Zoekresultaten 12771-12780 van de 44343 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:29 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.068

    Klacht tegen een huisarts. Klager (inmiddels overleden) verwijt de huisarts: 1. dat hij klager in 2009 wegens onder meer een allergie voor antibiotica niet had mogen vaccineren tegen de Mexicaanse griep. De vaccinatie heeft volgens klager geresulteerd in diverse ernstige medische aandoeningen, waaronder een halfzijdige verlamming en een kapot immuunsysteem; 2. dat hij de dossierplicht heeft geschonden; 3. dat hij de communicatieplicht heeft geschonden; 4. dat hij de meldingsplicht met betrekking tot een calamiteit heeft geschonden; en 5. dat hij klager te lang medicatie heeft voorgeschreven, waaronder deels verkeerde medicatie. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klachten af. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt dat het beroep mede is bedoeld voor het herstellen van omissies in eerste aanleg, voor zover deze al aanwezig zijn, en voorts dat de feitenvaststelling is voorbehouden aan de tuchtrechter. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TNORARL:2020:3 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/357949 KL RK 19-109

    1. Ontvankelijkheid. Op het moment dat klager het inzicht kreeg dat de verklaring van erfrecht onjuist was, is naar het oordeel van de kamer de termijn van 1 jaar gaan lopen. Dit betekent dat hij zijn klacht tijdig heeft ingediend. 2. Het verzet is gegrond. Naar het oordeel van de kamer kan er geen sprake zijn van toepassing van het ne-bis-in-idem beginsel.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:36 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.198

    Klacht tegen een ANIOS ouderengeneeskunde. Klager heeft in 2009 een vaccinatie tegen de Mexicaanse griep toegediend gekregen door zijn huisarts. Een week nadien meldt hij zich op de polikliniek neurologie van het ziekenhuis met klachten van hoofdpijn, misselijkheid en slechte visus. Klager wordt daarna opgenomen. Vanwege afwijkende bloedwaarden wordt door de hematoloog gedacht aan de diagnose TTP/HUS (een zeldzame aandoening van de bloedstolling) waardoor contact wordt opgenomen met een universitair medisch centrum. Klager wordt overgedragen naar het UMC, waar de diagnose TTP/HUS wordt bevestigd. Een dag na de opname wordt klager ontslagen en krijgt hij de tweede vaccinatie tegen de Mexicaanse griep toegediend. Een dag nadien wordt klager op de spoedeisende hulp van een ander ziekenhuis gezien, waar de diagnose CVA wordt gesteld. Enkele weken na de opname wordt klager overgeplaatst naar een revalidatiecentrum en vervolgens naar een verpleeghuis. Vanaf oktober 2011 is klager opgenomen in een ander verpleeghuis, waar de ANIOS ouderengeneeskunde werkzaam is. Hij is van 2012 tot 2014 enkele perioden bij de zorg betrokken geweest. Klager (inmiddels overleden) verwijt de ANIOS ouderengeneeskunde, kort samengevat, het volgende: 1. aan klager is niet de juiste zorg verleend, nu niet is onderkend dat de ziektebeelden voortkomen uit de vaccinaties tegen de Mexicaanse griep, 2. de ANIOS ouderengeneeskunde heeft een onjuist medicatiebeleid gevoerd, en 3. de informatievoorziening jegens klager en zijn gemachtigde is onvoldoende geweest. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2020:4 Kamer voor het notariaat Den Haag 19-09

    De Kamer vat de klacht als volgt samen. De notaris had bij gerede twijfel aan de goede bedoelingen van [P] zijn dienst moeten weigeren of zich door nader onderzoek moeten overtuigen van het geoorloofde karakter er van. De notaris had de verleende volmachten voor het passeren niet mogen gebruiken. De akte van levering had de notaris onder de hiervoor weergegeven feiten en omstandigheden niet mogen passeren, nu op de koopsom € 68.000,- was ingehouden.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:30 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.069

