Zoekresultaten 18661-18670 van de 44770 resultaten
-
ECLI:NL:TADRARL:2018:45 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-608
- Datum publicatie: 28-03-2018
- Datum uitspraak: 29-01-2018
- ECLI:NL:TADRARL:2018:45
Klacht tegen advocaat wederpartij. Of het door verweerder gelegde beslag onrechtmatig is geweest, is een vraag van civielrechtelijke aard. Niet gebleken is dat verweerder op evident onjuiste gronden beslag heeft gelegd en dwangsommen bij klager heeft geïnd. Verder was verweerder niet verplicht klager onverwijld te melden dat het beslag doel had getroffen of dat het bedrag van de rekening van klager was afgeschreven. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2018:5 Kamer voor het notariaat Amsterdam C/13/632925/NT 17-58
- Datum publicatie: 28-03-2018
- Datum uitspraak: 06-02-2018
- ECLI:NL:TNORAMS:2018:5
De kamer is van oordeel dat de notaris voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat voor hem op geen enkel moment aanleiding heeft bestaan om aan de wilsbekwaamheid van erflater te twijfelen. Klager heeft onvoldoende gesteld om aan te kunnen nemen dat erflater niet meer in staat was zijn wil in vrijheid te bepalen, laat staat dat dat voor de notaris kenbaar moet zijn geweest. Het enkele feit dat erflater terminaal ziek was en dat hij kort voor zijn (naderende) dood opdracht heeft gegeven voor het opmaken van een (nieuw) testament brengt nog niet met zich dat de notaris het Stappenplan had behoren toe te passen. Tussen het eerste gesprek met erflater en het passeren van het testament is een periode van acht dagen verstreken. Het concept is tijdig - nog op de dag van de eerste bespreking op 22 september 2015 - aan erflater toegezonden, zodat aangenomen kan worden dat erflater dat goed heeft kunnen bekijken. Hoewel erflater volgens de notaris er ten tijde van het passeren van de akte fysiek minder goed aan toe was, betekende dat nog niet dat de notaris aan zijn wilsbekwaamheid behoorde te twijfelen. Hetgeen door klager is aangevoerd leidt ook niet tot het oordeel dat aan de betrouwbaarheid van de verklaring van de notaris moet worden getwijfeld. De kamer acht dit eerste klachtonderdeel dan ook ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2018:44 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-808/DB/LI
- Datum publicatie: 28-03-2018
- Datum uitspraak: 26-03-2018
- ECLI:NL:TADRSHE:2018:44
Verweerder heeft zich, in strijd met het bepaalde in art 15 lid 2 van de gedragsregels zonder toestemming van de wederpartij en nadat om uitspraak is gevraagd, tot de kantonrechter gewend. Gegrond Waarschuwing. Proceskosten.
-
ECLI:NL:TADRARL:2018:52 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-832
- Datum publicatie: 28-03-2018
- Datum uitspraak: 29-01-2018
- ECLI:NL:TADRARL:2018:52
Dekenbezwaar betreffende praktijkvoering. Verweerder heeft zich in een procedure betreffende huurachterstand gesteld voor 2 huurders, zonder dat hij daartoe opdracht had. Deze huurders hadden zich, op advies van een stichting die zich bezighoudt met schuldhulpverlening, tot een jurist, die bij verweerder werkte. Om redenen die verweerder heeft uiteengezet, heeft verweerder zich in de procedure voor de huurders gesteld. Nu daartoe een opdracht ontbrak en er ook geen contact was geweest met de huurders, oordeelt de raad deze handelwijze onbehoorlijk. Dekenbezwaar is gegrond. Maatregel: waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2018:46 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-872
- Datum publicatie: 28-03-2018
- Datum uitspraak: 22-01-2018
- ECLI:NL:TADRARL:2018:46
Voorzittersbeslissing over advocaat wederpartij in langdurig familierechtelijk geschil. In de geschetste omstandigheden mocht verweerster de advocaat van klager op diens (klagers) afwezigheid ter zitting aanspreken. Dat zij daarbij op een onnodig grievende wijze over klager heeft gesproken is door verweerster gemotiveerd betwist en derhalve niet vast komen te staan. Evenmin gebleken dat sprake is van schending van privacy. Kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2018:45 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-851/DB/LI
- Datum publicatie: 28-03-2018
- Datum uitspraak: 26-03-2018
- ECLI:NL:TADRSHE:2018:45
Gedragsregel 12 geschonden door zonder toestemming van klaagster en zonder overleg met de deken aan de rechtbank confraternele correspondentie te overleggen. Gegrond. Waarschuwing. Proceskosten.
