Zoekresultaten 42791-42800 van de 43948 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2010:YA0237 Raad van Discipline Amsterdam 09-170A

    Verzet tegen beslissing van de voorzitter dat de klacht niet uit het klachtdossier kan worden afgeleid. Verzet ongegrond, want volstrekt niet gemotiveerd waarom de voorzitter niet tot een kennelijk niet-ontvankelijk verklaring had mogen komen.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2010:YA0238 Raad van Discipline Amsterdam 09-123A

    Verzet. Klager verwijt verweerder dat hij, ondanks toezeggingen, heeft verzuimd een procedure aanhangig te maken, onderzoek te doen en over dat onderzoek te rapporteren. Klager heeft dit verwijt niet aannemelijk gemaakt. Voorop staat dat een advocaat bij de behandeling van een zaak de leiding heeft en niet kan worden verplicht om een opdracht aan te nemen die hij niet haalbaar acht. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2010:YA0239 Raad van Discipline Amsterdam 08-347A

    De klacht ziet op onnavolgbaar financieel beleid, gebrekkige communicatie en onzorgvuldig adviseren en handelen. Verweerster heeft niet steeds gespecificeerd en overzichtelijk gedeclareerd en een voorschot niet tijdig afgerekend; klachtonderdeel gegrond. Verweerster heeft voorts een vonnis niet tijdig aan klagers doorgezonden en niet schriftelijk geadviseerd over de mogelijkheid van appel cq schriftelijk bevestigd dat klagers geen appel wensten in te stellen; klachtonderdeel (deels) gerond. De overige klachtonderdelen zijn niet komen vast te staan. Maatregel, de persoonlijke omstandigheden van verweerster in aanmerking genomen: enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0070 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2008/254

    Klagers vrouw is na een knieoperatie overleden als gevolg van een longontsteking en sepsis. Het is volgens klager aannemelijk dat het postoperatief toedienen van grote hoeveelheden morfine mede tot de dood van zijn vrouw heeft geleid. Klager verwijt de anesthesioloog dat hij de morfine heeft toegediend terwijl hij op de hoogte had kunnen zijn van het mogelijke bestaan van een obstructief slaap apneu syndroom. Voorts wordt de anesthesioloog verweten dat hij niet toegezien heeft op een juiste hantering van de PCA-pomp en ten derde dat hij de alarmoproep van de verpleegkundigen niet voldoende serieus heeft genomen. Het college achtte de aan de anesthesioloog verweten en deels gegrond bevonden klachtonderdelen ernstig van aard en heeft de anesthesioloog een berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0027 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 013/2009

    Gemiste greenstick fractuur van de onderarm bij een 2-jarig kind. Zorgvuldig onderzoek. Klacht niet gegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0020 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2008/165

    De klacht betreft de behandeling van klaagsters zoon: verder te noemen: patiënt. Klaagster verwijt de huisarts dat hij patiënt, gelet op de aan hem gemelde pijnklachten onder andere in de buik, ten onrechte niet heeft verwezen naar het ziekenhuis voor nader onderzoek. De klacht heeft voorts betrekking op de bejegening en het weigeren het dossier af te geven. Patiënt is overleden. Verweerder heeft de klacht betwist. Het college oordeelt dat de omstandigheid dat patiënt voor hem nieuw was en het feit dat patiënt zich presenteerde met een reeks van ernstige diffuse klachten aanleiding voor de huisarts had moeten zijn om nader onderzoek te doen en daarna eventueel hem te verwijzen naar een specialist. Voor het overige heeft het college de klacht als ongegrond afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0021 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2008/280

    De orthopedisch chirurg heeft een valgiserende tibiakop osteotomie rechts volgens de Puddu-methode bij klager verricht. Klager verwijt de orthopedisch chirurg dat hij is tekortgeschoten in de zorg die klager van hem mocht verwachten door een obsolete methode toe te passen en door het niet verwijderen van dood bot. De klacht heeft voorts betrekking op de bejegening. De orthopedisch chirurg heeft de klacht gemotiveerd betwist. Het college oordeelt dat de klacht ongegrond is en dat verweerder tuchtrechtelijk niet verwijtbaar heeft gehandeld

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0022 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 08/119

    De echtgenoot van klaagster, een voormalige asielzoekster, die nog steeds in een AZC verbleef, is overleden. Klaagster verwijt verweerder, de huisarts, ondermeer dat hij onvoldoende anadacht heeft besteed aan de zogenaamde diabetesvoet van haar echtgenoot. Het College acht de klacht gegrond.. Het college is van oordeel dat verweerder de situatie in 2007 duidelijk heeft onderschat, niet traceerbaar een plan heeft gemaakt om de aan de voet ontstane wondjes zo snel mogelijk te laten genezen en geen beleid heeft gevoerd om die genezing, toen het genezingsproces zich erg traag bleek te ontwikkelen, te bespoedigen en onvoldoende zelf het initiatief tot nacontroles heeft genomen.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0023 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 178/2008

    Broze oude dame bekend met prednisongebruik en een open been (erysipilas). Onvoldoende onderzoek, niet doorsturen naar ziekenhuis.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0024 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 195/2008

    Klaagster verwijt haar huisarts het stellen van een verkeerde diagnose, nalatigheid door onvoldoende controle en een verkeerde behandeling nadat bij haar besmetting door een tekenbeet was vastgesteld. Volgens klaagster had zij behandeld moeten worden conform de ILADS-richtlijnen en had middels een test in Duitsland - die volgens klaagster betrouwbaarder is dan de tests die in Nederland worden uitgevoerd - dienen te worden vastgesteld of de besmetting was verholpen. Het College heeft geconstateerd dat verweerster klaagster heeft behandeld conform de NHG-standaard voor wat betreft de behandeling van besmette tekenbeten en het Nijmeegs formularium, en is van oordeel dat zij daarmee is gebleven binnen de richtlijnen voor behandeling van besmette tekenbeten zoals die in Nederland gelden. De huisarts kan geen onzorgvuldig handelen worden verweten door geen toepassing aan de ILADS-richtlijnen te geven nu deze richtlijnen in Nederland niet tot standaard zijn verheven. Verweerster kan evenmin onzorgvuldig handelen verweten worden omdat zij geweigerd heeft medewerking te verlenen aan de door klaagster gewenste bloedtest in Duitsland. In beginsel mag er van uitgegaan worden dat behandeling conform de Nederlandse standaard afdoende is om besmetting te verhelpen zodat het niet onzorgvuldig kan worden gekwalificeerd als nacontrole achterwege blijft. Dat kan anders zijn indien het klachtenpatroon dat zich nadien blijft voordoen er op zou wijzen dat de gegeven behandeling mogelijk niet afdoende is geweest. Daarvan was volgens het College in het onderhavige geval, gelet op het klachtenpatroon, geen sprake nu deze klachten onvoldoende specifiek waren voor Lyme. Voorts heeft het College overwogen dat als een patient aanhoudend blijk geeft van ongerustheid vanwege een bepaald klachtenpatroon en deze het voorkomen van dat klachtenpatroon toeschrijft aan een bepaalde oorzaak, het onder omstandigheden wenselijk kan zijn dat de arts aan de wens van de patient om nacontrole middels een bloedtest tegemoet komt, teneinde duidelijkheid over de oorzaak te scheppen en onrust te verminderen. In het onderhavige geval is het, mede gelet op het klachtenpatroon en de opstelling van klaagster die uitsluitend in Duitsland getest wilde worden, niet onzorgvuldig geoordeeld dat aan de wens niet tegemoet is gekomen.