Zoekresultaten 31741-31750 van de 44810 resultaten
-
ECLI:NL:TADRARN:2013:223 Raad van Discipline Arnhem 13-135
- Datum publicatie: 13-02-2014
- Datum uitspraak: 16-12-2013
- ECLI:NL:TADRARN:2013:223
Klager verwijt verweerder onder meer doof te zijn voor herhaaldelijk aandringen op voortgang in de zaak, afspraken niet na te komen en niet adequaat en krachtig op te treden. De zaak is in november 2010 in behandeling gegeven en per datum indiening van de klacht op 27 juni 2012 (na 20 maanden) was er nog altijd geen dagvaarding uitgebracht, hoewel klager daar van meet af aan op aandrong en het hier geen bovenmatig ingewikkelde zaak betrof. De zaak werd behandeld door een stagiaire van verweerder, die klager toezeggingen heeft gedaan over het moment waarop de dagvaarding zou worden uitgebracht, althans over de voortgang van de zaak. Verweerder kende de problemen die klager met het optreden van zijn stagiaire had en dat vergrootte zijn verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat de zaak na het terugkrijgen van de opdracht met voortvarendheid werd opgepakt. De raad van oordeel dat verweerder niet met de vereiste voortvarendheid aan de zaak van klager heeft gewerkt. Dat verwijt treft hem zowel ten opzichte van de voortgang die klager in het algemeen mocht verwachten, als ook ten opzichte van de voortgang die hij op grond van de toezeggingen van stagiaire en verweerder mocht verwachten. De raad is aldus van oordeel dat verweerder door onvoldoende toezicht te houden op zijn stagiaire en hem bij zijn werkzaamheden onvoldoende te begeleiden en deze zo nodig als behandelaar niet zelf te verrichten niet heeft gehandeld zoals een behoorlijk advocaat betaamt. Deze klachtonderdelen beoordeelt de raad gegrond.
-
ECLI:NL:TADRARN:2013:217 Raad van Discipline Arnhem 13-281
- Datum publicatie: 13-02-2014
- Datum uitspraak: 16-12-2013
- ECLI:NL:TADRARN:2013:217
Klachten over de wijze waarop verweerder de hoger beroepszaak van klager heeft aangepakt. Kennelijk ongegrond, omdat verweerder er geen misverstand over heeft laten bestaan dat hij de zaak van klager in appel slechts wilde behandelen indien klager uitdrukkelijk en schriftelijk zou instemmen met de door verweerder geadviseerde strategie. Dat het verweerders goed recht was voor deze opstelling te kiezen komt voort uit de beleidsvrijheid die de advocaat heeft. Wanneer klager niet (langer) achter de eerder geaccordeerde strategie stond, had hij de bijstand door verweerder eigener beweging dienen te beëindigen.
-
ECLI:NL:TVVTPVV:2014:3 Tuchtgerecht Productschap Vee en Vlees Zoetermeer TPVV0214
- Datum publicatie: 13-02-2014
- Datum uitspraak: 05-02-2014
- ECLI:NL:TVVTPVV:2014:3
Op het bedrijf zijn 2 maal geen of te weinig bloedmonsters onderzocht op vesiculaire varkensziekte(SVD) en ziekte van Aujeszky (ZvA), in de perioden 1 en 2 van 2013. Twee partijen zijn gedaagd. Het Tuchtgerecht bepaalde al eerder dat dat de Verordeningen zich weliswaar richten op de UBN-houder, maar dat ook de feitelijke houder ofwel de exploitant onder het bereik van een verordening kan vallen. In het onderhavige geval heeft betrokkene 2 aangegeven dat hij een varkenshouderijbedrijf heeft uitgeoefend op een locatie die op naam van betrokkene 1 geregistreerd is. Gelet op de verklaringen van betrokkenen heeft het Tuchtgerecht uitsluitend de zaak tegen de exploitant, in casu betrokkene 2, inhoudelijk behandeld. Er wordt een geldboete opgelegd, deels voorwaardelijk.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2014:57 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.011
- Datum publicatie: 13-02-2014
- Datum uitspraak: 13-02-2014
- ECLI:NL:TGZCTG:2014:57
Bij de dochter van klaagster was vanaf haar veertiende jaar sprake van anorexia- en persoonlijkheidsproblematiek. Zij is overleden ten gevolge van suïcide. Onder meer de gz-psycholoog heeft haar behandeld. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt dat de gz-psycholoog haar behandelrelatie met de dochter onprofessioneel en onethisch heeft vormgegeven, haar ontijdig heeft verwezen en de behandelrelatie uiterst onzorgvuldig in een persoonlijke relatie heeft laten overgaan waarbij verweerster de professionele normen ernstig heeft overschreden. De maatregel van schorsing van een jaar wordt opgelegd. In hoger beroep neemt het Centraal Tuchtcollege de inhoudelijke overwegingen en de beoordeling over maar vernietigt de beslissing voor wat betreft de opgelegde maatregel. De gz-psycholoog wordt de maatregel van doorhaling opgelegd.
