Zoekresultaten 20171-20180 van de 42592 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:380 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.248

      Klacht tegen tandarts. Tijdens de door de tandarts uitgevoerde wortelkanaalbehandeling is een vijltje afgebroken. Klager verwijt de tandarts onder meer dat hij een laakbare houding jegens hem heeft aangenomen door hem nadien met het probleem te laten rondlopen en  niet financieel tegemoet te komen en dat de tandarts de notities in het dossier in de loop van de klachtprocedure heeft aangevuld. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. De behandeling van de zaak in beroep heeft het Centraal Tuchtcollege geen aanleiding gegeven tot de vaststelling van andere feiten en tot andere beschouwingen en beslissingen dan die van het Regionaal Tuchtcollege in eerste aanleg. Het Centraal Tuchtcollege overweegt aanvullend dat wijzigingen en aanvullingen van de persoonlijke notities, die onderdeel zijn van het medisch dossier, voor de patiënt kenbaar moet zijn. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGDKG:2016:140 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW verzet 318.2016

      Beslissing op verzet. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens. Het verzet wordt ongegrond verklaard.  

  • ECLI:NL:TGDKG:2016:134 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW623.2015

      Niet reageren op brieven en e-mails. Hetgeen teveel door klaagster was voldaan is te laat terugbetaald. Klacht gegrond. Maatregel van berisping opgelegd.  

  • ECLI:NL:TGDKG:2016:147 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW 683.2015

      Na de gerechtsdeurwaarder te hebben voorzien van relevante informatie heeft een onjuiste registratie plaatsgevonden van het bruto/netto inkomen van de partner van klaagster. Op grond daarvan is een voorstel voor een betalingsregeling onterecht afgewezen. Ten onrechte inwinnen van informatie bij de werkgever van de partner van klaagster. Klachten terecht voorgesteld maar gelet op de door de gerechtsdeurwaarder ondernomen stappen wordt geen maatregel opgelegd.

  • ECLI:NL:TAHVD:2016:256 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160222

    Het onderzoek naar klachtonderdeel b en e heeft in hoger beroep niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad. Het hof verenigt zich daarmee. Met betrekking tot de klachtonderdelen d, h en i stelt het hof voorop dat het uitsluitend aan de deken is om vanuit het algemeen belang op te komen tegen de afwezigheid van een klachtenregeling bij een advocaat. Voor het overige is het hof van oordeel dat de klacht moet stranden op een gebrek aan gewicht, nu alle omstandigheden van het geval geen aanknopingspunt bieden voor een andere conclusie dan dat eiser in staat was om, als daarvoor aanleiding bestond, een klacht tegen de gang van zaken op verweerders kantoor aanhangig te maken, ook zonder dat hij op de hoogte was van de bijzonderheden van een geldende klachtenregeling.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:381 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.008

      Klacht tegen gz-psycholoog. Verweerster is als behandelcoördinator  betrokken bij de behandeling van klager in een forensisch psychiatrisch centrum. Klager verwijt verweerster – zakelijk weergegeven – dat zij hem ongelijk heeft behandeld en onvoldoende heeft geïnformeerd over, onder meer, het aanvragen van zijn verlof. De klacht is door het Regionaal Tuchtcollege als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klager wegens het ontbreken van gronden niet-ontvankelijk in zijn beroep.

  • ECLI:NL:TGDKG:2016:141 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW verzet 403.2016

      Beslissing op verzet. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens. Het verzet wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2016:135 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW987.2015

      Niet reageren op brieven en bezwaren tegen vordering. Niet gebleken is dat niet op brieven is gereageerd. Ten aanzien van het bezwaar tegen de vordering geldt dat als een schuldenaar bij een gerechtsdeurwaarder bezwaar maakt tegen de (hoogte van de) vordering, dient de gerechtsdeurwaarder het bezwaar voor een inhoudelijke beoordeling daarvan door te sturen naar zijn opdrachtgever. Zodra de gerechtsdeurwaarder het standpunt van zijn opdrachtgever heeft ontvangen, dient hij het standpunt mede te delen aan de schuldenaar. Indien daarna nog verschil van mening blijft bestaan over de hoogte van de vordering is het uiteindelijk aan de gewone rechter om te beslissen wie in die discussie het gelijk aan zijn zijde heeft. Aan het voorgaande heeft de gerechtsdeurwaarder niet voldaan. Dit klachtonderdeel wordt gegrond verklaard. Maatregel van berisping opgelegd.  

  • ECLI:NL:TAHVD:2016:250 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160150

    Het hof is van oordeel dat verweerder het gerechtshof Den Haag ten aanzien van het waarheidsgehalte van de verklaringen waarop hij zich beroept niet heeft misleid. Evenmin heeft hij feiten geponeerd die niet waar zijn. Dat verweerder mogelijk niet ten aanzien van elke verklaring volledig heeft gespecificeerd welke onderdelen daarvan strafrechtelijke consequenties hebben gehad en welke niet, doet daar niet aan af. Aan het hof zijn de bewijskracht noch het waarheidsgehalte van bedoelde verklaringen ter beoordeling. Met de raad is het hof van oordeel dat de klacht ongegrond is.

  • ECLI:NL:TGDKG:2016:148 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW 343.2016

      Deels fictieve klachten opgesteld en ingediend door klager in overleg met de gerechtsdeurwaarder teneinde te onderzoeken of de in de klacht beschreven werkwijzen van de gerechtsdeurwaarder door de tuchtrechtelijke beugel kunnen, met als doel die werkwijzen op het kantoor van de gerechtsdeurwaarder in te voeren. Het tuchtrecht is echter bedoeld om in een concreet geval aan de hand van alle omstandigheden te toetsen of sprake is van een ontoelaatbare werkwijze. Het tuchtrecht is niet bedoeld om in algemene zin te beoordelen wat juridisch toelaatbaar is. Klacht niet-ontvankelijk verklaard.