Zoekresultaten 16941-16950 van de 45111 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:3 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 095/2018

    Een van vier samenhangende klachten tegen twee longartsen en twee longchirurgen. Patiënt heeft een lobectomie ondergaan wegens verdenking van een maligne tumor, die achteraf benigne bleek te zijn (longontsteking). Klachten over onvoldoende dossiervoering, onvoldoende onderzoek, onzorgvuldig MDO, het missen van een ‘zwanenhals’ na de lobectomie. Dit betreft de klacht tegen de longarts die de behandeling van de eerste longarts heeft overgenomen en de casus op het MDO heeft geplaatst. Het enige klachtonderdeel dat doel treft betreft het feit dat de longarts een telefoongesprek met klager niet heeft genoteerd. Aangezien dit een belangrijk telefoongesprek was (doorgeven van de uitslag van het MDO) is dit verwijtbaar en wordt een waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:4 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 094/2018

    Een van vier samenhangende klachten tegen twee longartsen en twee longchirurgen. Patiënt heeft een lobectomie ondergaan wegens verdenking van een maligne tumor, die achteraf benigne bleek te zijn (longontsteking). Klachten over onvoldoende dossiervoering, onvoldoende onderzoek, onzorgvuldig MDO, het missen van een ‘zwanenhals’ na de lobectomie. Dit betreft de klacht tegen de longarts die het eerste onderzoek in gang heeft gezet. Het enige klachtonderdeel dat doel treft betreft het feit dat de longarts een telefoongesprek met klager niet heeft genoteerd. Aangezien dit onderdeel van onvoldoende gewicht is, wordt de klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:1 Raad van Discipline Amsterdam 18-912/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. Klager heeft, tegenover het gemotiveerde verweer van verweerder, onvoldoende onderbouwd dat verweerder degene is geweest die het gesprek met klager heeft opgenomen.

  • ECLI:NL:TACAKN:2019:1 Accountantskamer Zwolle 17/1149 Wtra AK

    Ambtshalve aanvulling van de klacht, behandeld door nieuwe samenstelling van de kamer. Dit klachtonderdeel wordt ongegrond verklaard. Klacht deels niet-ontvankelijk wegens overschrijding 3-jaarstermijn. Betrokkene en zijn echtgenote zijn minderheidsaandeelhouder in een bepaalde (dochter)vennootschap; betrokkene heeft ook de jaarrekening van deze vennootschap over meerdere jaren samengesteld. Betrokkene en zijn echtgenote hebben een civiele procedure tegen de (moeder)vennootschap ingesteld, die het overgrote deel in het aandelenkapitaal van de (dochter)vennootschap houdt en tevens bestuurster van de (dochter)vennootschap is; in deze procedure vorderen ze dat de moedervennootschap het aandelenbelang van betrokkene en zijn echtgenote overneemt. In die civiele procedure maken betrokkene en zijn echtgenote (voor eigen gewin) gebruik van documenten waarvan betrokkene als accountant van de (dochter)vennootschap kennis had. Hierdoor heeft betrokkene het fundamentele beginsel van vertrouwelijkheid en art. 21 VGBA geschonden.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:123 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/618881 / DW RK 16/1241

    De gerechtsdeurwaarder heeft een door klager verrichte betaling in een ander dossier afgeboekt en ten onrechte derdenbeslag gelegd. De vordering is niet duidelijk met klager gecommuniceerd. De gestelde bejegening kan niet worden vastgesteld. Klacht gedeeltelijk gegrond, maatregel van waarschuwing.

  • ECLI:NL:TACAKN:2019:2 Accountantskamer Zwolle 18/1126 Wtra AK

    Betrokkene heeft organogram van ondernemingsstructuur van een voormalige cliënt toegestuurd aan klager. Dit organogram was afkomstig van haar voormalige cliënt en maakte deel uit haar dossier. Wat erin staat over de verhouding tussen een groot aantal vennootschappen is geen informatie waarover eenieder door raadpleging van het handelsregister kan beschikken. Schending van het fundamentele beginsel van vertrouwelijkheid. Uit de tussen betrokkene en klager gewisselde e-mailberichten leidt de Accountantskamer af dat betrokkene wist dat klager het toegezonden organogram wenste te gebruiken in het kader van diens geschil met de voormalige cliënt van betrokkene. Waarschuwing

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:124 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/621417 / DW RK 16/1410

    Beslissing op verzet. Uit rechtsoverweging 4.1 van het arrest blijkt dat klager het bedrag waarvoor hij is veroordeeld reeds betaald heeft. Dit had naar het oordeel van de kamer aanleiding voor de gerechtsdeurwaarder moeten zijn om de titel terug te koppelen naar de opdrachtgever. Uit de overgelegde producties en het verhandelde ter zitting blijkt bovendien dat klager de gerechtsdeurwaarders op de inhoud van het arrest heeft gewezen en daarmee ook op de reeds verrichte betaling. Nu de gerechtsdeurwaarders de opdracht niet hebben teruggekoppeld aan de opdrachtgever en zich aan hun ministerieplicht hebben gehouden zonder de inhoud van het arrest met de opdrachtgever te overleggen, is in dit geval sprake van tuchtrechtelijk laakbaar handelen. Voor zover de opdrachtgever de executie na overleg toch had willen doorzetten was dit aanleiding voor de gerechtsdeurwaarders geweest om de weg van artikel 438 lid 4 Rv te volgen. Verzet gegrond, maatregel van waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:118 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/611211 / DW RK 16/693

    Gerechtsdeurwaarder sub 2 heeft ten onrechte bankbeslag gelegd. Gerechtsdeurwaarder sub 1 heeft het bankbeslag slechts overbetekend. De gestelde bejegening is niet onderbouwd. De klacht gericht tegen gerechtsdeurwaarder sub 1 is ongegrond. De klacht gericht tegen gerechtsdeurwaarder sub 2 is ten aanzien van het gelegde bankbeslag gegrond. Klacht is voor het overige ongegrond. Geen maatregel.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:125 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/634237 / DW RK 17/843

    Beslissing op verzet. Betekening heeft op juist wijze plaatsgevonden. Voor het overige richt de klacht zich tegen de executie. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:119 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/619825 / DW RK 16/1299

    Klager stelt dat er leugens in de dagvaarding staan. Hiervan is niet gebleken. Overige onderdelen betreffen civielrechtelijke onderdelen. Klacht ongegrond.