Zoekresultaten 21021-21030 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TNORARL:2015:62 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/87 AL/2015/88

      Notarisklerk [A] heeft weliswaar niet correct gehandeld, maar dat was niet in de functie van klerk in het kader van hem opgedragen werkzaamheden of ter voorbereiding van notariële werkzaamheden. [A] heeft aldus wel de hem als werknemer toegekende bevoegdheden gebruikt, maar hij heeft niet gehandeld in zijn hoedanigheid van klerk. Gelet op dit laatste is de kamer van oordeel dat de notarissen niet tuchtrechtelijk verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor dat handelen van [A].

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:294 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.012

      De klacht is gericht tegen een gz-psycholoog. Klager verwijt de gz-psycholoog kort gezegd dat hij niet adequaat heeft gereageerd op zijn verzoek een verklaring als waarom gevraagd af te geven en klager onnodig aan het lijntje heeft gehouden.  Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Hoger beroep klager verworpen.  

  • ECLI:NL:TNORARL:2015:63 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/42

    Uit de het door klaagster gestelde en de wijze waarop zij de nalatenschap heeft aanvaard blijkt dat klaagster in ieder geval sedert de brief van de notaris van 4 november 2011 bekend was met het feit dat een zuiver aanvaarden van de nalatenschap met zich brengt dat zij de schulden diende te voldoen. Dat heeft tot gevolg dat de vervaltermijn van artikel 99 lid 15 Wna op dat moment een aanvang heeft genomen. De door klaagster genoemde omstandigheid dat zij weliswaar de schulden wilde voldoen, maar niet wist dat de zonen van erflater een vordering hadden of zouden kunnen hebben, brengt daar geen wijziging in.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:295 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.047

      Klacht tegen een dermatoloog. Klager verwijt de dermatoloog dat hij a) ten onrechte een conservatief beleid heeft gevoerd b) klager in juni 2007 een verkeerde zalf heeft voorgeschreven c) klager ten onrechte heeft beschuldigd van zelfbeschadiging van de wond d) onvoldoende zijn medewerking heeft verleend in de klachtprocedure e) (mede) verantwoordelijk is voor het zoekraken van het patiëntendossier van klager. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege wijst het verzoek om toekenning van kosten af en verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:289 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.428

      Klacht tegen psychiater in haar hoedanigheid van verantwoordelijk psychiater/manager behandelzaken voor de Afdeling Spoedeisende Hulp psychiatrie, waar klaagster was opgenomen. Klaagster klaagt erover dat de psychiater in een gesprek niet professioneel heeft gereageerd naar klaagster en haar zoon toe. Het Regionaal Tuchtcollege heeft overwogen dat het niet over aanwijzingen beschikt dat verweerster zich onprofessioneel zou hebben gedragen en heeft de klacht in raadkamer als kennelijk ongegrond afgewezen. Klaagster heeft hiertegen beroep ingesteld. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:296 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.048

      Klacht tegen een internist. Klager verwijt de internist dat hij a) ten onrechte een conservatief beleid heeft gevoerd b) de plastisch chirurg van gekleurde informatie heeft voorzien waardoor deze afzag van transplantatie c) klager onder valse voorwendselen heeft getracht onder te brengen in een psychiatrisch ziekenhuis d) het hoof Brandwondencentrum heeft getracht af te houden van een transplantatie e) onvoldoende zijn medewerking heeft verleend in de klachtprocedure f) verantwoordelijk is voor het zoekraken van het patiëntendossier van klager. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verenigt zich met het oordeel van het Regionaal Tuchtcollege alsmede de overwegingen waarop dit oordeel berust. In beroep zijn geen feiten en/of omstandigheden naar voren gekomen die tot een ander oordeel moeten leiden. Het beroep wordt verworpen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:290 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.433

      Klacht tegen fysiotherapeut. Klaagster is door verweerder behandeld voor pijn in de lage rug en pijn in de linker enkel. De klacht houdt in dat verweerder bij een massage de regels met betrekking tot intimiteit heeft overtreden, dat hij zich door middel van de door hem gestelde vragen schuldig heeft gemaakt aan seksuele intimidatie en dat hij klaagster ten onrechte geen factuur voor de laatste behandeling heeft gestuurd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:152 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-102

    Kwaliteit van de dienstverlening is onder de maat. Verweerder had toegezegd toezicht te houden op de werkzaamheden van zijn kantoorgenoot-stagiaire die de zaak van klaagster behandelde.  Daarmee heeft verweerder de volle verantwoordelijkheid genomen voor die werkzaamheden. Klaagster is voorafgaand aan de procedure onvoldoende geïnformeerd over de proceskansen en de te volgen strategie. Zonder overleg met klaagster is aan de rechtbank bericht dat wordt afgezien van het horen van een bepaalde getuige. De schriftelijke vastlegging is bovendien volstrekt onvoldoende. Ook is onvoldoende informatie verstrekt over de mogelikheid van hoger beroep. Klacht deels gegrond; berisping. Kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:297 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.049

      Klacht tegen een plastisch chirurg. Klager verwijt de plastisch chirurg (samengevat) dat deze zich een oordeel over klager heeft gevormd, ingegeven door gekleurde informatie van de behandelend internist, zonder klager zelf te zien. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Gezien de stukken en gehoord de nadere toelichting van partijen tijdens de zitting op 28 juni 2016 concludeert het Centraal Tuchtcollege dat door de behandelend internist aan de plastisch chirurg een enkele concrete vraag in algemene zin is voorgehouden. In dat geval kan niet gesproken worden van een formeel intercollegiaal consult. Een dergelijke vorm van intercollegiaal overleg komt in de dagelijkse praktijk veel voor. Het is aan de behandelend arts/vragensteller om het verkregen antwoord op waarde te schatten en te gebruiken in de behandeling van zijn patiënt. Of het verkregen antwoord aanleiding geeft om een formeel collegiaal consult aan te vragen is ter beoordeling aan de behandeld arts/vragensteller. De plastisch chirurg treft in deze geen tuchtrechtelijk verwijt. Het Regionaal Tuchtcollege heeft in gelijke zin geoordeeld. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:285 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.063

      Klacht tegen arts. Klager heeft in beroep zijn klacht ingediende tegen meerdere artsen, psychiaters, psychotherapeuten en verpleegkundigen verbonden aan een instelling voor geestelijke gezondheidszorg waar klager in een beschermde woonvorm verblijft. De klacht van klager betreft ongevraagd nachtelijke bezoek als hij ligt te slapen, zijn medicatie en de (opnieuw) verleende voorwaardelijke machtiging op grond van de wet BOPZ. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klager niet ontvankelijk verklaard omdat het klaagschrift van klager niet aan de eisen voldeed. Anders dan het Regionaal Tuchtcollege heeft het Centraal Tuchtcollege geoordeeld dat klager wel in de klacht ontvankelijk is. Het Centraal Tuchtcollege heeft vervolgens de klacht overeenkomstig artikel 73 lid 5 Wet BIG zelf afgedaan en de klacht als ongegrond afgewezen.