Zoekresultaten 31351-31360 van de 45116 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2014:34 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2013/164T
- Datum publicatie: 08-04-2014
- Datum uitspraak: 08-04-2014
- ECLI:NL:TGZRAMS:2014:34
Klager verwijt de tandarts dat hij onzorgvuldig jegens hem heeft gehandeld door een verkeerde diagnose te stellen. De klacht heeft voorts betrekking op de informatieplicht van de tandarts en zijn wijze van declareren. Waarschuwing
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2014:42 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2013-096
- Datum publicatie: 08-04-2014
- Datum uitspraak: 08-04-2014
- ECLI:NL:TGZRSGR:2014:42
Het college heeft geen aanwijzingen voor het oordeel dat er aanleiding was om in aanvulling op de door de arts ontvangen informatie over de behandeling van klager persoonlijk uit te nodigen voor een onderzoek. Ingevolge de antwoorden van de verzekeringsarts (BMA-arts) is de conclusie gerechtvaardigd dat volgens de arts de medicatie met de verleende mantelzorg als alternatief kon gelden voor een geïndiceerde opname en tevens dat zonder (onder andere) die mantelzorg een medische noodsituatie zou ontstaan. In latere adviezen heeft de arts haar standpunt ter zake van mantelzorg gewijzigd en deze wijziging niet gemotiveerd, althans het wijzigen van haar conclusies onvoldoende inzichtelijk onderbouwd. Klacht gedeeltelijk gegrond. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2014:119 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.001
- Datum publicatie: 08-04-2014
- Datum uitspraak: 08-04-2014
- ECLI:NL:TGZCTG:2014:119
Klacht betreft het interne advies van een arts aan de beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar van twee huisartsen. Klagers in eerste aanleg niet-ontvankelijk verklaard. Uitspraak in beroep vernietigd: het gedrag van de arts kan aan de tweede tuchtrechtnorm van artikel 47 Wet BIG worden getoetst. Voor de beoordeling van de ontvankelijkheid is niet het moment van het gewraakte handelen doorslaggevend maar het momnet dat de ontvankelijkheid wordt beoordeeld. De rapportage van de verzekeringsarts wordt overigens getoetst aan de normen die in het algemeen aan een deskundigenrapportage worden gesteld. De rapportage doorstaat die toets zodat het beroep voor het overige wordt verworpen.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2014:43 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2013-294
- Datum publicatie: 08-04-2014
- Datum uitspraak: 08-04-2014
- ECLI:NL:TGZRSGR:2014:43
Het rapport van de verzekeringsarts (BMA-arts) bevat onjuistheden, c.q. slordigheden, die niet passen bij de te betrachten zorgvuldigheid, maar niet leiden tot de conclusie van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen door de arts. De arts had de psychotische klachten van klaagster afzonderlijk dienen te beoordelen naast PTSS. Daarnaast heeft de arts in het aanvullend advies ten onrechte geconcludeerd dat de nieuwe medische informatie dezelfde was als die ten grondslag lag aan het eerste advies. Een en ander had aanleiding moeten zijn om nader onderzoek te doen. De arts had voorts de psychiater moeten benaderen voor overleg of informatie over de mogelijkheden van alternatieve medicatie. De arts is tot slot niet gevraagd om meer recentere informatie bij de huisarts op te vragen, terwijl de arts geen aanleiding had om daartoe over te gaan of aan te nemen dat deze informatie aanwezig was. Klacht deels gerond. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2014:120 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.002
- Datum publicatie: 08-04-2014
- Datum uitspraak: 08-04-2014
- ECLI:NL:TGZCTG:2014:120
Klacht betreft het interne advies van een arts aan de beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar van twee huisartsen. Klagers in eerste aanleg niet-ontvankelijk verklaard. Uitspraak in beroep vernietigd: het gedrag van de arts kan aan de tweede tuchtrechtnorm van artikel 47 Wet BIG worden getoetst. Voor de beoordeling van de ontvankelijkheid is niet het moment van het gewraakte handelen doorslaggevend maar het momnet dat de ontvankelijkheid wordt beoordeeld. De rapportage van de arts wordt overigens getoetst aan de normen die in het algemeen aan een deskundigenrapportage worden gesteld. De rapportage doorstaat die toets zodat het beroep voor het overige wordt verworpen.
-
ECLI:NL:TACAKN:2014:29 Accountantskamer Zwolle 13/2146 Wtra AK
- Datum publicatie: 07-04-2014
- Datum uitspraak: 07-04-2014
- ECLI:NL:TACAKN:2014:29
Klager neemt als apotheker waar in de apotheek van de broer van betrokkene. Betrokkene heeft – al dan niet in vereniging met zijn broer – misbruik gemaakt van de afhankelijke positie waarin klager als waarnemer verkeerde, door klager de helft van de door hem ontvangen waarnemingsvergoeding te laten betalen aan de vennootschap van betrokkene en zijn broer, zulks als voorwaarde voor voortzetting van de waarneming. Aangenomen moet worden dat deze (carroussel)constructie strekte tot afroming van de geldstroom binnen de apotheek. Betrokkene heeft zich als bestuurder en (voormalig) aandeelhouder van die vennootschap daardoor laten leiden door eigenbelang, met alle nadelige gevolgen voor klager en de apotheek. Betrokkene heeft nadien die handelwijze toegedekt door zich te verschuilen achter de vennootschap en zijn broer. De ernst van de schending daardoor van de fundamentele beginselen van integriteit, objectiviteit en professioneel gedrag kan niet snel worden overschat. Volgt de maatregel van doorhaling, onder bepaling van de termijn dat betrokkene zich niet opnieuw kan inschrijven op 5 jaren.
