel terecht konden. Er was vertraging ontstaan in het onderzoek naar klager. Vanwege de strakke deadline vanuit het hof hebben beklaagde en de GZ-psycholoog er, na intern overleg met het NIFP, voor gekozen om het onderzoek af te ronden zonder dat klager onderzocht was. Het college acht het niet begrijpelijk dat zij de situatie omtrent de ontstane vertraging in het onderzoek naar klager niet met de raadsheer-commissaris hebben besproken. Intern overleg met het NIFP was onvoldoende. Dit maakt dat zij het onderzoek naar klager niet op deze manier hadden mogen afsluiten. Als gevolg hiervan is het rapport over klager onvolledig en daarmee ondeugdelijk. Ook de rapporten over de kinderen zijn onvolledig, nu klager daarin niet is meegenomen. Aan beklaagde wordt een waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:45 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-1013/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat wederpartij in een burengeschil deels niet-ontvankelijk vanwege tijdsverloop en voor het overige kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:39 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-613/DH/RO

    Verzet ongegrond