    Klacht tegen een huisarts. Klager (inmiddels overleden) verwijt de huisarts: 1. dat hij klager in 2019 wegens onder meer een allergie voor antibiotica niet had mogen vaccineren tegen de Mexicaanse griep. De vaccinatie heeft volgens klager geresulteerd in diverse ernstige medische aandoeningen, waaronder een halfzijdige verlamming en een kapot immuunsysteem; 2. dat hij de dossierplicht heeft geschonden; 3. dat hij de communicatieplicht heeft geschonden; 4. dat hij de meldingsplicht met betrekking tot een calamiteit heeft geschonden; en 5. dat hij klager te lang medicatie heeft voorgeschreven, waaronder deels verkeerde medicatie. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klachten af. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt dat het beroep mede is bedoeld voor het herstellen van omissies in eerste aanleg, voor zover deze al aanwezig zijn, en voorts dat de feitenvaststelling is voorbehouden aan de tuchtrechter. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TADRARL:2020:24 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-214

    Klager klaagt over het feit dat verweerster misbruik heeft gemaakt van het klachtrecht door een klacht tegen klager in te dienen. Zij heeft in dat verband geprobeerd gebruik te maken van een valse verklaring. Een en ander moet gezien worden in het licht van het feit dat klager en verweerster een korte affectieve relatie hebben gehad. Naar het oordeel van de raad heeft verweerster geen misbruik gemaakt van het klachtrecht. In bedoelde tuchtzaak is genoemde verklaring aan de orde geweest. Daarover kan thans niet meer geklaagd worden. Het tuchtrecht is niet bedoeld om persoonlijke vetes tussen advocaten te behandelen.

  • ECLI:NL:TADRARL:2020:18 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-835

    Verzetbeslissing. De voorzitter heeft bij de beoordeling van de klacht de juiste maatstaf toegepast en acht geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klagers aangevoerde verzetgronden niet slagen en heeft de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk niet-ontvankelijk bevonden. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2020:7 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-492/DB/OB

    Advocaat heeft zijn cliënt gedurende een reeks van jaren in de waan gelaten dat door hem vijf procedures aanhangig waren gemaakt. In aansluiting op voormeld door de advocaat in het leven geroepen beeld dat vijf procedures aanhangig waren heeft de advocaat na vragen van zijn cliënt over de stand van zaken valselijk vijf rolberichten en een aan de rechtbank geadresseerde brief opgemaakt en aan zijn cliënt overgelegd. De advocaat heeft in zijn gefingeerde brief de rechtbank in diskrediet gebracht door te doen voorkomen alsof de vertraging in de zaken aan de rechtbank was te wijten. Advocaat heeft voorts jarenlang geen schriftelijke opdrachtbevestigingen aan zijn cliënt gestuurd, geen schriftelijke machtiging van de vertegenwoordiger van zijn cliënt opgevraagd en de facturen naar het adres van die vertegenwoordiger verzonden. Dekenbezwaar gegrond, schrapping.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2020:10 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-498/DB/ZWB 19-499/DB/ZWB

    Tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door meegenomen dossier niet naar behoren financieel af te wikkelen met zijn voormalige kantoor, door valselijk facturen op te maken en door voor een cliënt te gaan optreden tegen zijn voormalige kantoor in een procedure die ging over een door hem zelf in een zaak van die cliënt gemaakte beroepsfout. Schending kernwaarden (financiële) integriteit en onafhankelijkheid Deels gegrond. Schrapping

  • ECLI:NL:TADRARL:2020:31 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-697

    Voorzittersbeslissing. Klaagster heeft de gedragingen die zij verweerder verwijt op geen enkele wijze feitelijk onderbouwd. Het is de voorzitter niet gebleken dat verweerder zich bij de vervulling van zijn functie als deken zodanig heeft gedragen dat daardoor het vertrouwen in de advocatuur wordt geschaad. Klacht kennelijk ongegrond.