Zoekresultaten 34491-34500 van de 45231 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2013:28 Raad van Discipline Amsterdam 13-003NH

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Schenden geheimhoudingsbepaling tussen partijen uit hoofde van mediationovereenkomst. Uitganspunt is uitspraak van Hof van Discipline van 10 december 2012 (LJN YA4213). In bijzondere omstandigheden uitzonderingen mogelijk. Een noodtoestand dient niet louter subjectief te worden ervaren, maar moet ook objectief als zodanig kunnen worden aangemerkt. Beroep op de redelijkheid en billijkheid is ter beoordeling van de civiele rechter en kan eerst tuchtrechtelijk relevant zijn als het beroep daar wordt gehonoreerd. Advocaat dient wederpartij van voornemen van schenden geheimhoudingsbepaling op de hoogte te brengen en om overleg te vragen. Indien dat overleg niet tot een oplossing leidt, dient de deken ter bemiddeling te worden geraadpleegd. Volgt waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:30 Raad van Discipline Arnhem 13-06

    voorzittersbeslissing. Klacht van bestuurder van een failliet verklaarde stichting tegen de advocaat van de curator van die stichting. Klager heeft een kort geding aangespannen tegen de curator van de stichting, verweerder stond de curator bij. Klager heeft het kort geding verloren. Verweerder heeft de norm die geldt voor klachten tegen de advocaat van de wederpartij niet overtreden. Gronden verzet: de voorzitter heeft ten onrechte overwogen dat een advocaat mag afgaan op hetgeen zijn cliënt hem heeft meegedeeld zonder verplicht te zijn de juistheid daarvan te onderzoeken. Hij gaat ten onrechte uit van onwetendheid van verweerder; die had immers het dossier doorgenomen en was tot de conclusie gekomen dat bij de gang van zaken [in het faillissement] de nodige vraagtekens gesteld dienden te worden. De voorzitter had meer aan waarheidsvinding moeten doen en op essentiële items aanvullend bewijs moeten vragen. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:37 Raad van Discipline Arnhem 13-111

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen advocaat wederpartij. Het staat verweerder vrij op te treden. Gedragsregel 7 belet dat niet. Niet gebleken dat verweerder bewust onjuiste uitlatingen heeft gedaan. Klachten kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2013:5 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 12221

    Klager verwijt verweerster, bedrijfsarts, dat zij haar geheimhoudingsplicht heeft geschonden door mededelingen te doen aan de werkgever van klager zonder zijn toestemming en door zich niet te beroepen op haar verschoningsrecht. Klacht gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2013:29 Raad van Discipline Amsterdam 13-009A

    Klacht tegen eigen advocaat. Geschil over declaratie naar aanleiding van bespreking. Raad niet bevoegd om kennis te nemen over declaratiegeschillen. Raad oordeelt wel over de vraag of de advocaat de cliënt op de hoogte heeft gebracht van belangrijke (financiële) afspraken en belangrijke informatie schriftelijk aan de cliënt heeft bevestigd. Verweer van advocaat dat de bestreden werkzaamheden voortborduren op eerdere werkzaamheden zodat het niet nodig was klager over de kosten van de bespreking te infomeren, wordt verworpen omdat het klachtdossier überhaupt geen schriftelijke afspraken bevat over het honorarium. Nu vastlegging ontbreekt, neemt de raad als uitgangspunt dat tussen klager en verweerder geen afspraken zijn gemaakt over een eventueel in rekening te brengen honorarium voor de bespreking. Advocaat heeft aldus onvoldoende inzicht gegeven in de financiële consequenties van de bespreking. Volgt waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:69 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3967/12.101a

    Verzet. In het verzet zijn door klagers geen gronden aangevoerd anders dan een uitwerking en herhaling van de eerdere klacht. Dit leidt niet tot een ander oordeel dan de plaatsvervangend voorzitter heeft gegeven. Het verzet wordt ongegrond verklaard

  • ECLI:NL:TGDKG:2013:25 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW8.2013

