Zoekresultaten 2431-2440 van de 42364 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2023:122 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2021/3502

    Gegronde klacht tegen cosmetisch arts. Na intrekking van de klacht door patiënte heeft het college bepaald dat de behandeling van de klacht in het algemeen belang moet worden voortgezet. Voor het vervolg van de zaak is de inspectie als klager aangemerkt. De arts is eigenaar van en werkzaam in een cosmetische kliniek. Hij heeft bij patiënte een onderooglidcorrectie verricht. Daarbij is een complicatie opgetreden, na de operatie is beiderzijds een ectropion ontstaan. De arts heeft vervolgens tweemaal een hersteloperatie verricht en patiënte uiteindelijk verwezen naar een plastisch chirurg. De inspectie is van mening dat de arts bij het uitvoeren van de ooglidcorrectie in diverse opzichten tekortgeschoten is. Zo is patiënte onvoldoende geïnformeerd, is de schriftelijke verslaglegging ondermaats, is de arts bij de operaties niet gebleven binnen de grenzen van zijn kennen en kunnen en heeft hij geen professioneel gedrag vertoont bij de bejegening van patiënte. Het college verklaart alle klachtonderdelen gegrond en legt de arts de maatregel van een geheel voorwaardelijke schorsing van een jaar op, met een proeftijd van twee jaar.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:65 Hof van Discipline 's Gravenhage 220327

    Art. 13 beklag. Het aanwijzingsverzoek heeft betrekking op een procedure die zou moeten dienen bij het Gerecht, onderdeel van het HvJ-EU, gevestigd te Luxemburg. De deken beschikt niet over de bevoegdheid een advocaat aan te wijzen voor het verlenen van bijstand in die procedure. De deken mocht het verzoek daarom afwijzen. Het hof verklaart het beklag ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:121 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-015/DH/RO

    Raadsbeslissing. Verweerder heeft klaagsters zaak aangenomen, zonder zich er van te vergewissen dat klaagster zijn bijstand wenste en zonder haar te wijzen op onder meer het (mogelijke) belangenconflict doordat verweerder ook klaagsters dochter bijstond in een gerelateerde zaak. Verweerder heeft bovendien onvoldoende met klaagster gecommuniceerd. Verweerder is onvoldoende zorgvuldig geweest. Berisping.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:66 Hof van Discipline 's Gravenhage 220090

    Klacht over eigen advocaat. Verweerder heeft bij klager het beeld geschapen dat klager per saldo niet op basis van het uurtarief hoefde te betalen voor de rechtsbijstand: ofwel verweerder zou op toevoeging procederen, ofwel hij zou declaratie op basis van zijn uurtarief op de wederpartij verhalen. Verweerder had dit duidelijk op een rijtje moeten zetten in de opdrachtbevestiging. Ook heeft hij verzuimd klager tussentijds te informeren over de hoogte van die declaraties, als hij die op klager mogelijk wilde verhalen. Ten slotte heeft verweerder ten onrechte een beroep op het retentierecht gedaan tegenover de opvolgend rechtsbijstandverlener. Dat die geen advocaat was, doet niet ter zake. Vernietiging beslissing raad. Berisping. 

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:70 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-259/DB/OB

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de (voormalig) eigen advocaat over de kwaliteit van de dienstverlening. De klacht ziet op optreden van verweerster in 2012 en 2013 en is pas op 28 juni 2022 ingediend en dus na het verstrijken van de in artikel 46g lid 1 aanhef en sub a Advocatenwet bedoelde termijn. De klacht is niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:122 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-923/DH/RO

    Raadsbeslissing. Klacht over de advocaat wederpartij in een familiezaak. Verweerder heeft klager voorafgaand aan een zitting, terwijl klagers advocaat nog niet aanwezig was, aangesproken en gesproken over de voorlopige voorziening. Dit is inhoudelijk op de zaak ingaan en verweerder had dat niet mogen doen buiten aanwezigheid van klagers advocaat. Klacht voor het overige ongegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:116 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-682/DH/DH

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:61 Hof van Discipline 's Gravenhage 220058

    Het hof bevestigt de beslissing van de raad nu partijen hun standpunten in hoger beroep slechts hebben herhaald en er geen nieuwe argumenten zijn aangedragen die aanleiding geven tot een andere beoordeling, dan wel bij het hof tot nieuwe inzichten hebben geleid. Klaagster niet ontvankelijk in de klachtonderdelen  a) t/m g) omdat zij, gelet op de artikel 46g Advocatenwet genoemde termijnen, te laat heeft geklaagd.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:141 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/5067

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een verpleegkundig specialist GGZ. Klager verwijt de verpleegkundig specialist onder meer dat hij hem onnodige medicatie toedient en onnodige medische controles afneemt. Het college is van oordeel dat bij de verplichte behandeling van klager met medicatie en medische controles is voldaan aan het toetsingskader van de Wvggz. Alle klachtonderdelen zijn kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:62 Hof van Discipline 's Gravenhage 220310

    Appelverbod. De door klaagster aangevoerde gronden zien in essentie op de inhoudelijke beoordeling van de zaak en raken niet aan fundamentele rechtsbeginselen, zoals schending van hoor en wederhoor. Als de raad het eens is met de beslissing van de voorzitter, volstaat een verkorte motivering met verwijzing naar de motivering in de beslissing waarvan verzet. Dat levert geen schending van het beginsel van (rechterlijke) waarheidsvinding of een ander fundamenteel rechtsbeginsel op. Niet-ontvankelijk.