-
ECLI:NL:TADRARN:2013:224 Raad van Discipline Arnhem 13-147
- Datum publicatie: 13-02-2014
- Datum uitspraak: 02-12-2013
- ECLI:NL:TADRARN:2013:224
Klaagster verwijt verweerster onder meer voor haar geen toevoeging te hebben aangevraagd. Verweerster heeft gemotiveerd aangegeven dat en waarom zij niet bereid was om op basis van een toevoeging de zaak voor klaagster te behandelen, dat zij daarover tegenover klaagster duidelijk is geweest en dat de afspraak dat zij betalend zou optreden door verweerster is vastgelegd. Tussen partijen staat vast dat klaagster niet tegen de opdrachtbevestiging heeft geprotesteerd en ook niet tegen de later verzonden declaratie en deze heeft voldaan. Kennelijk was klaagster op dat moment van mening dat deze declaratie terecht was. Ook heeft klaagster ter zitting nog eens erkend, dat zij bij aanvang van de rechtsbijstand aan verweerster heeft aangegeven dat partijen over een aanzienlijk vermogen beschikten, waaronder aandelen, auto’s, een woning, polissen en voorts is door klaagster ter zitting niet bestreden dat er ook nog vermogen was, dat niet in de aangifte inkomstenbelasting was vermeld. Op een advocaat rust een zware verplichting om met zijn cliënt duidelijke afspraken te maken over de financiële basis waarop de werkzaamheden worden verricht en de cliënt te informeren over de mogelijkheid van een toevoeging. Een advocaat is echter vrij om een zaak al dan niet op basis van een toevoeging te behandelen en verweerster heeft daarover volstrekte helderheid aan klaagster verschaft. Gaat een cliënt met behandeling op betalende basis akkoord dan is een cliënt net als bij willekeurig welke andere aan de gemaakte afspraak gebonden. In de wijze waarop verweerster met deze materie is omgesprongen ziet de raad, mede in het licht van de vermogensbestanddelen die er waren volgens de eigen opgave van klaagster, geen tuchtrechtelijk verwijt. Klachtonderdeel is derhalve ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARN:2013:218 Raad van Discipline Arnhem 13-283
- Datum publicatie: 13-02-2014
- Datum uitspraak: 16-12-2013
- ECLI:NL:TADRARN:2013:218
Er bestaat geen rechtsplicht voor de advocaat om een ieder die daar om verzoekt rechtsbijstand te verlenen. In casu heeft verweerder klager weliswaar gezegd vrijblijvend naar zijn zaak te zullen kijken, maar dat brengt nog geen verplichting tot het aannemen van de zaak met zich. Het stond verweerder naar het oordeel van de voorzitter vrij om de zaak van klager niet aan te nemen en om hem te vragen het dossier op te halen.
-
ECLI:NL:TVVTPVV:2014:4 Tuchtgerecht Productschap Vee en Vlees Zoetermeer TPVV0414
- Datum publicatie: 13-02-2014
- Datum uitspraak: 05-02-2014
- ECLI:NL:TVVTPVV:2014:4
Betreft het niet of onvoldoende bloedmonsters genomen en onderzocht ter controle op de aanwezigheid van de vesiculaire varkensziekte (SVD) en op de aanwezigheid van de Ziekte van Aujeszky (ZvA), in de periode 1 januari 2013 tot en met 30 april 2013. Als verweer is onder meer aangevoerd dat een medewerker de brief al had opgeruimd zonder dat betrokkene die had gezien. Het Tuchtgerecht gaat ervan uit dat er – zoals tevens aangevoerd – geen opzet in het spel was, maar oordeelt dat betrokkene desondanks verantwoordelijk is voor de gang van zaken op zijn bedrijf. Er wordt een geldboete van € 1.000 opgelegd, deels voorwaardelijk.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2014:58 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.174
- Datum publicatie: 13-02-2014
- Datum uitspraak: 13-02-2014
- ECLI:NL:TGZCTG:2014:58
Klacht tegen ambulant behandelend arts over de behandeling van klager. Het Regionaal Tuchtcollege heeft geen aanwijzingen dat de arts ten aanzien van de aan klager verleende zorg op enige wijze tekort is geschoten. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TADRARN:2013:219 Raad van Discipline Arnhem 13-287
- Datum publicatie: 13-02-2014
- Datum uitspraak: 06-12-2013
- ECLI:NL:TADRARN:2013:219
Voorzittersbeslissing. Verweerder adviseerde klaagster hoger beroep niet door te zetten en heeft zich teruggetrokken omdat hij de zaak kansloos achtte. Hij kwam tot dat oordeel o.a. na contact met de vorige advocaat van klaagster. Verweerder heeft zich niet ontijdig teruggetrokken. Klaagster stelt dat verweerder buiten haar medeweten geen contact had mogen opnemen met de advocaat die haar in het kader van de eerste aanleg had bijgestaan. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2014:59 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.173
- Datum publicatie: 13-02-2014
- Datum uitspraak: 13-02-2014
- ECLI:NL:TGZCTG:2014:59
Klacht tegen ambulant verpleegkundig begeleider over de behandeling van klager. Het Regionaal Tuchtcollege heeft geen aanwijzingen dat de verpleegkundige ten aanzien van de aan klager verleende zorg op enige wijze tekort is geschoten. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 3174
- Pagina: 3175
- Pagina: 3176
- ...
- Pagina: 4481
- Volgende pagina zoekresultaten