Zoekresultaten 101-110 van de 867 resultaten
-
ECLI:NL:TADRAMS:2023:16 Raad van Discipline Amsterdam 22-989/A/A 22-990/A/A
- Datum publicatie: 10-02-2023
- Datum uitspraak: 30-01-2023
- ECLI:NL:TADRAMS:2023:16
Voorzittersbeslissing; klacht over advocaat wederpartij niet-ontvankelijk vanwege het overschrijden van de driejaarstermijn; beroep op artikel 46g lid 2 Advocatenwet slaagt niet.
-
ECLI:NL:TGZREIN:2023:7 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven H2021/3545
- Datum publicatie: 08-02-2023
- Datum uitspraak: 01-02-2023
- ECLI:NL:TGZREIN:2023:7
Klacht tegen tandarts; informatieplicht geschonden(a), behandelovereenkomst niet correct nagekomen(b), ondeugdelijke brug/prothese geleverd(c), niet goed gecommuniceerd(d), geen kopie dossier, implantatenpaspoort, inkoopfacturen en materialenoverzicht afgegeven(e), geen correcte facturen opgesteld(f), gefraudeerd met facturen(g), gedreigd geplaatste elementen te verwijderen als er niet werd betaald(h), geen verantwoording afgelegd voor nalatig handelen(i), niet transparant opgesteld(j), niet meegewerkt aan klachtenprocedure(k), schade toegebracht aan patiënt(l), niet als goed hulpverlener gedragen(m), onmogelijk gemaakt dat patiënt door andere tandarts goed geholpen kon worden door onvolledige/onjuiste informatie te geven over implantaten(n) lukraak restjes gebruikt bij plaatsen implantaten(o). College: A en d deels gegrond. C, e, f en h gegrond. Klacht voor het overige ongegrond. Berisping.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2023:24 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2021/1172
- Datum publicatie: 08-02-2023
- Datum uitspraak: 08-02-2023
- ECLI:NL:TGZCTG:2023:24
Klacht tegen een specialist ouderengeneeskunde. De broer van klager (patiënt) is eind 2020 vanuit het ziekenhuis naar een hospice overgeplaatst. De specialist ouderengeneeskunde is werkzaam in het hospice en was voornamelijk als behandelend arts betrokken bij patiënt. Ruim een week na de opname in het hospice is patiënt mee naar huis genomen en is hij diezelfde avond overleden. Klager verwijt de specialist ouderengeneeskunde dat zij zich niet heeft gehouden aan gedragscodes en onvoldoende rekening heeft gehouden met de wensen van de patiënt en zijn familie door patiënt onnodig medicatie toe te dienen om hem ‘plat te leggen’ waardoor hij buiten bewustzijn was toen hij overleed en waardoor zijn leven eerder en op onnatuurlijke wijze is beëindigd, dat patiënt zijn geloofsovertuiging niet heeft kunnen uitoefenen omdat de islamitische richtlijn om nuchter te sterven niet is gehonoreerd, dat zij nalatig is geweest in de communicatie door de familie pas achteraf toestemming te vragen voor de inzet van medicatie en dat zij op eigen initiatief een beleid heeft opgestart zonder rekening te houden met wensen en geloof. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn klacht omdat sprake is van bijzondere omstandigheden die elk op zich en tezamen aanleiding geven om niet te veronderstellen dat klager met zijn klacht de wil van zijn broer uitdrukt. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen deze beslissing.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2023:25 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2021/1173
- Datum publicatie: 08-02-2023
- Datum uitspraak: 08-02-2023
- ECLI:NL:TGZCTG:2023:25
Klacht tegen een verpleegkundige. De broer van klager (patiënt) is eind 2020 vanuit het ziekenhuis naar een hospice overgeplaatst. De verpleegkundige is werkzaam in het hospice. Ruim een week na de opname in het hospice is patiënt mee naar huis genomen en is hij diezelfde avond overleden. Klager verwijt de verpleegkundige dat zij zich niet heeft gehouden aan gedragscodes en onvoldoende rekening heeft gehouden met de wensen van de patiënt en zijn familie door patiënt onnodig medicatie toe te dienen om hem ‘plat te leggen’ waardoor hij buiten bewustzijn was toen hij overleed en waardoor zijn leven eerder en op onnatuurlijke wijze is beëindigd, dat patiënt zijn geloofsovertuiging niet heeft kunnen uitoefenen omdat de islamitische richtlijn om nuchter te sterven niet is gehonoreerd en dat zij nalatig is geweest in de communicatie door de familie pas achteraf toestemming te vragen voor de inzet van medicatie. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn klacht omdat sprake is van bijzondere omstandigheden die elk op zich en tezamen aanleiding geven om niet te veronderstellen dat klager met zijn klacht de wil van zijn broer uitdrukt. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen deze beslissing.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2023:20 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/4447
