Zoekresultaten 13051-13060 van de 44298 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:238 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-128

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een gz-psycholoog. Zij was ten tijde van de ophoging van de dosering van de medicatie aan klager niet in de kliniek aanwezig en was hier anderszins ook niet bij betrokken. Zij is hiertoe ook niet bevoegd. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:170 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/669743 / DW RK 19/386

    Verzet is niet binnen de wettelijke termijn van veertien dagen ingediend. Termijnoverschrijding niet verschoonbaar. Verzet niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:171 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/672628 / DW RK 19/512

    Beslissing op verzet. De gerechtsdeurwaarders hebben niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door niet met klager te communiceren, omdat klager niet de opdrachtgever was. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:233 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-109

    Klager kennelijk niet-ontvankelijk in deel van de klachten tegen de psychiater van zijn zoon. Klager kan niet als klachtgerechtigd worden aangemerkt omdat hij klaagt over de behandeling van zijn meerderjarige zoon, die niet wilsonbekwaam is, en waarbij niet blijkt van instemming met de klacht door de zoon. Ook al was klager wel mentor over de periode waar de klacht over gaat, klager is ten tijde van het indienen van de klacht geen mentor meer. Zoon heeft inmiddels een nieuwe mentor. Wel ontvankelijk in de klacht wat betreft de communicatie van de psychiater met klager over de behandeling van zijn zoon, maar dit klachtonderdeel is ongegrond. Klager niet-ontvankelijk verklaard, voor het overige is de klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:172 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/658646 / DW RK 18/624

    De gerechtsdeurwaarder heeft niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door het vonnis te executeren. Weliswaar was er reeds beslag op de uitkering van klager gelegd, maar dit maakt niet dat de gerechtsdeurwaarder geen beslag mag leggen op een ander inkomstenbestanddeel. De gerechtsdeurwaarder kan het gelegde beslag niet indienen bij de collega gerechtsdeurwaarder die reeds eerder beslag op het inkomen van klager heeft gelegd, omdat de gerechtsdeurwaarder beslag heeft gelegd op een ander inkomstenbestanddeel. De gerechtsdeurwaarder heeft adequaat gereageerd, nadat hij er van op de hoogte raakte dat de beslagvrije voet na het leggen van het beslag diende te worden aangepast. Klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:234 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-142

    Deels gegronde klacht tegen een huisarts. Klager is de ex-echtgenoot van een patiënte van de huisarts. Klager stelt nadeel te hebben ondervonden van een door de huisarts aan klagers ex-echtgenote afgegeven brief. De door de huisarts afgegeven brief, in het format van een medisch dossier, waarbij in de S-regel een weergave is opgetekend van het subjectieve verhaal de ex-echtgenote van klager, kan wel worden aangemerkt als een geneeskundige verklaring in de zin van de KNMG Richtlijn Omgaan met medische gegevens. Het is nergens vermeld dat dit slechts een gedeelte van het medisch dossier is. Ook is onduidelijk dat de brief enkel het subjectieve verhaal van zijn patiënte bevat. Het College heeft er wel oog voor dat hij heeft gehandeld uit zorg voor zijn patiënte en dat hij juist heeft getracht te handelen volgens de beroepsregels. Overige klachtonderdelen ongegrond. Klacht gedeeltelijk gegrond verklaard. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:173 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/657758 / DW RK 18/601

    Er is niet ten onrechte bankbeslag gelegd. Uit de e-mail van 30 oktober 2018 valt niet af te leiden dat het gerechtsdeurwaarderskantoor na overleg met de opdrachtgever nog contact met klager zou opnemen alvorens beslag te leggen. Niet aannemelijk is gemaakt dat het kantoor van de gerechtsdeurwaarder klager moedwillig heeft misleid. De gerechtsdeurwaarder heeft evenmin tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door de bij de executie bijkomende kosten bij klager in rekening te brengen. Klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:268 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-403/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de eigen advocaat over de kwaliteit van dienstverlening kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:235 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-063c

    Ongegronde klacht tegen een psychiater. De door de psychiater gegeven vorm van begeleiding aan klaagster en het zijn van contactpersoon acht het College adequaat. Met de doorverwijzing naar de nieuwe instelling heeft de psychiater geen inhoudelijke bemoeienis gehad. Geen aanwijzingen dat de psychiater de ouders van klaagster had moeten inlichten. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:174 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/659400 / DW RK 18/653

    Er is niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door beslag te leggen op de hond van klager. De gerechtsdeurwaarders hebben echter onvoldoende aannemelijk gemaakt dat de inbewaargeving noodzakelijk was voor het behoud van de zaken. De kamer betrekt hierbij dat de hond een gezelschapsdier is en dus niet te verwachten valt dat klager zijn hond zou verduisteren. Bovendien hebben de gerechtsdeurwaarders de ter zitting genoemde verwachte opbrengst van de hond ad € 1.000,- niet aannemelijk gemaakt. Verder hadden de gerechtsdeurwaarders de zoon van de schuldeiser in dit geval niet als gerechtelijk bewaarder mogen aanstellen, omdat hij in feite de zaakwaarnemer van de schuldeiser is. Uit het betalingsvoorstel van 22 oktober 2018 volgt dat klager zijn hond pas na meer dan twee jaar zou terugkrijgen, hetgeen naar het oordeel van de kamer als gijzeling kan worden aangemerkt. Dat is tuchtrechtelijk laakbaar. De klacht is gedeeltelijk gegrond. De kamer legt de maatregel van berisping op en veroordeelt de gerechtsdeurwaarders in de proceskosten.