Zoekresultaten 25321-25330 van de 25549 resultaten
-
ECLI:NL:TNOKALM:2004:YC0270 Kamer van toezicht Almelo 06 02 Wna
- Datum publicatie: 13-08-2009
- Datum uitspraak: 17-02-2004
- ECLI:NL:TNOKALM:2004:YC0270
De notaris heeft juist gehandeld door mee te werken aan de veiling van het registergoed. Adverteren in twee dagbladen was geen onjuiste keuze. De in rekening gebrachte kosten zijn niet zodanig dat de notaris daartoe in redelijkheid niet kon komen. De notaris had een exploot moeten uitreiken en wel vóór het plaatsen van de advertentie. De onroerend zaak belasting is geen zakelijke schuld , maar een persoonlijke schuld. Ten onrechte verrekening met opbrengst van de veiling.
-
ECLI:NL:TNOKARN:2009:YC0266 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2009/910
- Datum publicatie: 11-08-2009
- Datum uitspraak: 24-07-2009
- ECLI:NL:TNOKARN:2009:YC0266
De notaris(sen) wordt in de eerste plaats verweten bij het opstellen van een akte van levering en hypotheekverlening onzorgvuldig te zijn geweest door daarin onduidelijkheid te laten bestaan over de rangorde van de hypotheek en het onderpand waarop die is gevestigd. De notarissen erkennen dat een fout is gemaakt. De kamer is in dit geval van oordeel dat de fout tijdig is hersteld, zodat de notaris niet klachtwaardig heeft gehandeld. In de tweede plaats wordt de notaris(sen) verweten ten behoeve van derden een hypotheekakte te hebben gepasseerd, waardoor klaagster kan worden benadeeld. Die klacht is gegrond. Gelet op de betrokkenheid van het kantoor van de notaris bij alle rechtshandelingen die aan de vestiging van de hypotheek voorafgingen, had de notaris zich de belangen van klaagster in die mate moeten aantrekken dat hij vragen naar de bekendheid van klaagster met de hypotheekvestiging had moeten stellen. Aan de notaris wordt de maatregel van waarschuwing opgelegd. In de derde plaats wordt de notarissen het verwijt gemaakt dat zij niet tijdig hebben gereageerd op het e-mailbericht van klaagster. De kamer overweegt dat de beantwoording voortvarender had gekund, maar niet zo lang heeft geduurd dat er klachtwaardig is gehandeld.
-
ECLI:NL:TNOKARN:2009:YC0267 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2008/896
- Datum publicatie: 11-08-2009
- Datum uitspraak: 14-07-2009
- ECLI:NL:TNOKARN:2009:YC0267
Investering in hardhout. Notarissen hebben participatieovereenkomsten vastgelegd in notariële akten. Ontvankelijkheid van klagers. Tussenbeslissing.
-
ECLI:NL:TNOKBRE:2005:YC0260 Kamer van toezicht Breda Kl 12/2005
- Datum publicatie: 05-08-2009
- Datum uitspraak: 23-11-2005
- ECLI:NL:TNOKBRE:2005:YC0260
Nog afgezien dat de notaris het ook veelal niet in zijn macht heeft die tekortkomingen of gebreken op te heffen en evenmin een tijdige ontvangst van de hypotheekstukken af te dwingen, blijft het naar het oordeel van de kamer tot de verantwoordelijkheid van degene die ten behoeve van de koop van een onroerende zaak een hypothecaire financiering wenst, er voor te zorgen dat de bank beschikt over de daarvoor vereiste stukken en, voor zover de bank daarover reeds mocht beschikken, dat door de bank de voor het vestigen van het hypotheekrecht noodzakelijke stukken tijdig aan de notaris worden toegezonden. In dat licht bezien heeft de notaris datgene gedaan wat van hem verwacht mocht worden, namelijk het signaleren zowel naar klager toe, als naar de betreffende bank, dat hij niet kon beschikken over de voor de levering benodigde hypotheekstukken en er vervolgens op aandringen dat deze stukken alsnog tijdig aan hem zouden worden toegezonden.
-
ECLI:NL:TNOKBRE:2006:YC0264 Kamer van toezicht Breda Kl 20/2005
- Datum publicatie: 05-08-2009
- Datum uitspraak: 21-06-2006
- ECLI:NL:TNOKBRE:2006:YC0264
Met dit laatste standpunt erkent de notaris het door klagers verweten verzuim dat hij, althans zijn met de voorbereiding van het transport belaste medewerkers, hen niet, dan wel niet tijdig op de hoogte heeft/hebben gesteld van de omstandigheid dat door de kopers niet was voldaan aan hun verplichting tot het verstrekken van een bankgarantie cq. het storten van een waarborgsom. De verplichting van de notaris om klagers hiervan tijdig op de hoogte stellen vloeit niet alleen voort uit zijn taak van een met de levering van een registergoed belaste notaris, maar in de concrete situatie tevens uit de brief van de notaris van 8 februari 2005 aan de makelaar van klagers, waarin hij expliciet meedeelt hem tijdig te zullen informeren met betrekking tot de door kopers te storten waarborgsom. Dat dit verzuim volgens de notaris moet worden toegeschreven aan een of meerdere van zijn medemerkers, disculpeert de notaris niet. Naar de notaris zelf aanvoert is hij immers hiervoor (tuchtrechtelijk) verantwoordelijk. Met deze tekortkoming in zijn informatieplicht heeft de notaris dan ook jegens klagers onzorgvuldig en in strijd met hetgeen het ambt betaamt gehandeld en de klacht is dan ook in zoverre gegrond.
