Zoekresultaten 19011-19020 van de 44770 resultaten
-
ECLI:NL:TADRSHE:2018:15 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-115/DB/ZWB
- Datum publicatie: 19-02-2018
- Datum uitspraak: 05-02-2018
- ECLI:NL:TADRSHE:2018:15
Klager sub 2 is vanwege het ontbreken van een eigen belang bij de klacht niet-ontvankelijk. Gehandeld in strijd met gedragsregel 27 lid 7 door zonder voorafgaand overleg met de deken ten laste van klager sub 1, zijnde een voormalig cliënt, conservatoir beslag te leggen. Niet gebleken van onjuistheden in beslagrekest waardoor beslagrechter op oneigenlijke gronden verlof heeft verleend. Klachtonderdelen 3 tot en met 6 zijn niet-ontvankelijk wegens overschrijding van de termijn ex artikel 46g lid 1 aanhef en sub a Advocatenwet. Deels niet-ontvankelijk, deels ongegrond, deels gegrond. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TAHVD:2018:25 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170271
- Datum publicatie: 19-02-2018
- Datum uitspraak: 05-02-2018
- ECLI:NL:TAHVD:2018:25
De klacht dat verweerster stukken heeft ingebracht in de echtscheidingsprocedure tussen klager en zijn (ex-)echtgenote, terwijl zij deze stukken van klager heeft gekregen in het kader van het eerder gevoerde kort geding tot ontruiming waarin zij klager als advocaat heeft bijstaan, is ook in hoger beroep ongegrond. Hetzelfde geldt voor de klacht dat verweerster dat zich onnodig grievend over klager heeft uitgelaten. Bekrachtiging
-
ECLI:NL:TAHVD:2018:19 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170136
- Datum publicatie: 19-02-2018
- Datum uitspraak: 05-02-2018
- ECLI:NL:TAHVD:2018:19
Tussenbeslissing. Klagers zijn niet-ontvankelijk in hun klacht dat verweerder een verborgen rekening claimt die een aantal niet traceerbare uren en dubieuze werkzaamheden bevat, aanzien het hof reeds over dit verwijt heeft geoordeeld (ne bis in idem), althans voor zover de klacht nieuwe aspecten bevat in vergelijking met de eerdere klacht de termijn van drie jaar van artikel 46g lid 1 sub a Advocatenwet is verstreken. De klacht dat verweerder niet duidelijk heeft gemaakt op basis van welke stukken de raad van toezicht de door hem verrichte werkzaamheden zou hebben goedgekeurd, is ongegrond nu verweerder niet kan worden verweten dat klagers niet op de hoogte waren van het ingediende begrotingsverzoek en zij door de raad van toezicht niet naar hun standpunt zijn gevraagd. Ten aanzien van de klacht dat verweerder meineed zou hebben gepleegd, overweegt het hof dat niet kan worden vastgesteld wat is gebeurd nu de verklaringen van klagers en verweerder tegenover elkaar staan. Het hof heeft de deken opdracht gegeven om nader onderzoek in te stellen. Het hof houdt iedere verdere beslissing aan.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2018:32 Raad van Discipline Amsterdam 17-893/A/A
- Datum publicatie: 16-02-2018
- Datum uitspraak: 30-01-2018
- ECLI:NL:TADRAMS:2018:32
Gedeeltelijk gegronde klacht over eigen advocaat. Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door de inboedellijst niet bij de rechtbank in te dienen en door niet te reageren op de klachtbrief van klager. Waarschuwing en kostenveroordeling.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2018:51 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.162
- Datum publicatie: 16-02-2018
- Datum uitspraak: 15-02-2018
- ECLI:NL:TGZCTG:2018:51
Klacht tegen anesthesioloog. Klager is onder algehele anesthesie geopereerd aan een aneurysma. Enkele dagen na de operatie ontstond een partiële dwarslaesie zonder aanwijzing van epidurale bloedingen. Klager verwijt verweerder dat er sprake was van onvoldoende informed consent, dat er afspraken niet zijn nagekomen, dat de epiduraal niet volgens de geldende standaard is geplaatst en dat verweerder na het optreden van de complicatie niet actief genoeg heeft opgetreden. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart het klachtonderdeel dat betrekking heeft op het informed consent gegrond en legt verweerder de maatregel van waarschuwing op. In beroep legt verweerder bewijs over waaruit blijkt dat er wel sprake was van informed consent. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing ten aanzien van het genoemde klachtonderdeel en wijst dit klachtonderdeel alsnog af.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2018:3 Kamer voor het notariaat Amsterdam 635653/NT 17-65