-
ECLI:NL:TACAKN:2014:30 Accountantskamer Zwolle 13/2005 Wtra AK
- Datum publicatie: 07-04-2014
- Datum uitspraak: 07-04-2014
- ECLI:NL:TACAKN:2014:30
Klacht over het onjuist doen door betrokkene van een fiscale aangifte in privé. Anders dan klager gemotiveerd en niet onverdedigbaar betoogt, laten de overwegingen van het CBb in zijn uitspraak van 11 oktober 2012, zolang het CBb niet tot een ander oordeel komt, geen ruimte voor een stelling als zou de Accountantskamer na invoering van de Wab per 1 januari 2013 (alsnog) bevoegd zijn te oordelen over gedragingen van accountants in privé, die hebben plaatsgevonden in de periode van 1 mei 2009 tot 1 januari 2013, voor zover die het beroep raken. Volgt niet-ontvankelijkverklaring van de klacht.
-
ECLI:NL:TACAKN:2014:31 Accountantskamer Zwolle 13/1881 Wtra AK
- Datum publicatie: 07-04-2014
- Datum uitspraak: 07-04-2014
- ECLI:NL:TACAKN:2014:31
AA heeft aan cliënt (notariskantoor) wel voldoende duidelijk gemaakt dat zijn kantoor verantwoordelijk was voor het samenstellen van de jaarrekening van het notariskantoor en het afgeven van de verklaring bedoeld in artikel 112 Wet op het notarisambt (Wna), maar niet wat de reikwijdte was van de uitgevoerde beoordelingen (in de zin van NVCOS 2400) van haar jaarrekeningen over 2010 en 2011. De door de AA afgegeven verklaringen bedoeld in artikel 8 van de Administratieverordening (steunend op de Wna) over 2010 en 2011 voldoen niet aan de eisen die voor dergelijke verklaringen gelden. De eerste verklaring houdt in dat de administratie van het notariskantoor in 2010 in opzet voldeed aan de regels van de Administratieverordening, terwijl de AA in dat jaar geen zicht kon hebben op de inrichting van de administratie. De tweede verklaring houdt in dat de administratie op 1 januari 2012, zijnde een feestdag, voldeed aan de regels van de Administratieverordening. Bij het samenstellen van de jaarrekeningen over 2010 en 2011 heeft de AA gehandeld in strijd met het bepaalde in de paragrafen 13 en 14 van de NVCOS 4410 doordat hij een vordering in de jaarrekening heeft opgenomen zonder dat hij van het notariskantoor gegevens had ontvangen waaruit het bestaan en de hoogte van de vordering blijkt. Ten tijde van het afgeven van de verklaringen bedoeld in artikel 112 Wna beschikte de AA ook niet over de hiervoor bedoelde gegevens. Dat is in strijd met het bepaalde in NVCOS 2400. Berisping.
-
ECLI:NL:TACAKN:2014:32 Accountantskamer Zwolle 13/2343 Wtra AK
- Datum publicatie: 07-04-2014
- Datum uitspraak: 07-04-2014
- ECLI:NL:TACAKN:2014:32
Kantoorgenoot controleert de jaarrekening 2011 van vennootschap en geeft daar een goedkeurende verklaring af. Kort nadien wordt na een vijandig biedingsproces de vennootschap overgenomen en worden de bestuurders van de vennootschap vervangen. Uit het vervolgens uitgevoerde door een derde uitgevoerde due diligence onderzoek blijken aanwijzingen dat er in de jaarrekening 2011 geen rekening is gehouden met een bepaal scheepsbouwcontract. Betrokkene, die inmiddels zijn kantoorgenoot als extern accountant van de vennootschap was opgevolgd, stelt vervolgens een onderzoek in naar mogelijke onregelmatigheden bij de controle van de jaarrekening 2011; nadien controleert hij de herziene jaarrekening 2011 en geeft hij een goedkeurende verklaring af. De voormalige bestuurders van de vennootschap beklagen zich vergeefs over betrokkene. De enkele omstandigheid dat betrokkene bemoeienis heeft gehad bij de controle van de eerste jaarrekening 2011 als ‘quality review partner’ betekent al niet dat hij niet onafhankelijk was of niet objectief kon zijn. Betrokkene heeft voldoende maatregelen getroffen om eventuele bedreigingen voor zijn naleving van de fundamentele beginselen tot een aanvaardbaar niveau terug te brengen. Niet aannemelijk is geworden dat betrokkene in enigerlei opzicht onder druk is gezet door de vennootschap of haar moedervennootschap. Onjuist is het verwijt dat betrokkene zijn onderzoek met onvoldoende diepgang en op eenzijdige wijze heeft uitgevoerd en te weinig kritisch is geweest. Volgt ongegrondverklaring van alle onderdelen van de klacht.
-
ECLI:NL:TACAKN:2014:28 Accountantskamer Zwolle 13/2144 Wtra AK
- Datum publicatie: 07-04-2014
- Datum uitspraak: 07-04-2014
- ECLI:NL:TACAKN:2014:28
Klacht deels niet ontvankelijk wegens overschrijding van de driejaarstermijn en deels ongegrond. In het bijzonder is onaannemelijk geworden dat betrokkene kan worden verweten dat klager een schuur/werkplaats ten onrechte als fiscaal privévermogen heeft aangemerkt.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 3135
- Pagina: 3136
- Pagina: 3137
- ...
- Pagina: 4512
- Volgende pagina zoekresultaten