Zoekresultaten 16731-16740 van de 42263 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2018:11 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.095

    Klager heeft de gz-psycholoog opdracht gegeven een contra-expertise voor  hem te verrichten ten behoeve van de behandeling van zijn strafzaak in beroep. Klager verwijt de gz-psycholoog, voor zover in beroep van belang, dat hij niet binnen de afgesproken termijn van drie maanden het rapport heeft voltooid en dat hij klager niet serieus heeft genomen nadat hij de overeenkomst had opgezegd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klachtonderdelen gegrond verklaard en de gz-psycholoog gewaarschuwd. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de gz-psycholoog op meerdere punten is tekort geschoten jegens klager, dat hij onvoldoende blijk heeft gegeven van het vermogen te reflecteren op eigen handelen en dat hij gelet op deze omstandigheden in samenhang bezien laakbaar heeft gehandeld. De beslissing van het Regionaal Tuchtcollege wordt, voor zover de gz-psycholoog daarin is gewaarschuwd, vernietigd en de gz-psycholoog wordt, in zoverre doet het Centraal Tuchtcollege opnieuw recht, berispt.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2018:24 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.241

      Klacht tegen chirurg over operatie in verband met carpaal tunnel syndroom en triggerfinger. Na de operatie heeft klaagster klachten die duiden op beschadiging van de nervus ulnaris. Anders dan het Regionaal Tuchtcollege oordeelt het Centraal Tuchtcollege dat de klachten over dossiervorming, de manier waarop de operatie is uitgevoerd en informed consent gegrond. Het Centraal Tuchtcollege overweegt hierbij dat aannemelijk is dat de chirurg tijdens de operatie zonder medische noodzaak buiten het operatiegebied is geweest en de nervus ulnaris heeft geraakt, en dat door gebrekkige verslaglegging (te summier operatieverslag) niet vast te stellen is dat de chirurg de operatie (desondanks) correct heeft uitgevoerd.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2018:9 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.453

      Klacht tegen psychiater. De klacht betreft de ex-echtgenote van klager die onder behandeling was bij de psychiater en inmiddels is overleden. Na het overlijden heeft de psychiater op verzoek van de tweede echtgenoot van patiënte een verklaring verstrekt die is gebruikt in een procedure over de zakelijke afwikkeling van de nalatenschap van patiënte. De klacht betreft het schenden van het beroepsgeheim na overlijden van de patiënte en het afgeven van een geneeskundige verklaring waarin een van de kinderen   van patiënte wordt genoemd en het niet reageren op verzoeken van klager om uitleg over de door de psychiater verstrekte verklaring. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klager in de klachtonderdelen 1 en 2 niet-ontvankelijk verklaard en klachtonderdeel 3 afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klager ontvankelijk in de klachtonderdelen 1 en 2 en verklaart deze klachtonderdelen gegrond. Klachtonderdeel 3 verklaart het Centraal Tuchtcollege evenals het Regionaal Tuchtcollege ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2018:18 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.230

      De arts is niet tekortgeschoten in de op hem rustende verplichtingen inzake de overdracht van het medisch dossier van klager. Het medisch dossier is onder verantwoordelijkheid van de arts vanuit het onder zijn verantwoordelijkheid beheerde archief naar een andere arts gegaan zonder dat onbevoegden daar toegang toe hebben gehad. Van een schending van het medisch beroepsgeheim is geen sprake.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2018:12 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.096

    Klager heeft de psychiater opdracht gegeven een  contra-expertise voor hem te verrichten ten behoeve van de behandeling van zijn strafzaak in beroep. Klager verwijt de psychiater, voor zover in beroep van belang, dat hij niet binnen de afgesproken termijn van drie maanden het rapport heeft voltooid en dat hij klager niet serieus heeft genomen nadat hij de overeenkomst had opgezegd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klachtonderdelen gegrond verklaard en de psychiater gewaarschuwd. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de psychiater op meerdere punten is tekortgeschoten jegens klager, dat hij onvoldoende blijk heeft gegeven van het vermogen te reflecteren op eigen handelen en dat hij gelet op deze omstandigheden in samenhang bezien laakbaar heeft gehandeld. De beslissing van het Regionaal Tuchtcollege wordt, voor zover de psychiater daarin is gewaarschuwd, vernietigd en de psychiater wordt, in zoverre doet het Centraal Tuchtcollege opnieuw recht, berispt.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2018:2 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2017/267

      Klagers zijn familielede van een overleden patiënte. Klagers verwijten verweerder dat hij patiënte heeft geopereerd zonder dat hij voorafgaand met de familie heeft gesproken en geen informed consent gegeven. Ook heeft hij hen  niet op de hoogte gehouden van het verloop van de operatie. Klagers voelen zich ook onheus bejegend. Deels gegrond, berisping.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2018:6 Raad van Discipline Amsterdam 17-814/A/A

    Klacht over advocaat wederpartij met betrekking tot grievende uitlatingen deels gegrond. Klacht ongegrond voor zover erover wordt geklaagd dat verweerder feitelijke gegevens heeft verstrekt waarvan hij weet, althans behoort te weten, dat deze onjuist zijn. Gezien specifieke omstandigheden geen maatregel opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2018:20 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 101/2017

      Klaagster verwijt verweerder (psychotherapeut) dat hij een niet tijdige, onvolledige en niet objectieve second opinion heeft gedaan. Zij verwijt verweerder voorts dat haar hulpvraag werd genegeerd door haar af te kappen en voor acute zorg te verwijzen naar haar huisarts. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:1 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170280

    Dekenbezwaar. Hoger beroep tegen de beslissing van de raad van 28 augustus 2017, waarbij verweerder is geschrapt. Het hoger beroep is op 5 oktober 2017 ontvangen en derhalve na de appeltermijn. Verweerder doet een beroep op verschoonbare termijnoverschrijding nu hij binnen 14 dagen na kennisneming van de beslissing beroep heeft ingesteld. Dat beroep wordt verworpen. Daargelaten of de op 28 augustus 2017 aangetekend aan verweerder verzonden beslissing van de raad hem buiten zijn schuld niet heeft bereikt, staat in elk geval vast dat verweerder op 22 september 2017  nog een aantal dagen voor het aflopen van de beroepstermijn de beslissing per mail heeft ontvangen. Verweerder was dus nog in de gelegenheid om tijdig beroep aan te tekenen. Dat hij naar eigen zeggen van 20 tot 26 september 2017 afwezig is geweest en in die periode zijn e-mail niet heeft gelezen komt voor zijn risico: hij behoorde er als advocaat voor te zorgen dat zijn post tijdens enkele dagen afwezigheid werd gelezen, door hemzelf of een waarnemer. Verweerder is mitsdien niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep.    

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2018:3 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2017/125

    Klaagster verwijt verweerder, chirurg, onder meer dat hij zonder deugdelijk vooronderzoek is overgegaan tot operatie, dat hij te vroeg is overgegaan tot operatie in verband met aanhoudende refluxklachten, geen schriftelijk informed consent heeft overlegd en zich buiten zijn vakgebied heeft uitgelaten over mogelijke medische problematiek. Ongegrond.