Zoekresultaten 21231-21240 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2016:92 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-061

      Ongegronde klacht tegen een huisarts dat hij de medische situatie van patiënte heeft verwaarloosd en zich niet heeft gehouden aan richtlijnen inzake palliatieve zorg. De arts heeft zich regelmatig vergewist van de medische zorg die verleend zou moeten worden en heeft patiënte regelmatig thuis bezocht en onderzocht.  De arts kon Prednisolonkuren en Fentanylpleisters voorschrijven om benauwdheid te verhelpen en voor comfort. Niet kan worden geconcludeerd dat door het geven van een antigriep-injectie het ziekteproces is verergerd. Bij het laatste bezoek van de arts aan patiënte was nog niet gebleken dat zij in een terminale fase verkeerde. Daarom niet te verwijten dat de arts nog niet was overgegaan tot een morfinepompje of tot behandeling in het kader van terminale zorg. Onder de gegeven omstandigheden mocht de arts erop vertrouwen dat zo nodig zijn aanwezigheid door de wijkverpleging zou worden ingeroepen. Klacht afgewezen.    

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2016:47 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2015/344T

    Klaagster is de moeder van een minderjarige dochter. Zij verwijt verweerster ten onrechte een kies te hebben getrokken. Verweerster voert aan dat het element te veel door caries is aangetast

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2016:48 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/156t

     

  • ECLI:NL:TACAKN:2016:66 Accountantskamer Zwolle 15/2441 Wtra AK

      Betrokkene heeft de aansprakelijkheid van een holding naast die van een dochter, en het daaraan gekoppelde zekerheidsrecht over het hoofd gezien. Was dat niet gebeurd dan had hij daarvoor oog gehad bij het samenstellen van de jaarrekening van de holding zodra de resultaten en het eigen vermogen van de dochter negatief waren. Dan had hij zich moeten afvragen of er grond was om een voorziening te vormen of in de toelichting op de balans melding te maken van een niet op de balans opgenomen verplichting. Op die aansprakelijkheid en het daaraan gekoppelde zekerheidsrecht had hij ook moeten wijzen in het kader van advisering over de inkomenspositie van wijlen de echtgenoot van klaagster na zijn pensionering en die van klaagster na het overlijden van die echtgenoot en bij de overdracht van de door de holding gehouden resterende aandelen van de dochter. Met het oog op de tegenstrijdige belangen van de partijen bij die overdracht had betrokkene die partijen uitdrukkelijk moeten wijzen op de mogelijkheid om een derde in te schakelen voor de advisering over de prijs van de aandelen. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2016:67 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1633

    volgt

  • ECLI:NL:TACAKN:2016:67 Accountantskamer Zwolle 16/1093 Wtra AK

      Klager wist begin 2012 en op of kort na 4 september 2012 en aldus meer dan drie jaren voor het indienen van de onderhavige klacht (op 19 april 2016) op de hoogte van de vragen die de belastingdienst had over de afwaardering, terwijl het sluiten van de akte van cessie reeds op 27 april 2011 plaatsvond en de gang van zaken daaromtrent voor hem aanleiding was de relatie met het kantoor van de accountant medio 2012 te beëindigen. Aldus heeft klager meer dan drie jaren vóór het indienen van de klacht de aan de klacht ten grondslag gelegde feiten geconstateerd en had hij daarop toen al redelijkerwijs een vermoeden in de zin van artikel 22, eerste lid, Wtra kunnen baseren. Klacht niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2016:68 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 15158

      Klacht tegen huisarts over de wijze waarop zij zich jegens derden, zoals Raad voor de Kinderbescherming en politie heeft uitgelaten over klaagster gegrond. Schending beroepsgeheim, diffamerende uitlatingen en onjuiste informatie. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:147 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-473

    Klacht tegen advocaat wederpartij in een burengeschil. Een juridisch medewerker van verweerder is bevriend met verweerders cliënt en met mogelijke getuigen van klaagster. Klaagster vindt dat verweerder zich moet terugtrekken uit de zaak omdat sprake zou zijn van belangenverstrengeling en /of zijn medewerkster mogelijk haar geheimhoudingsverplichting zou kunnen schenden. De raad oordeelt de klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2016:66 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 15173

      Klaagster verwijt verweerder, bedrijfsarts dat hij tijdens het lichamelijk onderzoek dat hij verricht heeft de schouder van klaagster onherstelbaar heeft beschadigd. Tevens verwijt klaagster verweerder dat hij een valse verklaring c.q. brief van een collega-arts in een civiele procedure heeft ingebracht. Het college is van oordeel van verweerder geen verwijt te maken valt ten aanzien van het lichamelijk onderzoek bij verweerster en ook is volgens het college niet gebleken dat de verklaring c.q. brief niet door de collega-arts geschreven is. Klachten ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:148 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-352

    verzet tegen beslissing voorzitter ongegrond.