Zoekresultaten 16711-16720 van de 42363 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:4 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160281-W

    Wrakingsverzoek. De aangevoerde gronden, waaronder de afwijzing van het verzoek van verzoeker om het proces-verbaal van een eerdere zitting van het hof (die resulteerde in een succesvolle wraking) aan het dossier toe te voegen, leveren geen zwaarwegende aanwijzing op dat de combinatie jegens verzoeker een vooringenomenheid koestert, althans dat de bij de verzoeker dienaangaande bestaande vrees objectief gerechtvaardigd is. Afwijzing.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:10 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170190

    Hoger beroep tegen de beslissing van de raad waarbij het verzet van klaagster tegen de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter ongegrond is verklaard. Appelverbod (artikel 46h lid 7 Advocatenwet). Geen grond voor doorbreking. Klaagster is niet-ontvankelijk in haar hoger beroep.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2017:41 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2017/103

    Dierenarts wordt verweten, samengevat, dat hij ten aanzien van een hond, die werd aangeboden in verband met oogklachten en zes weken nadien met braakklachten, onvoldoende onderzoek heeft uitgevoerd en niet adequaat heeft gehandeld naar aanleiding van door klagers verstrekte informatie over een huidinfectie. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:5 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170226

    Gedragsregel 19. Een advocaat dient in zijn contacten met derden misverstand te vermijden over de hoedanigheid waarin hij optreedt. Verweerder heeft deze norm overschreden. Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld doordat hij met klaagster heeft gecorrespondeerd en gesproken zonder dat hij kenbaar heeft gemaakt dat hij als advocaat van de wederpartij van klaagster optrad.  Waarschuwing. Proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:11 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170210

    Verweerder treedt op tegen een voormalig cliënt. De klacht is ook in hoger beroep ongegrond. Het stond verweerder op grond van gedragsregel 7 lid 5 vrij om tegen klager op te treden. Niet valt in te zien hoe het indertijd aan verweerder toevertrouwde belang van de echtgenote van klager in de procedure rondom het paard van de echtgenote waar het toen om ging op enigerlei wijze verband kan houden met het belang dat speelt in een acht jaar later lopende procedure over een ander paard met ook andere procespartijen. Niet gebleken dat verweerder beschikte over vertrouwelijke informatie die hem moest beletten op te treden tegen (de echtgenoot van) zijn voormalige cliënte. Bekrachtiging. 

  • ECLI:NL:TDIVTC:2018:1 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2017/23

    Dierenarts wordt verweten, samengevat, dat hij de gezondheidsklachten van de hond van klaagster onvoldoende serieus heeft genomen. Ongegrond.    

  • ECLI:NL:TDIVTC:2017:42 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2017/24

    Dierenarts wordt verweten met betrekking tot een gebitsbehandeling bij een hond nalatig te hebben gehandeld. Ongegrond

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:6 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170121

    Dekenbezwaar. Het is een advocaat niet toegestaan om op meer plaatsen kantoor te houden. Verweerder heeft zich daaraan schuldig gemaakt door op 2 plaatsen, zonder ontheffing, kantoor te houden. Verweerder behandelt via een door hem opgezette constructie met diverse door hem (feitelijk)  bestuurde vennootschappen, letselschadezaken. Voor de rechtzoekende die zich tot verweerder wendt is de relatie van verweerder tot deze vennootschappen onduidelijk. De vennootschappen hebben een resultaatafhankelijke honorariumafspraak gemaakt. Verweerder had, wetende dat hij binnen het raam van die overeenkomst in zijn hoedanigheid van advocaat belangen van de cliënten zou behartigen, geen medewerking mogen verlenen aan deze voor advocaten niet toegestane resultaatafhankelijke beloningsafspraak. Hetzelfde geldt voor de proviseafspraak die tussen de vennootschappen is gemaakt. Verweerder had het als enig bestuurder in zijn macht om ervan af te zien nu hij wist dat deze provisie afspraak voor een advocaat niet is toegestaan. Het hof legt de maatregel van schrapping op. Verweerder heeft er geen blijk van gegeven dat hij inziet dat hij als advocaat gehouden is de Advocatenwet, Voda en de Gedragsregels te eerbiedigen en na te leven. Verweerders handelen als advocaat is voor de cliënt onduidelijk en ondoorzichtig en is ondanks de gevraagde opheldering voor het hof duister gebleven. Het standpunt van verweerder dat hij een hoger doel dient in het belang van de rechtzoekende doet het hof vrezen dat hij zijn handelwijze zal blijven voortzetten. Proceskostenverorodleing. Bekrachtiging.    

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:12 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170212

    Optreden tegen een voormalig cliënt (gedragsregel 7 lid 4). Verweerder heeft zich begeven in een situatie waarin hij de kans liep ten koste van zijn voormalige cliënte in een belangenconflict te raken. De volgende omstandigheden acht het hof daarbij van belang: verweerder had op grond van een eerdere advocaat-cliënte relatie voorkennis van de onderhandelingsstrategie van klaagster die nu de wederpartij is, toenmalige verwevendheid tussen klaagster en de cliënt van verweerder, het tegenstrijdig belang tussen klaagster en de cliënt van verweerder en het door klaagster aan verweerder kenbaar gemaakte bezwaar tegen zijn optreden. Klaagster had daarom redelijke bezwaren als bedoeld in de derde voorwaarde van gedragsregel 7 lid 5, waardoor het verweerder niet vrijstond tegen klaagster op te treden. Gegrond, waarschuwing. Proceskostenveroordeling. Bekrachtiging.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2018:15 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-1096/DH/DH

    Klacht over eigen advocaat. Een handschriftdeskundige is tot de conclusie gekomen dat een handtekening onder een verklaring waarin afstand wordt gedaan van het recht om in de onderhavige procedure over verweerder te klagen, hoogstwaarschijnlijk van klager afkomstig is. Gelet daarop is de raad van oordeel dat niet is komen vast te staan dat - zoals klager stelt - de handtekening niet van klager is. In het kader van de klachtprocedure past geen uitgebreid onderzoek naar de feiten. De raad verklaart de klacht niet-ontvankelijk.