    Klager beklaagt zich er samengevat over dat de gerechtsdeurwaarder niet op zijn voorstel tot afbetaling heeft gereageerd, hij meer dan het verschuldigde heeft voldaan en ten onrechte met extra kosten is belast. De gerechtsdeurwaarder heeft klager medegedeeld dat zijn opdrachtgever niet akkoord ging met het door klager gedane voorstel. Omdat een betalingsregeling slechts kan worden afgesloten met instemming van de schuldeiser, dient deze klacht ongegrond te worden verklaard. Niet is gebleken dat klager teveel heeft voldaan. De gerechtsdeurwaarder heeft klager gespecificeerd uitleg gegeven welke bedragen door klager aan de opdrachtgever dan wel aan de gerechtsdeurwaarder zijn voldaan. Klager heeft zijn zienswijze gegeven op dat overzicht. De gerechtsdeurwaarder heeft klager daarop verzocht betaalbewijzen over te leggen van de beweerdelijk door hem betaalde bedragen. Dat heeft klager niet gedaan. Dat klager ten onrechte met extra kosten is belast is evenmin gebleken. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2013:26 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet11.2013

    In de oorspronkelijke klacht verwijt klaagster de gerechtsdeurwaarder dat deze te lang heeft gewacht om haar aan te spreken om de vordering te voldoen en ten onrechte is overgegaan tot het leggen van bankbeslag. De voorzitter acht de klacht kennelijk ongegrond. In verzet voert klaagster aan dat haar postadres (een postbusnummer) bij de gerechtsdeurwaarder bekend was. De gerechtsdeurwaarder heeft met opzet gewacht met de betekening van het arrest zodat er extra kosten in rekening konden worden gebracht. De advocaat van klaagster heeft beloofd de proceskosten te betalen vanwege fouten die door hem zijn gemaakt. De gerechtsdeurwaarder had de advocaat tot betaling van de proceskosten moeten aanschrijven en niet klaagster. Exploten dienen op grond van de wet te worden betekend aan de woonplaats (woning). Betekening van exploten aan een postbusnummer is daarom niet mogelijk. Wat door klaagster is aangevoerd ten aanzien van het handelen van haar advocaat of de advocaat van de woningbouwvereniging kan in de onderhavige tuchtprocedure, die ziet op het handelen van de gerechtsdeurwaarder, geen rol spelen. Niet haar voormalige advocaat is in de proceskosten veroordeeld, maar klaagster zelf. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2013:27 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet47.2013

    In de oorspronkelijke klacht verwijt klager de gerechtsdeurwaarder dat hij onaangekondigd beslag heeft gelegd op zijn salaris. Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder voorts dat hij een te lage beslagvrije voet heeft vastgesteld. De voorzitter acht de klacht kennelijk ongegrond. Klager voert in verzet aan dat de rechtbank ten onrechte door klager gedane betalingen niet heeft meegewogen. De gerechtsdeurwaarder is voorts nalatig geweest om onderzoek te doen in de Gemeentelijke Basisadministratie. Klager blijft erbij dat de gerechtsdeurwaarder onterecht loonbeslag heeft gelegd. Nieuwe klachten kunnen niet voor het eerst in verzet naar voren worden gebracht. Wat door klager in verzet is aangevoerd omtrent niet meegenomen betalingen wordt daarom buiten beoordeling gelaten. Dat de gerechtsdeurwaarder nalatig is geweest om onderzoek te doen in de Gemeentelijke Basisadministratie wordt gemotiveerd weerlegd in het verweerschrift op de inleidende klacht en is ter zitting nogmaals weersproken. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:74 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4050/12.184

    Het betreft een verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad. In het verzet heeft klager gewezen op het feit dat zijn klacht mede het algemeen belang dient. De Raad heeft overwogen dat bij het beoordelen van de vraag of een klacht ontvankelijk is van belang is of klager rechtstreeks in zijn belang is geschaad. Bij de beoordeling van het verzet laat de raad buiten beschouwing datgene wat klager in het kader van het algemeen belang naar voren heeft gebracht. De voorzitter van de raad heeft bij voorzittersbeslissing geoordeeld dat klager ontvankelijk is in zijn klacht en heeft het door verweerder opgeworpen verweer van tijdsverloop verworpen. Bij de behandeling van het verzet beroept verweerder zich wederom op de niet-ontvankelijkheid van klager. De raad oordeelt dat in het verzet niet opnieuw beoordeeld zal worden of klager ontvankelijk is in zijn klacht. Uitgangspunt is dat klager, zoals de voorzitter geoordeeld heeft, ontvankelijk is in zijn klacht. De raad onderschrijft de beoordeling van de voorzitter. Hetgeen klager in zijn verzet heeft aangevoerd, is niet meer dan een uitwerking en herhaling van de eerdere klacht en dit leidt niet tot een ander oordeel dan de voorzitter heeft gegeven. Het verzet is ongegrond.