Zoekresultaten 12251-12260 van de 45259 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2020:130 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2020/050

    Klacht tegen huisarts in verband met voorschrijven pijnstilling in derde trimester zwangerschap, terwijl deze medicatie alsdan gecontraindiceerd is. Gegrond, geen maatregel

  • ECLI:NL:TDIVBC:2020:7 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2019/08

    Het Veterinair Beroepscollege volgt de dierenartsen in zoverre dat van een radioloog in zijn algemeenheid niet kan worden gevergd dat, indien hij een diagnose stelt die ingrijpende gevolgen heeft voor het betrokken dier, hij nader onderzoek dient te verrichten, dan wel daartoe dient te adviseren. Dit laat evenwel onverlet dat het Veterinair Tuchtcollege terecht heeft geoordeeld dat op basis van het deskundigenverslag in redelijkheid moet worden geconcludeerd dat op de CT‑beelden geen aanwijzingen te zien zijn voor een tumor van de n. ischiadicus. De dierenartsen betwisten dit deskundigenoordeel ook niet en erkennen dat zij tot een onjuiste diagnose zijn gekomen. Daarmee heeft het Veterinair Tuchtcollege de klachten terecht gegrond verklaard. Het beroep is ongegrond en zal worden verworpen

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2020:13 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2019/91

    Klacht tegen een specialist ouderengeneeskunde. Klacht deels gegrond omdat de beklaagde onzorgvuldig en verwijtbaar heeft gehandeld door eerder ingezet beleid ten aanzien van antistollingsmedicatie voort te zetten, zonder dit zelf zorgvuldig te (her)beoordelen, te bespreken met betrokkenen en vast te leggen in het medisch dossier van patiënte. Maatregel: waarschuwing.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:61 Accountantskamer Zwolle 20/907 Wtra AK

    Klager is een jeugdzorginstelling en moet jaarlijks een financiële productieverantwoording afleggen met daarbij een controleverklaring aan een aantal gemeenten. Klager heeft voor 2019 een opdracht aan betrokkene verstrekt. De opdracht is uitgevoerd met toepassing van het Algemeen Accountantsprotocol, de financiële productieverantwoording WMO en Jeugdwet 2018 (en 2019). De klacht gaat over onzorgvuldig factureren en niet willen minderen van de factuur. De klacht is ongegrond. Over declaraties kan (tuchtrechtelijk) slechts met succes worden geklaagd, indien de betrokken accountant bij het opstellen en indienen van de declaraties in strijd met de van hem te verlangen zorgvuldigheid, integriteit of professionaliteit heeft gehandeld. Uit wat klager heeft aangevoerd over het onzorgvuldig factureren door betrokkene blijkt niet dat betrokkene met het opstellen en indienen van de factuur deze norm heeft overtreden. Ook is met de wijze van specificeren de norm ‘dat van een accountant verwacht mag worden dat hij zijn facturen desgevraagd specificeert en aldus aan zijn opdrachtgever inzichtelijk maakt welke werkzaamheden hij heeft verricht en in rekening brengt’ niet door betrokkene overschreden. Niet tuchtrechtelijk verwijtbaar is dat betrokkene de kwestie niet in der minne heeft willen regelen. Het laatste woord over de declaratie is aan de Raad voor Geschillen of eventueel de burgerlijke rechter.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:176 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.252

    Klaagster verwijt de gz-psycholoog dat zij: 1. ten onrechte de diagnose Borderline heeft vastgesteld en een onjuist behandeladvies heeft gegeven, namelijk Vaardigheden emotie-regulatie stoornis (VERS) behandeling; 2. ten onrechte weigert de diagnose in te trekken; 3. door de onjuiste behandeling klaagsters klachten heeft verergerd; 4. klaagster fysieke en emotionele schade heeft berokkend door haar niet serieus te nemen. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart het eerste en het tweede klachtonderdeel kennelijk ongegrond en de klacht voor het overige kennelijk niet-ontvankelijk. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:177 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.297

