Zoekresultaten 13181-13190 van de 13544 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0359 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/157

    Het betreft een klacht van een huisapotheker tegen een collega-ziekenhuisapotheker. De huisapotheker heeft aan een patiënte methotrexaatspuiten meegegeven in een onjuiste dosering. Klager is de gevestigd apotheker van de huisapotheek en betrok de medicijnen van de ziekenhuisapotheek. Verweerder is zowel hoofd als de gevestigd apotheker van de ziekenhuisapotheek. Klager verwijt verweerder dat de ziekenhuisapotheek aan de huisapotheek methotrexaatspuiten heeft afgeleverd met een onjuiste dosering. Het Regionaal Tuchtcollege heeft geoordeeld dat de ziekenhuisapotheker niet is tekortgeschoten in zijn taken als hoofd en gevestigd apotheker van de ziekenhuis apotheek en dat hem de verkeerde levering – hoe onmiskenbaar fout deze ook is geweest – in tuchtrechtelijke zin niet kan worden verweten, waarna het Regionaal Tuchtcollege de klacht heeft afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege heeft de beslissing van het Regionaal Tuchtcollege bevestigd. Zie ook zaak 2009/131 waarin patiënte een klacht heeft ingediend tegen de huisapotheker (klager in deze zaak) welke klacht in hoger beroep is overgenomen door de Inspectie voor de Gezondheidszorg.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0366 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2010/050

    Klaagster verwijt de verpleegkundige (zorgcoördinator van een woongroep) dat hij haar dochter heeft mishandeld door haar tegen haar achterste te schoppen waardoor zij rugklachten heeft gekregen en angstig is geworden. Het RTG heeft klaagster ontvankelijk verklaard in haar klacht omdat de verpleegkundige is ingeschreven in het BIG-register en de pedagogische begeleiding aangemerkt kan worden als handelingen op het gebied van de individuele gezondheidszorg. De klacht wordt afgewezen omdat mishandeling niet is vast komen te staan noch aannemelijk is geworden. Klaagster heeft het beroep te laat ingediend. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klaagster om die reden niet ontvankelijk in het beroep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0360 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/222

    Klaagster heeft besloten ( ter ondersteuning van een aan te vangen echtscheidingsprocedure) zich onder behandeling te stellen van een psychiater. Zij verwijt de arts dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld door zonder te testen of gedegen onderzoek te doen bij klaagster de diagnose borderline persoonlijkheidsstoornis te stellen. Het RTG acht de klacht deels gegrond zonder oplegging van maatregel met publicatie. Het Centraal Tuchtcollege acht het beroep van de psychiater gegrond en vernietigt de bestreden beslissing met betrekking tot het gegrond bevonden klachtonderdeel.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0361 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/233

    Bij klaagster zijn in het verleden siliconenprothesen in haar borsten geplaatst en is zij geopereerd aan nadien optredende kapselvorming. Zij is door de arts geopereerd omdat zij haar siliconenprothesen wilde vervangen door waterprothesen. Klaagster verwijt de arts dat hij onmiddellijk voorafgaand aan de operatie niet bij haar is geweest en dat zij door zijn toedoen nu misvormde borsten heeft. Het RTG heeft deze klachten afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0362 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2008/174

    Klaagster heeft vanwege een erfelijke vorm van kanker haar beide borsten preventief laten amputeren. De plastisch chirurg heeft bij klaagster de reconstructieve borstchirurgie uitgevoerd. Klaagster verwijt de arts onzorgvuldig handelen. Zo stelt zij o.m. geen toestemming te hebben gegeven voor de uiteindelijk gekozen operatietechniek. Het RTG heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het door klaagster ingestelde beroep.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0349 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 124/2009

    Patient is na een hartinfarct ongeveer 10 jaar bij verweerder (cardioloog) onder controle geweest. Na ongeveer 10 jaar kreeg patiënt een hartstilstand als gevolg van ventrikelfibrilleren en is hij opogenomen in een ander ziekenhuis. Hij is daar gedotterd en heeft een ICD gekregen. Korte tijd later is patiënt overleden. De klacht betreft met name het niet adviseren/bespreken van het implanteren van een ICD. Het college wijst de klacht af.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0356 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09160

    volgt

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0350 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09136a

    Verweerder, psychiater, heeft samen met een psycholoog, verweerder in zaak 09136b, een gemeenschappelijk onderzoeksverslag geschreven over klaagster en haar ex-echtgenoot. Dit gebeurde op verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming. Klaagster klaagt er onder meer over dat de psychiater niet onafhankelijk was omdat hij kennis had van eerdere rapportages over klaagster. Daarnaast had de rapportage volgens klaagster niet aan de Raad verstrekt mogen worden nu klaagster daarvoor uitdrukkelijk geen toestemming had verleend. Verweerder heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college heeft geen feiten en/of omstandigheden kunnen ontwaren die zouden kunnen doen twijfelen aan de onafhankelijkheid van verweerder. Het college is daarnaast van oordeel dat aan klaagster geen blokkeringsrecht toekwam. De klacht is op alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0351 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09136b

    Verweerder, psycholoog, heeft samen met een psychiater, verweerder in zaak 09136a, een gemeenschappelijk onderzoeksverslag geschreven over klaagster en haar ex-echtgenoot. Dit gebeurde op verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming. Klaagster klaagt er onder meer over dat de psycholoog niet onafhankelijk was omdat hij kennis had van eerdere rapportages over klaagster. Daarnaast had de rapportage volgens klaagster niet aan de Raad verstrekt mogen worden nu klaagster daarvoor uitdrukkelijk geen toestemming had verleend. Ook zijn sommige uitspraken in de rapportage onbehoorlijk en kwetsend. Verweerder heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college heeft geen feiten en/of omstandigheden kunnen ontwaren die zouden kunnen doen twijfelen aan de onafhankelijkheid van verweerder. Het college is daarnaast van oordeel dat aan klaagster geen blokkeringsrecht toekwam. Van een krenkende of verwijtende toon is geen sprake. Wel had verweerder op een aantal punten genuanceerder te werk moeten gaan en zijn conclusies uitgebreider moeten motiveren c.q. onderbouwen. Dit is echter niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. De klacht is op alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0353 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09168

    Klagers zijn de zonen van patiënte. Patiënte is overleden aan de gevolgen van een aortadissectie. Klagers verwijten verweerder, cardioloog, dat hij bij de opname van patiënte onvoldoende (lichamelijk) onderzoek heeft verricht en verwijtbaar niet (tijdig) de juiste diagnose heeft gesteld. Verweerder heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Anders dan verweerder heeft aangevoerd, moet het college ervan uitgaan dat de bloeddruk onvoldoende is opgemeten, nu niet uit het medisch dossier blijkt dat dit wel adequaat is gebeurd. Dit klachtonderdeel is gegrond. De overige klachtonderdelen zijn ongegrond. Waarschuwing.