- Datum publicatie: 16-02-2018
- Datum uitspraak: 08-02-2018
- ECLI:NL:TNORAMS:2018:3
Klaagster verwijt de notaris dat hij niet enkele dagen na ontvangst van het depot-testament van 12 mei 2016 is overgegaan tot het ‘belehren’ van erflaatster door van haar een verklaring te verlangen dat zijzelf het stuk had geschreven en vervolgens een akte van bewaargeving op te maken waarmee het depot-testament voldeed aan de wettelijke vereisten. Verder heeft de notaris geen uitvoering heeft aan de herroeping door erflaatster, bij brief van 12 mei 2016, van de aan de neef van erflaatster gegeven volmacht, maar hem juist meegedeeld dat hij deze kon blijven gebruiken. De kamer acht aannemelijk en begrijpelijk, gelet op de hoeveelheid van de door de notaris van klaagster ontvangen brieven en de strekking daarvan, dat het de notaris niet is opgevallen dat de brief van 12 mei 2016 een holografisch testament van erflaatster bevatte, in welk geval een spoedige (re)actie noodzakelijk was. Dat de notaris pas reageerde na rappel van de broer van erflaatster bij brief van 5 juni 2016, is naar het oordeel van de kamer dan ook niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Nu de schriftelijke intrekking van de volmacht aan neef [R] bij dezelfde brief van 12 mei 2016 is gedaan, acht de kamer ook aannemelijk en begrijpelijk dat deze intrekking de notaris in eerste instantie niet is opgevallen. De notaris hoefde er echter niet zonder meer van uit te gaan dat erflaatster de volmacht daadwerkelijk wenste in te trekken, nu erflaatster hem in een bespreking op 4 april 2016 immers nog had bevestigd dat de volmacht onverkort moest doorlopen. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2018:46 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 209/2017
- Datum publicatie: 16-02-2018
- Datum uitspraak: 16-02-2018
- ECLI:NL:TGZRZWO:2018:46
Klager verblijft in een PI. Uitstel behandeling bult op de borst van klager ter hoogte van het sternum (lipoom) levert in dit geval geen tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen van verweerder op.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2018:33 Raad van Discipline Amsterdam 17-793/A/NH
- Datum publicatie: 16-02-2018
- Datum uitspraak: 30-01-2018
- ECLI:NL:TADRAMS:2018:33
Ongegrond verzet.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2018:52 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.165
- Datum publicatie: 16-02-2018
- Datum uitspraak: 15-02-2018
- ECLI:NL:TGZCTG:2018:52
Klacht tegen bedrijfsarts. De bedrijfsarts heeft klager op spreekuur gezien in het kader van advisering over de re-integratie van klager, mede naar aanleiding van een deskundigenoordeel van het UWV. De bedrijfsarts heeft nadien aan de werkgever gerapporteerd dat het gesprek dusdanig was verlopen dat zij niet in staat was advies te geven. Klager verwijt de bedrijfsarts onprofessioneel te hebben gehandeld door de LESA-richtlijnen niet te volgen, door klager te beschuldigen van seksuele intimidatie en door tijdens het spreekuur niet (duidelijk) aan de orde te stellen dat zij geen of een negatief advies zou geven. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht op alle onderdelen afgewezen, waarbij het college heeft overwogen dat het beter was geweest als de bedrijfsarts met klager had gecommuniceerd wat zij zou rapporteren en wat klager zou kunnen doen om alsnog een inhoudelijk advies mogelijk te maken, maar heeft het achterwege laten daarvan onvoldoende geacht om de bedrijfsarts een tuchtrechtelijk verwijt te maken. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2018:34 Raad van Discipline Amsterdam 17-627/A/NH
- Datum publicatie: 16-02-2018
- Datum uitspraak: 30-01-2018
- ECLI:NL:TADRAMS:2018:34
Deels gegrond verzet. Klachtonderdeel a) alsnog ongegrond.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1901
- Pagina: 1902
- Pagina: 1903
- ...
- Pagina: 4477
- Volgende pagina zoekresultaten