Zoekresultaten 25251-25260 van de 44989 resultaten

  • ECLI:NL:TGDKG:2015:235 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW45.2015

    Proces-verbaal van constatering van een gehouden telefoongesprek. Gelet op de tekst van en de memorie van toelichting op artikel 20 lid 3 onder e van de Gerechtsdeurwaarderwet is in dit geval geen sprake van het vastleggen van een door de gerechtsdeurwaarder zelf waargenomen feit van materiële aard. Het betrof hier een telefoongesprek tussen de gerechtsdeurwaarder en klaagster, waarbij de gerechtsdeurwaarder zich heeft voorgedaan als iemand die voor haar 80-jarige moeder op zoek was naar thuiszorg. Bij het opmaken van een proces-verbaal van constatering wordt de gerechtsdeurwaarder geacht een objectieve waarnemer van een door hemzelf waargenomen feit van materiele aard te zijn. Bij een telefoongesprek is de gerechtsdeurwaarder geen waarnemer maar een deelnemer aan het gesprek die zich bovendien heeft voorgedaan als een ander. Klacht gegrond, maatregel van berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TGDKG:2015:216 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW249.2015

    Opheffen beslag na voldoen vordering. De gerechtsdeurwaarder heeft erkend dat terwijl de vordering op klaagster was voldaan het beslag niet is opgeheven waardoor uit hoofde van het beslag nog inhoudingen zijn ontvangen. Toen de vordering van klaagster was voldaan had de gerechtsdeurwaarder het beslag op moeten heffen. De gerechtsdeurwaarder heeft dat niet gedaan en heeft zonder instemming van klaagster de ingehouden bedragen aangewend ter delging van de schulden van haar partner. De Kamer acht het onjuist dat de gerechtsdeurwaarder, die ten onrechte gelden heeft geïncasseerd, voor restitutie van die gelden verwijst naar collega-gerechtsdeurwaarders dan wel de beslagleggers. Het is de verantwoordelijkheid van d gerechtsdeurwaarder zelf om die restitutie te bewerkstelligen. Bovendien acht de Kamer het onjuist dat de gerechtsdeurwaarder de zaak van haar partner gebruikt bij de aan klaagster voorgelegde opties. Klacht gegrond, maatregel van berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2016:38 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 15-673/DB/ZWB

    Geen advocaat/cliënt relatie tussen advocaat en vader van zijn cliënte. Geen eigen belang bij klacht. Klacht kennelijk niet-ontvankelijk

  • ECLI:NL:TGDKG:2015:229 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW168.2015

    Miscommunicatie waardoor klagers negen maanden na finale kwijting later nog met een vordering werden geconfronteerd. Oorzaak: gebrekkige miscommunicatie tussen medewerkers van twee kantoren waarbij informatie niet werd gedeeld. Hierdoor is de situatie is ontstaan waarbij klagers, nadat een van de dossiers door finale kwijting was gesloten, nog werden geconfronteerd met een vordering die bij het andere kantoor in behandeling was. Klacht gegrond geen maatregel opgelegd

  • ECLI:NL:TADRAMS:2016:16 Raad van Discipline Amsterdam 15-199/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen eigen advocaat. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2016:17 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 150008

    Advocaat had niet zonder meer mogen vertrouwen op een brief van de griffier en een administratieve aantekening op de rolkaart. Hiermee heeft hij het risico laten bestaan dat het door hem als tweede dagvaarding ingediende stuk niet toereikend zou zijn als herstelexploot en zo zijn cliënt het risico laten lopen van het vervallen van zijn beslag.

  • ECLI:NL:TGDKG:2015:210 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet654.2015

    Beslissing op verzet. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2015:223 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet810.2015

    Beslissing op verzet. Het verzet is ingediend buiten de daarvoor geldende termijn. het verzet wordt niet-ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2015:236 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet905.2015

    Beslissing op verzet. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2015:217 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW237.2015

    Tenuitvoerlegging echtscheidingsbeschikking met convenant. De Kamer is van oordeel dat de gerechtsdeurwaarder reeds bij marginale toetsing had moeten blijken dat de door de ex-echtgenoot van klaagster aan hem ter executie aangeboden echtscheidingsbeschikking geen titel vormt tot het geven van een bevel ontruiming van de voormalige echtelijke woning. Door zonder meer aan deze opdracht gevolg te geven heeft de gerechtsdeurwaarder tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld. Klacht gegrond, maatregel van berisping opgelegd.