- Datum publicatie: 03-02-2023
- Datum uitspraak: 03-02-2023
- ECLI:NL:TGZRAMS:2023:20
Gedeeltelijk gegronde klacht tegen een tandarts. De tandarts heeft bij klaagster een brug geplaatst. Volgens klaagster heeft de tandarts schade aangebracht met de boor aan haar kaakbot. Daarnaast heeft de zorg rondom de plaatsing van de brug tekortgeschoten, is haar dossier niet compleet en is niet op juiste wijze gefactureerd. Het college komt tot de conclusie dat de klacht niet gegrond is voor wat betreft het klachtonderdeel dat ziet op het uitschieten met de boor, de beschadiging aan het kaakbot en de gevolgen hiervan voor klaagster. Wel komt het college tot de conclusie dat de klachtonderdelen van klaagster die zien op de zorg rondom de plaatsing van de brug, dossiervoering en de facturatie gegrond zijn. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2023:18 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/4189
- Datum publicatie: 13-01-2023
- Datum uitspraak: 13-01-2023
- ECLI:NL:TGZRZWO:2023:18
Twaalf klachten tegen internist-oncoloog. Het betreft de samenhangende zaken met registratienummers Z2022/3994, 3996, 3997, 3999, 4000, 4001, 4002, 4003, 4004, 4005, 4006 en 4189. De klagers zijn in elf zaken zijn de nabestaanden van patiënten van de internist-oncoloog. In zaak 4001 is de patiënte zelf klaagster. Klachten over onjuiste behandeling, tekortschietende communicatie en dossiervorming. De internist is tijdelijk niet ingeschreven geweest in het BIG-register en in het specialistenregister. Het college oordeelt in zeven zaken dat de klachten gedeeltelijk gegrond zijn. Hiervoor legt het college in vijf zaken waarschuwingen op, in één zaak een berisping en in één zaak wordt geen maatregel opgelegd. De overige klachtonderdelen in deze zaken en de overige vijf zaken (3994, 4001, 4002, 4003, 4189) zijn ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2023:2 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2022/1242
- Datum publicatie: 10-01-2023
- Datum uitspraak: 09-01-2023
- ECLI:NL:TGZCTG:2023:2
Klacht tegen KNO-arts. Klager is de zoon van een patiënte die in het verleden was behandeld voor een supraglottisch larynxcarcinoom en een tracheostomie had. Vanwege keel- en slikproblemen is patiënte in 2015 naar de KNO-arts verwezen. De KNO-arts heeft patiënte verscheidene keren op het poliklinisch spreekuur gezien. Patiënte heeft verschillende onderzoeken ondergaan. Hieruit bleek dat sprake was van een tweede primaire tumor in de neofarynx, waarvoor patiënte met radiotherapie werd behandeld. Uiteindelijk is patiënte ongeveer vijf maanden later overleden. Klager verwijt de KNO-arts - onder meer - dat hij de pijnklachten van patiënte onjuist heeft geïnterpreteerd, hij tijdens het eerste consult al een tumor op het grensgebied van de neofarynx en de oesofagus had moeten constateren, hij andere onderzoeksmethoden had moeten initiëren en de beschikbare informatie onjuist heeft geïnterpreteerd.
-
ECLI:NL:TADRARL:2022:342 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-639/AL/MN
- Datum publicatie: 28-12-2022
- Datum uitspraak: 17-10-2022
- ECLI:NL:TADRARL:2022:342
Voorzittersbeslissing. Klacht tegen advocaat van de wederpartij. Klager verwijt verweerder dat hij melding heeft gemaakt van door klager ingediende tuchtklachten, terwijl de tuchtrechter nog geen uitspraak had gedaan. Verweerder gesteld: “Naar aanleiding van de klachten die [klager] indiende bij de Orde van Advocaten, blijkt dat onduidelijkheid is ontstaan (…)” Niet gebleken is dat die enkele verwijzing feitelijk onjuist is, terwijl verweerder met die verwijzing ook geen regel heeft overtreden. Verder ook geen onwaarheden verkondigd of grievende uitlatingen gedaan. Kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2022:165 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/4364
- Datum publicatie: 12-12-2022
- Datum uitspraak: 09-12-2022
- ECLI:NL:TGZRZWO:2022:165
Huisarts (op dat moment werkzaam op huisartsenpost) betrekt onvoldoende informatie, onder meer de grote bezorgdheid van de echtgenoot van de patiënte en de voorgeschiedenis van de patiënte, bij haar oordeelsvorming om de betrokken patiënte niet naar het ziekenhuis te laten gaan. Verder is zij naar het oordeel van het college tekortgeschoten in haar communicatie. Het college legt een waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TADRARL:2022:316 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-514/AL/MN
- Datum publicatie: 06-12-2022
- Datum uitspraak: 19-09-2022
- ECLI:NL:TADRARL:2022:316
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat wederpartij in een familierechtelijke relatie kennelijk ongegrond. Van onnodig grievende uitlatingen is geen sprake.