Zoekresultaten 231-240 van de 2805 resultaten

  • ECLI:NL:TNORDHA:2022:22 Kamer voor het notariaat Den Haag 22-28

    Klagers verwijten de notaris dat hij niet heeft gereageerd op de vragen die klagers hem meerdere malen hebben gesteld. Ook verwijten klagers de notaris dat hij niet zelf gereageerd heeft, maar zijn kantoorgenoten (notarieel secretaresse en paralegal).

  • ECLI:NL:TNORSHE:2022:33 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2022/16

    Klacht over (met name) weigering van de notaris tot wijziging van de wijze van indexering van een erfpachtcanon, die door zijn ambtsvoorganger was vastgelegd in een akte uit 1998. De voorzitter heeft de klacht terstond afgewezen omdat deze naar zijn oordeel kennelijk ongegrond is. De kamer heeft het verzet tegen die voorzittersbeslissing ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2022:34 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2020/53, 54 en 55

    Verzet tegen gecombineerde voorzittersbeslissing, waarbij de zevende en achtste tuchtklacht die klager tegen de notaris heeft ingediend zijn afgewezen wegens niet-ontvankelijkheid en ongegrondheid en waarbij de negende tuchtklacht tegen de notaris buiten behandeling is gesteld wegens misbruik van klachtrecht. De kamer verklaart het verzet tegen de beslissing van de voorzitter op de achtste en negende tuchtklacht ongegrond en verklaart het verzet tegen de buitenbehandelingstelling van de negende tuchtklacht niet-ontvankelijk. Geen overschrijding van de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6 EVRM waarbinnen op de klachten had moeten worden beslist. Nu de – door het procedeergedrag van klager veroorzaakte – verwijzing van de behandeling van de twee door klager ingediende wrakingsverzoeken naar een andere kamer voor het notariaat er in overwegende mate toe heeft geleid dat de behandeling van deze verzetprocedures is vertraagd, is de kamer van oordeel dat deze vertraging voor rekening van klager behoort te blijven.

  • De klachten zijn ongegrond. Klager heeft in de akte van 28 april 2020erkend dat hij op de ontbindende voorwaarde een beroep heeft gedaan, daarmee is dat een feit geworden en kan het de notaris niet worden tegengeworpen.Klager heeft ook niet aannemelijk gemaakt dat hij door de notaris onder druk is gesteld om de koopakte van 28 april 2020 te ondertekenen.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:44 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/402790 KL RK 22-47

    Naar het oordeel van de kamer heeft de notaris door geen boedelbeschrijving te maken, direct na het overlijden in 2013, zijn informatieplicht als executeur geschonden. De notaris heeft ook niet aannemelijk gemaakt dat hij na het overlijden van erflater gesprekken heeft gehad met de erfgenamen over de afwikkeling van de nalatenschap. Het is aan de notaris als executeur om een actieve rol in te nemen bij de afwikkeling. Dat kan ook zijn het vastleggen van de afspraken die partijen onderling hebben gemaakt.Geen kostenveroordeling voor de verleende rechtsbijstand omdat de gemachtigde van klaagster haar bewindvoerder is en geen derde die beroepsmatig rechtsbijstand verleend.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:40 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/400678 KL RK 22-23

    Toepassing artikel 99 lid 21 Wna.Klagers verwijten de oud-notaris dat er ten tijde van het passeren van de op hen betrekking hebbende leveringsakten begin 2013 geen althans onvoldoende Belehrung heeft plaatsgevonden.De kamer overweegt dat klagers partij waren bij de op hen betrekking hebbende leveringsakte. Vanaf de datum van passeren van de leveringsakte worden klagers verondersteld bekend te zijn met de inhoud van de op hen betrekking hebbende leveringsakte. De kamer komt dan ook tot de conclusie dat de klachttermijn een aanvang nam op de data waarop de betreffende leveringsakten van klagers zijn gepasseerd. Omdat de leveringsakten van klagers al begin 2013 zijn gepasseerd was de termijn van artikel 99 lid 21 Wna al verstreken. De kamer overweegt verder dat voor toepassing van de uitzonderingstermijn van een jaar slechts in zeer uitzonderlijke gevallen plaats is, namelijk als het overschrijden van de klachttermijn van drie jaar redelijkerwijs niet aan een klager kan worden verweten. In het onderhavige geval is daarvan geen sprake. Klagers waren immers zelf partij bij de leveringsakten waarbij het handelen of nalaten van de oud-notaris waarover geklaagd wordt, heeft plaatsgevonden.De kamer heeft de klacht niet-ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:41 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/402641 KL RK 22-44 C/05/402643 KL RK 22-45

    Klacht betreft het niet passeren van een levenstestament voor de moeder van klager.Klager vindt dat de notarissen moeder groot onrecht hebben aangedaan door, ondanks vele gesprekken met moeder en brieven van artsen, geen medewerking te verlenen aan het passeren van het levenstestament. Het is volgens klager in moeders belang dat haar wil wordt vastgelegd zoals ze deze meerdere malen heeft aangegeven.De kamer overweegt dat de notarissen op zorgvuldige wijze de wilsbekwaamheid van moeder hebben beoordeeld door op meerdere momenten met moeder te spreken om haar wil te verifiëren. Omdat de notarissen naar aanleiding van de gesprekken met moeder niet de volle overtuiging hadden dat het gewijzigde levenstestament de wil van moeder bevatte, dat moeder de inhoud ervan begreep en dat zij haar wil zonder ongewenste beïnvloeding van derden aan de notarissen kenbaar heeft kunnen maken, hebben de notarissen naar het oordeel van de kamer niet onzorgvuldig gehandeld door op dat moment hun medewerking op te schorten en moeder hierover te informeren. De kamer heeft de klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:42 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/401908 KL RK 22-34

    Naar het oordeel van de kamer handelt de notaris onbehoorlijk door niet of veel te laat te reageren naar klager.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:37 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/402369 / KL RK 22-39

    Bij de beoordeling van de ontvankelijkheid van de klacht maakt de kamer onderscheid tussen de klachtonderdelen die zien op het handelen van de notaris voorafgaand aan en bij gelegenheid van het gesprek van 3 maart 2017 enerzijds en anderzijds de klachtonderdelen die betrekking hebben op de wijze waarop de oud-notaris zijn werkzaamheden heeft gedeclareerd.  Omdat klagers aanwezig zijn geweest bij het gesprek van 3 maart 2017 en dus vanaf dat moment met het handelen dan wel nalaten van de notaris bekend zijn geweest, kunnen zij op dit punt niet in hun klacht ontvangen worden. Hetzelfde geldt voor hun klacht tegen de wijze van declareren van de notaris aangezien vaststaat dat de declaratie waar het om gaat ook langer dan drie jaar voorafgaand de indiening van de klacht bij klager bekend is geweest.  

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:31 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/402483 / KL RK 22-42

    De notaris heeft twee appartementen in eigendom, aangekocht voor de kinderen van de notaris. Deze appartementen worden inmiddels langdurig verhuurd aan derden. De notaris heeft gehandeld in strijd met artikel 17 derde lid Wna. Klacht gegrond.