-
ECLI:NL:TADRARL:2018:47 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-878
- Datum publicatie: 28-03-2018
- Datum uitspraak: 22-01-2018
- ECLI:NL:TADRARL:2018:47
Voorzittersbeslissing: de voorzitter oordeelt de klacht kennelijk ongegrond. Beroep van verweerder op geheimhoudingsplicht jegens zijn cliënt na verkregen advies van deken. Ouders van overleden zoon hebben verweerder inzage verzocht in het strafdossier van zijn cliënt, hun zoon. Verweerder mocht èn moest zich in de gegeven omstandigheden beroepen op zijn geheimhoudingsplicht jegens zijn cliënt, welke verplichting ook na het overlijden van zijn cliënt nog altijd bestaat. Niet gebleken van dermate uitzonderlijke omstandigheden waardoor verweerder zijn geheimhoudingsplicht jegens zijn cliënt mag schenden. Dat klagers als ouders de erfgenamen zijn van hun zoon en daardoor bepaalde rechten hebben verkregen, is onvoldoende om de zwaarwegende geheimhoudingsplicht van verweerder jegens zijn cliënt te doorbreken.
-
ECLI:NL:TAHVD:2018:49 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170284
- Datum publicatie: 28-03-2018
- Datum uitspraak: 26-03-2018
- ECLI:NL:TAHVD:2018:49
De advocaat is niet-ontvankelijk in zijn beroep dat hij in zijn verweerschrift na afloop van de beroepstermijn heeft ingesteld. De advocaat was niet bekend met de verlaging van de leeftijdsgrens van kinderen die aanwezig mogen zijn bij een zitting. Niet betwist wordt dat hij hiermee bekend had kunnen en moeten zijn, zodat dit, anders dan de raad heeft overwogen, tuchtrechtelijk te verwijten valt. De klacht is alsnog gegrond; de grief van klagers slaagt. De overige klachtonderdelen zijn ook in hoger beroep ongegrond. Waarschuwing. Kostenveroordeling.
-
ECLI:NL:TADRARL:2018:48 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-886 17-887
- Datum publicatie: 28-03-2018
- Datum uitspraak: 22-01-2018
- ECLI:NL:TADRARL:2018:48
Voorzittersbeslissing. Klacht over vermeende belangenverstrengeling ten aanzien van verweerder sub 2 kennelijk niet-ontvankelijk nu hierover eerder is beslist (ne bis in idem). Klacht ten aanzien van (kantoorgenoot) verweerder sub 1 kennelijk ongegrond nu de voorzitter niet heeft kunnen vaststellen dat sprake is geweest van een advocaat-cliëntrelatie met klager. Geen strijd met Gedragsregel 7 lid 4.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2018:8 Kamer voor het notariaat Amsterdam 637834 / NT 17-72
- Datum publicatie: 28-03-2018
- Datum uitspraak: 15-03-2018
- ECLI:NL:TNORAMS:2018:8
Ten aanzien van het eerste en tweede verwijt van klagers overweegt de kamer het volgende. De notaris heeft zich terecht op het standpunt gesteld dat hij er vanuit mocht gaan dat klagers van het beslag op hun woning op de hoogte waren. In de eerste plaats omdat het beslag aan klager sub 1 in persoon is betekend en voorts ook omdat van de beslaglegging uit de kadastrale recherche door de makelaar had moeten blijken. Dat het beslagexploot nooit op de juiste wijze aan klager sub 1 is betekend – zoals klagers ter zitting hebben gesteld, is – ook indien juist – een omstandigheid die de notaris niet kan worden aangerekend. Gelet op het feit dat klagers krachtens de koopovereenkomst verplicht waren om de woning zonder beslag te leveren, behoorde het tot de taak van de notaris om bij de beslaglegger na te gaan onder welke voorwaarden zij bereid was tot doorhaling van het beslag. Alleen al hierom wordt het betoog van klagers dat de notaris hierover eerst met hen in overleg had moeten treden verworpen. Het handelen van de notaris vloeide immers noodzakelijkerwijs voort uit de aan het notariskantoor verstrekte opdracht en er bestaat geen voorschrift op grond waarvan de notaris verplicht zou zijn eerst contact op te nemen met de beslagene (klager sub 1). Een en ander neemt niet weg dat het in dit geval, nu het beslag al in 2009 was gelegd, uit oogpunt van dienstverlening beter was geweest als de notaris zich eerst met klagers zou hebben verstaan, maar dat hij dit niet heeft gedaan is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Ter zitting heeft de notaris verklaard dat hij begin januari 2017 bericht van de beslaglegger heeft ontvangen over de voorwaarden waaronder het beslag kon worden doorgehaald en dat hij daarna klagers op 11 januari 2017 per e-mail daarover heeft geïnformeerd. De notaris heeft daarmee binnen een redelijke termijn na ontvangst van de aflosnota van de beslaglegger klagers daarvan in kennis gesteld. De eerste twee klachtonderdelen zullen dan ook ongegrond worden verklaard.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1866
- Pagina: 1867
- Pagina: 1868
- ...
- Pagina: 4477
- Volgende pagina zoekresultaten