Zoekresultaten 12221-12230 van de 40506 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:13 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.195

      Klacht tegen tandarts. Verweerster heeft klager met spoed verwezen naar een kaakchirurg, die een lymfoom in de bovenkaak heeft vastgesteld. Na behandeling is klager door het CBT geadviseerd contact op te nemen met de praktijk van verweerster om de reguliere behandeling weer aan te vangen. Het CBT heeft verweerster verzocht contact met klager op te nemen voor reiniging en instructie mondhygiëne. Een medewerkster van verweerster heeft geprobeerd een afspraak met klager te maken maar deze afspraak is niet tot stand gekomen. Klager verwijt verweerster dat zij – kort gezegd – de toepasselijke richtlijnen niet heeft gevolgd en dat de door verweerster voorgestelde behandeling ernstige gevolgen voor klager had kunnen hebben. Voorts verwijt klager verweerster dat zij geen empathie heeft getoond. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk gegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.

  • ECLI:NL:TDIVBC:2018:8 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2018/09

    Paard. Aankoop, keuring.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2019:3 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2018/144

      Klacht tegen cardiothoracaal chirurg. De klacht is ingediend door de weduwe van een patiënt. Bij patiënt was een paraganglioom in de thorax geconstateerd. Verweerder heeft dit paraganglioom operatief verwijderd. Enkele maanden na de operatie is patiënt komen te overlijden. Klaagster is van mening dat patiënt is overleden als gevolg van de operatie. Zij verwijt verweerder dat hij de operatie niet goed heeft uitgevoerd. Ook verwijt zij verweerder dat patiënt niet is verwezen naar een ter zake meer gespecialiseerd ziekenhuis. Het college is van oordeel dat niet gebleken is dat verweerder de operatie foutief heeft uitgevoerd, noch dat patiënt naar een ander ziekenhuis had moeten worden verwezen, nu het ziekenhuis waar hij behandeld is een erkend expertisecentrum is op dit terrein. De klacht is ongegrond.  Deze zaak hangt samen met de procedures met kenmerken G2018/145 en G2018/146.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:14 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.251

      Klacht tegen tandarts. Klagers verwijten verweerder dat hij bij de behandeling van hun zoon onjuist heeft gehandeld. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt dat er geen sprake was van informed consent en dat de dossiervoering van verweerder onvoldoende was. Voorts heeft het college geoordeeld dat – kort gezegd – ook het medisch-technisch handelen van verweerder niet aan de daaraan te stellen standaard voldeed. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht gegrond verklaard en aan verweerder de bevoegdheid ontzegd om, ingeschreven staand in het register, het beroep van tandarts uit te oefenen voor zover het de orthodontie betreft. Verweerder richt zijn beroep tegen de zwaarte van de maatregel. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing van het college in eerste aanleg voor zover het de maatregel betreft en legt aan verweerder op de maatregel van voorwaardelijke schorsing om het beroep van tandarts uit te oefenen voor zover het de orthodontie betreft, voor de duur van een half jaar, met een proeftijd van twee jaren, onder in het dictum vermelde algemene en bijzondere voorwaarden.

  • ECLI:NL:TDIVBC:2018:9 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2018/10

    Hond. Epileptische aanval.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2019:4 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1889

    Klager verwijt verweerster, huisarts, dat zij nagelaten heeft een deel van het patiëntendossier te verwijderen en om hem tijdig zijn patiëntendossier toe te zenden, terwijl klager hierom verzocht had. Tevens verwijt klager verweerster dat zij haar beroepsgeheim heeft geschonden door het dossier van klager ter beschikking te stellen aan een derde en klager ten onrechte heeft gesommeerd een andere huisarts te zoeken. Het college is van oordeel dat verweerster tijdig het dossier ter beschikking heeft gesteld, adequaat heeft gereageerd op het verzoek tot verwijdering van een deel van het dossier en haar beroepsgeheim niet geschonden heeft. Tevens is het college van oordeel dat verweerster alle benodigde zorgvuldigheidseisen in acht heeft genomen en daarom de behandelingsrelatie met klager mocht beëindigen. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2019:5 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 18144

    De IGJ verwijt verweerder dat hij seksueel grensoverschrijdend gehandeld heeft richting een patiënte van verweerder. Daarnaast verwijt de IGJ dat verweerder in de dag volgend op het grensoverschrijdende incident zonder reden (en daarmee handelend in strijd met de hiervoor geldende richtlijnen) een huisbezoek aan patiënte heeft afgelegd. Verweerder erkent dat hij grensoverschrijdend gehandeld heeft. Het college is van oordeel dat verweerder in beide gevallen grensoverschrijdend heeft gehandeld. Klachten gegrond. (Gedeeltelijk voorwaardelijke) schorsing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:10 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.001

      Klacht tegen verzekeringsarts. Het UWV heeft bij besluit met terugwerkende kracht de WIA-uitkering van klaagster ingetrokken wegens schending van de inlichtingenplicht. Verweerder, werkzaam als verzekeringsarts bezwaar en beroep bij UWV, heeft een rapport uitgebracht. Klaagsters bezwaar is op klachtonderdeel 5 na ongegrond verklaard. De klacht houdt -zakelijk weergegeven - in dat de verzekeringsarts: 1. zijn taak als bezwaarverzekeringsarts niet naar behoren heeft vervuld, nu hij over klaagster heeft gerapporteerd zonder onderzoek en zonder een uitnodiging voor een spreekuurbezoek; 2. niet is ingegaan op haar verzoek haar thuis of op een UWV locatie in haar woonplaats te onderzoeken, nu zij de afstand naar de locatie niet kon overbruggen; 3. geen medische gegevens heeft opgevraagd bij de behandelende sector voordat hij de rapportage en de FML opstelde; 4. een onjuiste, onvolledige rapportage en FML over klaagster heeft opgesteld; 5. heeft nagelaten klaagster de gelegenheid te geven de rapportage te corrigeren; 6. gekozen heeft voor een onderzoek buiten haar aanwezigheid; een vergoeding van reiskosten van €13,50 had een onderzoek reeds mogelijk gemaakt; 7. onvoldoende afstand heeft genomen en zich laat betrekken in het geschil tussen klaagster en het UWV.  Het Regionaal Tuchtcollege verklaart klachtonderdeel 5 gegrond zonder oplegging van maatregel, verklaart de overige klachtonderdelen ongegrond en gelast de publicatie na het onherroepelijk worden. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing waarvan beroep voor zover klachtonderdeel 5 gegrond is verklaard, verklaart klachtonderdeel 5 alsnog ongegrond en gelast de publicatie.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:212 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180158

    Klacht over eigen advocaat gedeeltelijk gegrond. Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door klaagster: - structureel geen, althans onvoldoende informatie te geven over/in de lopende zaken, - niet voor te lichten over de goede en kwade kansen van een kort geding, - niet te informeren over een zitting, zonder dat met klaagster te bespreken niet op de zitting te verschijnen en - niet in kennis te stellen van het vonnis dat vervolgens is gewezen. Schorsing voor de duur van vier weken. Bekrachtiging beslissing raad.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:148 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/622593 / DW RK 17/73

      Beslissing op verzet. Klaagster beklaagt zich er samengevat over dat een in beslag genomen vrachtwagen gesloopt en gestript is terugbezorgd, waardoor een zeer grote schadepost voor haar cliënten is ontstaan. De voorzitter is van oordeel dat de gerechtsdeurwaarder geen tuchtrechtelijk laakbaar handelen kan worden verweten. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.