Zoekresultaten 13941-13950 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2019:9 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2018/76

    Klager verwijt huisarts dat hij langdurig heeft geweigerd zijn hartklachten serieus te nemen. Verweerder heeft nagelaten om met behulp van onderzoek vast te stellen wat de oorzaak was van de klachten, ondanks de schriftelijke gemotiveerde uitnodiging om dergelijk onderzoek uit te voeren van de bedrijfsarts die klager had gezien. Van een veelvuldig behandelcontact met verweerder is, anders dan klager stelt, geen sprake geweest. Bij het eerste contact had het wel op de weg van verweerder gelegen klager nader te bevragen bij de vaststelling van het cardiovasculair risicoprofiel, gelet op de tegenstrijdige informatie uit het medisch dossier. Verweerder heeft klager bij het tweede consult wel direct naar de eerste harthulp verwezen. Dat verweerder klager daarbij op eigen gelegenheid heeft laten gaan, terwijl ambulancevervoer geëigend was, is verwijtbaar. Klacht deels gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:30 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2018/289

    Klager is door verweerders behandeld in verband met een ernstige dubbelzijdige ontsteking van het netvlies. Klager heeft zich erover beklaagd dat een van verweerders zou hebben gelogen c.q. de werkelijke situatie zou hebben verzwegen, de supervisie/regievoering zou zijn verloren en onvoldoende en onjuiste dossiervorming. Ook zou zijn oog als gevolg van de behandeling zijn beschadigd met blindheid tot gevolg. Klager verwijt een van de andere verweerders een ineffectieve behandeling, medische fouten tijdens de behandeling en onvoldoende nazorg. Met betrekking tot de laatste verweerder heeft klager naar voren gebracht dat hij onvoldoende zou zijn gewezen op de risico's van de behandeling. Verweerders hebben de klachten gemotiveerd weersproken.   Ongegrond

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:227 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 643304

    Op grond van ECLI:NL:GHAMS:2008:BC7801 kunnen ook privaatrechtelijk rechtspersonen een klacht indienen. In casu te weinig aanknopingspunten om de gemachtigde als belanghebbende aan te merken. Evenmin blijkt dat er sprake is van bevoegde vertegenwoordiging.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2019:2 Kamer voor het notariaat Amsterdam 656728/NT 18-53

    Klager is met de koper van zijn woning, in verband met een probleem met asbest en tijdsdruk, overeengekomen een depotovereenkomst te laten opstellen. Bij de overdacht werd pas duidelijk welke kosten de notaris klager in rekening bracht voor het opstellen van de depotovereenkomst. Klager vond die kosten veel te hoog, maar verlaging daarvan was onbespreekbaar. Vervolgens heeft de notaris de depotovereenkomst niet uitgevoerd zoals deze was bedoeld: hij heeft het depotbedrag zonder toestemming van enige partij aan klager uitgekeerd. Toen dat duidelijk werd heeft klager van een medewerker van de notaris de instructie gekregen het depotbedrag onmiddellijk terug te storten. Klager vindt die gang van zaken onacceptabel. Klager meent dat de notaris zijn zorgplicht heeft geschonden.  Klagers verwijt over de gang van zaken op het notariskantoor, de bejegening van de medewerker van de notaris nadat de door de notaris gemaakte fout was ontdekt, gecombineerd met het niet-reageren van de notaris, is naar het oordeel van de kamer gegrond. Waar vaststaat dat door de notaris een fout is gemaakt, was een andere toon van de medewerker op zijn plaats geweest en de notaris had klager, ook nog nadat klager de klacht had ingediend, op enige wijze kunnen laten weten dat hij de door hem gemaakte fout betreurde en daarvoor zijn excuses kunnen aanbieden. De ernst van het verwijt is echter niet van dien aard, dat de kamer de notaris daarvoor een maatregel oplegt. Daarbij houdt de kamer ook rekening met het feit dat de notaris ter zitting alsnog zijn spijt over de gang van zaken heeft betuigd.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:228 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 637974

    Beslissing op verzet. De raadsman van klager is niet ter zitting verschenen. Zijn één uur van te voren ingediende pleitnota kan niet ter zitting behandeld worden. Stukken dienen tien dagen voor de zitting te worden ingediend. Voorzittersbeslissing blijft in stand.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:51 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2018-117

    Deels gegronde klacht tegen een arts. Ter zake van een sociaal medisch advies komt de cliënt een inzage-, correctie- en blokkeringsrecht toe. Niet is gebleken dat de arts klager hierop heeft gewezen, dan wel hem daartoe in de gelegenheid heeft gesteld. Overige klachtonderdelen ongegrond. Waarschuwing.    

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:32 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2018/293

    Klager is door verweerders behandeld in verband met een ernstige dubbelzijdige ontsteking van het netvlies. Klager heeft zich erover beklaagd dat een van verweerders zou hebben gelogen c.q. de werkelijke situatie zou hebben verzwegen, de supervisie/regievoering zou zijn verloren en onvoldoende en onjuiste dossiervorming. Ook zou zijn oog als gevolg van de behandeling zijn beschadigd met blindheid tot gevolg. Klager verwijt een van de andere verweerders een ineffectieve behandeling, medische fouten tijdens de behandeling en onvoldoende nazorg. Met betrekking tot de laatste verweerder heeft klager naar voren gebracht dat hij onvoldoende zou zijn gewezen op de risico's van de behandeling. Verweerders hebben de klachten gemotiveerd weersproken.   Ongegrond

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:229 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 639421

    Beslissing op verzet. Ministerieplicht.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2019:6 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2018/79

    Klager is achttien jaar geleden gedotterd en er is bij hem een stent geplaatst. In 2015 ondervond klager opnieuw problemen waarmee hij zich tot zijn toenmalige huisarts heeft gewend. Er was toen sprake van een extreme hoge bloeddruk met waarden als 220/110. Na anderhalf jaar is klager van huisarts gewisseld en heeft hij zich bij verweerder gemeld met refluxklachten. In het voorbijgaan heeft hij hartklachten gemeld. Verweerder heeft daarop regelmatige controles van de bloeddruk uit laten voeren, bloedwaarden laten vaststellen en een bloeddrukverlagend middel voorgeschreven. Op aangeven van klager is een reeks van andere bloeddrukverlagende middelen voorgeschreven in verband met de bijwerkingen die klager ondervond en waarom hij de inname staakte. Klager heeft binnen twee maanden nadien een ernstig hartinfarct gekregen. Geen tuchtrechtelijk verwijt: adequaat beleid ingezet en mede gezien de korte behandelperiode ook adequaat uitgevoerd. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:42 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2018-147

    Ongegronde klacht tegen een bedrijfsarts. Nu de bedrijfsarts het doel van het gesprek aan het begin heeft uitgelegd en klager de tijd heeft gegeven te overwegen of hij het gesprek wilde voortzetten, kan niet gezegd worden dat de bedrijfsarts het gesprek met klager onder valse voorwendselen heeft gevoerd of is tekortgeschoten. Op geen enkele manier valt in te zien dat aan de kant van de bedrijfsarts sprake zou zijn van valselijk opmaken van geschriften of van het blokkeren van de werkhervatting van klager. De overige klachtonderdelen zijn eveneens ongegrond. Klacht afgewezen.