-
ECLI:NL:TNOKBRE:2005:YC0259 Kamer van toezicht Breda Kl 10/2005
- Datum publicatie: 05-08-2009
- Datum uitspraak: 25-11-2005
- ECLI:NL:TNOKBRE:2005:YC0259
Met de notaris en kandidaat-notaris moet echter worden vastgesteld dat klager geen partij is geweest bij die akte. Evenmin is klager daarbij, direct noch indirect, betrokken geweest. Naar heersende rechtsopvatting kan alleen degene die zodanig bij het in een klacht gewraakte doen en/of laten van een (kandidaat-)notaris is betrokken, als belanghebbende bij een oordeel over die klacht worden aangemerkt en in die klacht worden ontvangen. Hiervan is ten aanzien van klager in de gegeven situatie geen sprake, zodat dit tot zijn niet-ontvankelijkheid in zijn klacht moet leiden. Dit zelfde lot treft naar het oordeel van kamer ook klaagster.
-
ECLI:NL:TNOKBRE:2007:YC0232 Kamer van toezicht Breda Kl 6/2007
- Datum publicatie: 30-07-2009
- Datum uitspraak: 26-11-2007
- ECLI:NL:TNOKBRE:2007:YC0232
De kamer kan thans niet vaststellen of cliënte, zoals klager stelt, ten tijde van het verlijden van de akte wel of niet leed aan de ziekte van Alzheimer. Een medische verklaring met die inhoud is niet overgelegd. Dat in mei 2006, enkele maanden daarna een verpleeghuisarts heeft verklaard dat cliënte toen daaraan leed vormt wel een indicatie maar geeft onvoldoende uitsluitsel. Onvoldoende weersproken, en daardoor aannemelijk, is dat de GGZ in 2005 aan de familieleden, kinderen, heeft meegedeeld dat dit zo zou zijn. Dit vestigt, in onderling verband het ernstige vermoeden dat cliënte inderdaad op 9 februari 2006 aan Alzheimer leed Naar het oordeel van de kamer is in dit kader niet van belang of dit ernstige vermoeden in deze tuchtprocedure al of niet kan worden omgezet in een vaststaand feit. De notaris behoorde op basis van de hem kenbare feiten en omstandigheden meer onderzoek te verrichten teneinde tegenover iedereen, toen en later, het vertrouwen in het zorgvuldig handelen van het notariaat te handhaven
-
ECLI:NL:TNOKBRE:2007:YC0243 Kamer van toezicht Breda Kl 7/2006
- Datum publicatie: 30-07-2009
- Datum uitspraak: 12-02-2007
- ECLI:NL:TNOKBRE:2007:YC0243
Op grond van de hiervoor genoemde correspondentie moet worden vastgesteld, dat de notaris eerst in zijn ter zake van de klacht ingediende verweerschrift voldoende uitleg heeft verstrekt over het niet betaald zijn van de nalatenschapschulden.Anders dan hij meent kan uit de door klager destijds ontvangen afrekening niet zonder meer worden afgeleid dat die schulden niet op het aan klager en zijn zuster uit te keren boedelsaldo door de notaris in mindering waren gebracht. Dat daarover bij klager, zeker nadat de betreffende schuldeisers bij hem alsnog op betaling aandrongen, onduidelijk bestond, is dan ook begrijpelijk.
-
ECLI:NL:TNOKBRE:2006:YC0246 Kamer van toezicht Breda Kl 6/2006
- Datum publicatie: 30-07-2009
- Datum uitspraak: 18-07-2006
- ECLI:NL:TNOKBRE:2006:YC0246
Onbetwist staat vast dat met de levering van [naam] aan zijn zoon van aanvankelijk een deel van de schuur van het ouderlijk huis en later van het ouderlijk huis zelf, en vervolgens met de doorlevering daarvan door die zoon op dezelfde dagen en tegen dezelfde prijs aan derden, niet zijnde afstammelingen van [naam], niet anders is beoogd dan met die constructie het in de akte van 1961 opgenomen boetebeding te omzeilen. Ter gelegenheid van de mondelinge behandeling heeft de notaris ook verklaard dat het de vooropgezette bedoeling was van [naam] om aan derden te kunnen leveren zonder daarbij de boete ingevolge het boetebeding verschuldigd te worden en dat hij -de notaris- [naam] in dat kader heeft geadviseerd om tot deze constructie over te gaan. De kamer is van oordeel dat de notaris daarbij is uitgegaan van een lezing van het geciteerde beding uit de akte van 1961 die een redelijk bekwaam notaris niet kon volgen.
-
ECLI:NL:TNOKBRE:2007:YC0233 Kamer van toezicht Breda Kl 7/2007
- Datum publicatie: 30-07-2009
- Datum uitspraak: 29-11-2007
- ECLI:NL:TNOKBRE:2007:YC0233
Ontijdige en onvolledige indiening jaarstukken
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 2532
- Pagina: 2533
- Pagina: 2534
- ...
- Pagina: 2555
- Volgende pagina zoekresultaten