Zoekresultaten 12301-12310 van de 42842 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:122 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 102/2019

    Klacht tegen neuroloog betrefde een neurologisch deskundigenbericht. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:123 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 058/2019

    Beklaagde heeft klachtgericht gehandeld door, naast de algemene lichamelijke onderzoeken, een ECG te laten maken, bloedonderzoek te laten doen en patiënt te verwijzen naar een neuroloog, alwaar een MRI-scan werd gemaakt. Nu al deze onderzoeken geen aanwijzingen opleverden voor een terugkeer van de ziekte, kan beklaagde niet worden verweten dat zij nalatig is geweest in de behandeling van patiënt. Verder bleek tijdens het poliklinisch bezoek dat het stukken beter ging met patiënt, dat hij goed sliep, geen koorts had en dat zijn conditie nog steeds vooruit ging. Gelet op die constateringen kan beklaagde er geen verwijt van worden gemaakt dat zij patiënt op dat moment niet aan nadere onderzoeken heeft onderworpen en een langere tijd heeft laten verstrijken tussen dat bezoek en een volgend poliklinisch bezoek van patiënt. Nu er onvoldoende aanwijzingen waren voor een terugkeer van het mantelcellymfoom, kan beklaagde er evenmin een verwijt van worden gemaakt dat zij in de eerste vier maanden na de autologe stamceltransplantatie geen CT-scan heeft laten maken van patiënt. Beklaagde is, nadat patiënt weer in het ziekenhuis was opgenomen, niet meer als hoofdbehandelaar betrokken geweest bij patiënt. Er kan haar dan ook niet worden aangerekend dat de communicatie in die periode mogelijkerwijs gebrekkig is geweest.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:124 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 059/2019

    Beklaagde was supervisor van een arts-assistent. De arts-assistent was in de periode waarin zij patiënt poliklinisch volgde bijna aan het einde van haar opleiding (vijfde jaars) tot hematoloog. Beklaagde kon daarom de behandeling van patiënt door de arts-assistent vrijwel geheel onder haar verantwoordelijkheid laten plaatsvinden. Beklaagde heeft gedurende de hele periode waarin zij patiënt poliklinisch volgde veelvuldig overleg gehad met de arts-assistent. Dit overleg vond telkens plaats voorafgaand aan of volgend op het poliklinisch bezoek van patiënt. Nu de klachten die patiënt ondervond in de periode waarin de poliklinische bezoeken bij de arts-assistent plaatsvonden, pasten in het te verwachten beeld na een moeizame autologe stamceltransplantatie, die gecompliceerd was door een griepvirus, een ernstige darmontsteking, hartritmestoornissen en een traag beenmergherstel bij een krap transplantaat, valt beklaagde niet te verwijten dat hij als supervisor patiënt niet zelf heeft gezien, dan wel niet op andere wijze heeft ingegrepen bij de door de arts-assistent ingezette behandeling van patiënt.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:198 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/163

    Klaagster verwijt verweerster, tandarts, haar verkeerd te hebben geadviseerd door haar in september mede te delen dat een behandeling (apix resectie) in het nieuwe kalenderjaar tijdig genoeg zou zijn, zonder haar daarbij te informeren over de risico's. Toen klaagster in maart van het nieuwe jaar een afspraak maakte, bleken twee kiezen niet meer te redden. De tandarts voert verweer.   Ongegrond

  • ECLI:NL:TACAKN:2019:69 Accountantskamer Zwolle 18/2163 Wtra AK

    Betrokkene heeft in de periode van 2004 tot en met 2013 de jaarrekeningen van een vennootschap samengesteld. De eerste klacht is dat de jaarrekening over 2008 niet juist is samengesteld met als gevolg dat derden leningen aan de vennootschap hebben verstrekt die ze anders niet verstrekt zouden hebben. De tweede klacht is dat in de vennootschap een pensioenvoorziening in eigen beheer was opgenomen die niet verzekerd was en niet kon worden uitbetaald. Klagers hebben gesteld dat pas in juli 2018 is gebleken dat betrokkene fouten heeft gemaakt. De klacht is niet ontvankelijk wegens overschrijding van de drie- en zesjaarstermijn.  

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:154 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-353/DB/OB

    Advocaat heeft processtukken ingediend zonder instemming van zijn cliënte. Advocaat heeft nagelaten de (gemachtigde van) zijn cliënte te informeren over de kansen en risico’s en de kosten van de procedure in hoger beroep. De kwaliteit van de appeldagvaarding voldeed niet aan de eisen die daaraan mogen worden gesteld. Advocaat heeft de mogelijkheid om te reageren op  een verzoek van de wederpartij tot een herstelvonnis niet met zijn cliënt besproken. Advocaat heeft niet die zorgvuldigheid betracht die bij een behoorlijke rechtshulpverlening betaamt (artikel 48 lid 9 Advocatenwet). gegrond, berisping, kostenveroordeling

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:201 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/258

    In de asielprocedure van klager heeft de IND via het BMA verweerster ingeschakeld voor medisch advies. Klager verwijt verweerster (verzekeringsarts) dat zij een onjuist advies heeft gegeven, op basis van ontbrekende expertise dan wel een onjuiste opvatting van feitelijke omstandigheden. Verweerster heeft verweer gevoerd en concludeert tot ongegrondverklaring van de klacht. Ongegrond

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:197 Raad van Discipline Amsterdam 19-583/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat wederpartij. De klacht is kennelijk ongegrond. Niet is gebleken dat verweerster onnodige procedures heeft gevoerd en/of dat verweerster  doelbewust en structureel bewijzen ontkent. Het staat verweerster vrij om te bepalen welke stukken zij in het geding brengt; het is niet aan klager om te bepalen welke stukken (de advocaat van) de wederpartij gebruikt. 

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:198 Raad van Discipline Amsterdam 19-600/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. Niet gebleken dat verweerder de belangen van klaagster onnodig of op ontoelaatbare wijze heeft geschaad of ongeoorloofde middelen heeft gebruikt die onevenredig nadeel aan klaagster hebben toegebracht.

  • ECLI:NL:TDIVBC:2019:4 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2018/12

    Beroepschrift voldoet niet aan de daaraan in artikel 8.35, derde lid, van de Wet dieren gestelde eisen, geen gebruik gemaakt van de geboden gelegenheid om deze verzuimen te herstellen, niet-ontvankelijk.