Zoekresultaten 25181-25190 van de 45005 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2016:11 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2014-316a

    Klacht tegen een psychiater. Op basis van hetzelfde onderzoek twee verschillende rapporten opgesteld, waarin de conclusies – kennelijk op verzoek van het CBR op basis van gegevens van bijna 18 jaar eerder – in essentie afwijkend zijn. Gegrond: De enige wijziging in de onderzoeksbevindingen sinds het eerste rapport betrof de EMA-cursus uit 1997 en het alcoholmisbruik uit 1996. Onder deze omstandigheden had van de arts een grondige en consistente onderbouwing van zijn gewijzigde conclusies gevergd mogen worden. Ook had vermeld moeten worden dat sprake was van een heroverweging op basis van nieuwe gegevens, en/of althans dat er sprake was van het inzichtelijker maken van het rapport. De arts heeft voorts op onjuiste medische gronden, anders dan in het eerste rapport, zonder deugdelijke toelichting verregaande (negatieve) conclusies verbonden aan de hoogte van het gemeten CDT. Berisping.

  • ECLI:NL:TAHVD:2015:322 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 150010

    Dat klager van de hoed en de rand wist en zelf voor een bepaalde strategie in zijn procedure koos, neemt niet weg dat van verweerder als zorgvuldig advocaat had mogen worden verwacht dat hij een en ander schriftelijk had vastgelegd in een opdrachtbevestiging of ander schriftelijk stuk, juist om achteraf discussies over de inhoud van de opdracht en de nadien gevolgde strategie te voorkomen. Verweerder had klager bovendien uitdrukkelijk dienen te wijzen op de risico’s die verbonden waren aan die strategie. Bovendien past het een advocaat niet om een cliënt die een klacht wil indienen, te dreigen met hogere te factureren bedragen en een aansprakelijkstelling voor alle kosten gemaakt in de klachtprocedure. Voorwaardelijke schorsing voor de duur van één maand.

  • ECLI:NL:TAHVD:2015:316 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 7536

    Schrapping. Advocaat heeft volstrekt onvoldoende de belangen behartigd van zijn cliënten en daarbij de cliënten niet op de hoogte gehouden van de aanpak van de zaak en de voortgang van de werkzaamheden. Bovendien zijn er ook klachten van klagers in een drietal andere zaken. Verweerder heeft zich via websites geprofileerd als de specialist op WIA en PGB gebied. Hij is zaken blijven aannemen, terwijl zijn praktijk hem boven het hoofd is gegroeid, waardoor hij veel cliënten die zich, gelet op de aard van de problematiek, in een kwetsbare positie bevonden, schade heeft toegebracht door stappen te zetten of na te laten die voor deze cliënten grote en vaak onherroepelijke gevolgen hebben gehad.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2016:12 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2014-318

    Klacht tegen een bedrijfsarts. Klager voor 100% goedgekeurd zonder aandacht voor of informatie te hebben ingewonnen over de medische toestand van klager. Ongegrond: De arts heeft aandacht aan de klachten besteed en met klager gesproken over de ernst van de klachten en de (on)mogelijkheid tot werken hierdoor. Op grond van het gesprek mocht de arts concluderen dat klager op korte termijn aan het werk kon en wilde. Niet aangetoond dat de arts nog meer of andere informatie heeft geweigerd. Geen reden om te veronderstellen dat de arts rekening had moeten houden met een mogelijk psychisch probleem van klager dat aan werkhervatting in de weg zou staan. Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2016:12 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1573

    Niet medisch noodzakelijke ingreep. Na bedenktijd instemming met wegsnijden van ulcus en verwijderen van frenulumrest. Uroloog heeft niet meer geopereerd dan afgesproken. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2016:13 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1584

    Niet onderbouwde adviesrapportage gz-psycholoog schiet op alle criteria van het CTG tekort. Kind niet onderzocht of behandeld. Wel aangeduid als cliënt. Ontbreken naam opdrachtgever waardoor misleidend. Mede gezagsdragende moeder niet op de hoogte van rapport. Hoogst ernstige inbreuk privacy door noemen van detentie. Schorsing van een maand en publicatie.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2016:15 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 106/2015

    Klacht tegen tandarts gegrond. Verweerder heeft onvoldoende dossier gevoerd, waardoor onder meer verwarring is ontstaan over de vraag welk spoelmiddel is toegepast bij een wortelkanaalbehandeling. Maatregel: waarschuwing. De klacht dat de wortelkanaalbehandeling onzorgvuldig is uitgevoerd is ongegrond. Omdat de wijze waarop de behandeling is uitgevoerd in Nederland niet gebruikelijk is, is verweerster geadviseerd bijscholing te volgen en haar praktijkvoering aan te passen.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2016:16 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 215/2014

    Klacht tegen tandarts betreffende met name diagnostiek en behandelplan en verslaglegging. Bij slechte toestand van gebit had, zeker toen HIV zich bij klager had geopenbaard, meer diagnostiek moeten worden gedaan en behandelplan opgesteld moeten worden. De verslaglegging was ondermaats. Basisprincipe van goede tandartsenzorg niet gevolgd. Tandarts niet leerbaar. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2016:17 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 053/2015

    Klacht tegen gezondheidszorgpsycholoog over vernietigen van dossier. Het college stelt dat de wettelijke bewaartermijn ingevolge artikel 7:454 lid 3 van de WGBO, sinds een wetswijziging in 2006, 15 jaar bedraagt. Daar is in vakliteratuur destijds veel aandacht aan geschonken. Verweerster had daarvan dan ook op de hoogte kunnen en moeten zijn. De klacht is derhalve gegrond. Nu de klacht gegrond is valt er, ondanks alle inzet van verweerster en het door haar getoonde inzicht in de ontstane situatie, aan een maatregel niet te ontkomen. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2016:18 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 052/2015

    Klacht tegen gezondheidszorgpsycholoog/psychotherapeut. Klaagster is in 2002 bij verweerster in behandeling geweest. In 2006 heeft verweerster op verzoek van de adoptiemoeder van klaagster aan de adoptiemoeder het door haar in 2003 opgestelde indicatieprotocol toegezonden. Het college acht de klacht van klaagster dat verweerster dit niet zonder haar toestemming had mogen doen gegrond. Voorts heeft verweerster ten onrechte drempels opgeworpen toen klaagster om inzage in haar dossier en om een gesprek vroeg. Een clënt heeft volgens de WGBO en de geldende beroepscodes steeds recht op inzage in zijn of haar dossier en verweerster heeft ten onrechte eerst gewezen op kosten die daaraan verbonden zijn. Ook had zij een gesprek moeten aanbieden zonder voorwaarden daaraan te stellen. Klachten gegrond. Er is niet gebleken van inzicht in het eigen handelen. Berisping.