Zoekresultaten 1231-1234 van de 1234 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:126 Hof van Discipline 's Gravenhage 230188

    Het betreft hier een klacht tegen de eigen advocaat. Deels bekrachtiging/deels vernietiging beslissing raad. Het handelen van verweerder voldoet niet aan de zorgvuldigheid die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend advocaat mag worden verwacht. De raad heeft geoordeeld dat niet is gebleken dat verweerder bij aanvang van de zaken (schriftelijk) uitleg aan klaagster heeft gegeven over de aanpak van de zaken en wat zij daarbij kon verwachten. Gedurende zijn rechtsbijstand aan klaagster is verweerder ook de regie kwijtgeraakt. Verder heeft verweerder nagelaten om aanvullende financiële afspraken met klaagster en SAR te maken, zowel over de fixed fees als het voorschot voor de deurwaarder, terwijl dit op zijn weg had gelegen. Het gebrek aan aanvullende afspraken heeft niet alleen tot een conflict tussen verweerder en klaagster geleid, maar ook tot de beëindiging van de samenwerking. Er is geen reden waarom verweerder zich niet zou moeten houden aan de afspraken die hij met de SAR had gemaakt, nu zij niet tot andere afspraken zijn gekomen. Daarnaast heeft verweerder het dossier niet tijdig overgedragen aan klaagster, ondanks alle verzoeken daartoe. Niet alleen klaagster, maar ook de rechtsbijstandsverzekeraar en de opvolgende advocaat heeft verweerder verzocht het dossier over te dragen. Verweerder heeft aan dit verzoek niet direct opvolging gegeven en heeft klaagster eerst een proefnota gestuurd. Het hof vindt dit erg kwalijk. Maatregel van berisping.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:127 Hof van Discipline 's Gravenhage 230137

    ​​​​​​Klacht tegen de (voormalig) advocaat in verband met het niet (tijdig) instellen van hoger beroep. Verweerder heeft nagelaten hoger beroep in te stellen tegen een vonnis waarbij aan klager vijf jaar gevangenisstraf is opgelegd. De raad acht dit, in het licht van het vonnis waartegen beroep moest worden ingesteld, een forse fout. Ondanks het feit dat het opvallend en zorgelijk is dat het vervolgens bijna een jaar heeft geduurd voordat verweerder zijn fout ontdekte, acht de raad niet bewezen dat verweerder klager 10 maanden lang in de waan heeft gelaten over het tijdig instellen van beroep. De raad verklaart dit klachtonderdeel ongegrond. Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad op dit punt. Op basis van de stukken kan het hof niet vaststellen dat verweerder klager bewust heeft misleid of voorgelogen door niet voor oktober / november 2020 aan klager te vertellen dat hij niet in hoger beroep was gegaan hoewel hij dat wel had toegezegd.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:94 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-156/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht niet-ontvankelijk vanwege tijdsverloop.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:95 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-237/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de bijstand van de eigen advocaat in een geschil over een nalatenschap. Klacht deels niet-ontvankelijk vanwege tijdsverloop. Klacht voor het overige kennelijk ongegrond, met name vanwege het gebrek aan onderbouwing.