    Klacht tegen gz-psycholoog. Verweerster is als regie-behandelaar betrokken bij de behandeling van de dochter van klager. Klager heeft verweerster per brief vertrouwelijk om een gesprek verzocht. Verweerster heeft dit verzoek met de dochter en haar moeder gedeeld. Klager verwijt verweerster dat zij hiermee haar beroepsgeheim heeft geschonden en dat zij een interventie heeft gepleegd ten aanzien van de dochter en haar gezinsrelaties. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing in eerste aanleg, verklaart het eerste klachtonderdeel alsnog geheel en het tweede klachtonderdeel gedeeltelijk gegrond, legt aan verweerster een waarschuwing op en gelast publicatie van de beslissing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:178 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2020.031

    Klacht tegen verpleegkundige. Klager is lange tijd onder behandeling geweest bij een expertisecentrum voor persoonlijkheidsproblematiek en heeft tegen een groot aantal behandelaren een klacht ingediend. Verweerster heeft in het kader van de behandeling gedurende circa drie maanden contact met klager gehad. Daarna heeft klager per e-mail het vertrouwen in verweerster opgezegd. Klager verwijt verweerster – kort gezegd – dat zijn vertrouwen in de gezondheidszorg kapot is gemaakt. Meer specifiek verwijt klager verweerster dat zij heeft gefraudeerd door, ook nadat de behandelrelatie door klager was opgezegd, in zijn dossier tijd te schrijven. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen en publicatie van beslissing gelast. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager en gelast publicatie van de beslissing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:179 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2020.032

    Klacht tegen verpleegkundige. Klager is lange tijd onder behandeling geweest bij een expertisecentrum voor persoonlijkheidsproblematiek en heeft tegen een groot aantal behandelaren een klacht ingediend. Verweerder heeft in het kader van de behandeling gedurende circa drie maanden contact met klager gehad. Daarna heeft klager het vertrouwen in verweerder opgezegd. Klager verwijt verweerder – kort gezegd – dat zijn vertrouwen in de gezondheidszorg kapot is gemaakt. Meer specifiek verwijt klager verweerder onder andere dat hij heeft gefraudeerd door, ook nadat klager de behandelrelatie had opgezegd, in zijn dossier tijd te schrijven. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen en publicatie van de beslissing gelast. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager en gelast de publicatie van de beslissing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:180 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2020.047

    Klacht tegen een huisarts. De klacht betreft de behandeling van de inmiddels door suïcide overleden echtgenoot van klaagster (patiënt). Patiënt was bij de huisarts onder behandeling voor huidklachten. De vorige huisarts heeft de diagnose actinische keratose gesteld. De beklaagde huisarts heeft (ook) Aldara crème voorgeschreven. Klaagster verwijt de huisarts in algemene zin dat patiënt en zij zich niet gehoord en gezien hebben gevoeld. Ten aanzien van de behandeling verwijt klaagster de huisarts 1. dat zij op meerdere momenten tijdens de behandeling medisch onzorgvuldig heeft gehandeld, 2. dat er geen ‘informed consent’ voor de behandeling met de crème Aldara was, 3. dat de huisarts onvoldoende dossier heeft gevoerd en 4. dat de huisarts na het overlijden van patiënt onzorgvuldig en nalatig heeft gehandeld in de nazorg. Het Regionaal Tuchtcollege verklaard de klachten ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:60 Accountantskamer Zwolle 20/155 Wtra AK

    Klacht over accountant die een rapportage heeft opgesteld ten behoeve van een gerechtelijke procedure. De Accountantskamer heeft al eerder geoordeeld over een andere rapportage van deze accountant. Omdat het hier gaat om een andere opdracht is geen sprake van een klacht over eenzelfde gedraging. Niet gebleken van misbruik van tuchtprocesrecht. Klacht gegrond nu accountant geen hoor en wederhoor heeft toegepast, niet alleen niet ten aanzien van klager, maar ook niet ten aanzien van de accountant over wiens rapport hij conclusies trekt. Ook wist betrokkene dat hij niet over alle documenten beschikte, of kon dat vermoeden. Klacht voor het overige ongegrond. Maatregel: waarschuwing.